Opinie

Tien beleidsvoorstellen voor het Nieuwe Links

Teaser fallback community afbeelding
Begin van dit jaar 2015, toen de verkiezingen in Griekenland nog moesten plaatsvinden, publiceerde professor Giorgos Kallis een beginseltekst, waarin hij tien beleidsvoorstellen voor het Nieuwe Links in heel Europa deed. Zijn ze achterhaald door de werkelijkheid? Of worden ze er juist door bevestigd?
Kallis schreef samen met Giacomo D’Alisa en Federico Demaria het boek 'Degrowth: A vocabulary for a new era'.

In ons nieuwste boek Degrowth: A vocabulary for a new era doen we uit de doeken dat economische groei in vergevorderde economieën niet alleen moeilijker en moeilijker wordt, maar dat groei bovendien sociaal en ecologisch niet duurzaam is. Het klimaat, de welvaartsstaat, of sociale banden die al jaren bestaan, worden allemaal geofferd om de honger van de groeigod te stillen.

Net zoals terminaal zieke patiënten, worden hele bevolkingen gevraagd om te lijden zonder doel, zodat hun economieën een paar extra decimalen zouden scoren op de schaal van het BBP (Bruto Binnenlands Product) om de winsten van de één procent rijksten te onderhouden.

In theorie is groei nodig om schulden af te betalen, nieuwe jobs te scheppen en om het inkomen van de armsten te doen stijgen. In de praktijk daarentegen steken we na decennia van groei nog altijd in de schulden en zowel de jeugdwerkloosheid als armoedecijfers blijven even hoog als ooit tevoren. We wentelden onszelf in schulden om te groeien en nu zijn we verplicht om te groeien om onze schulden af te betalen.

Degrowth: bloeien zonder groei

Degrowth is een oproep om het sociale denkbeeld te dekoloniseren van de ideologie waarin het pad richting toekomst enkel uit groei bestaat. Degrowth is niet hetzelfde als een recessie. Het is de hypothese dat we wel kunnen varen zonder economische groei.

Met andere woorden: we kunnen betekenisvol werk hebben zonder de nood aan eeuwigdurende groei, een functionele welvaartsstaat onderhouden zonder dat de economie elk jaar opnieuw groter wordt, en de gelijkheid doen toenemen en armoede verdrijven zonder ieder jaar meer en meer geld te hoeven accumuleren.

Degrowth tart niet enkel de uitkomsten, maar de ware geest van het kapitalisme. Kapitalisme kent geen grenzen, weet enkel uit te breiden en creëert terwijl het vernietigt. Kapitalisme kan niet en weet niet hoe te bedaren. Kapitalisme kan alles verkopen, behalve “minder”.

Degrowth biedt een nieuw verhaal voor een radicaal links dat voorbij het kapitalisme wil gaan, zonder de autoritaire en productivistische ervaringen te reproduceren van echt bestaand socialisme (of wat sommigen “staatskapitalisme” noemen).

Groeibetovering

Een nieuw Links, nieuw in termen van ideeën maar ook in termen van de jonge leeftijd van haar leden, is aan het opkomen in Europa – van Spanje en Catalonië tot Griekenland, Slovenië en Kroatië. Zal dit nieuwe Links ook groen zijn en een alternatief coöperatief model voor de economie voorstellen geïnspireerd door degrowth-ideeën? Of zal dit nieuwe Links, net zoals het nieuwe Links in Latijns-Amerika, gedreven worden door de eisen van het mondiaal kapitalisme, de expansieve logica van het kapitalisme reproduceren, enkel de multinationale ondernemingen vervangen door nationale varianten en het volk de kruimels ietwat beter toebedelen?

Veel mensen die sympathie hebben voor de ideeën en kritiek die we uiten in ons boek, melden ons dat hoewel de degrowth-kritiek redelijk klinkt, de voorstellen vaag zijn en sowieso nooit in de praktijk gebracht kunnen worden. Het lijkt gemakkelijker om zich het einde van de wereld voor te stellen of zelfs het einde van het kapitalisme, dan het einde aan de groei.

Zelfs de meest radicale politieke partijen durven het D-woord niet uit te spreken, of durven op zijn minst de wenselijkheid van groei in twijfel te trekken. Om deze groeibetovering te doorbreken, hebben wij van Research & Degrowth in Barcelona beslist om enkele van onze beleidsvoorstellen op te lijsten. Deze voorstellen worden meer gedetailleerd bediscussieerd in ons boek.

Onze tien beleidsvoorstellen

In wat volgt presenteren we tien voorstellen die aan Spanje en Catalonië deden, die we voorlegden aan progressieve politieke partijen zoals Podemos, the United Left, the Catalan Republican Left, CUP en Equo. De context naar waar deze voorstellen refereren is specifiek, maar met bepaalde verbeteringen en wijzigingen zijn ze ook elders toepasbaar en relevant voor radicale Linkse en Groene politieke partijen over heel Europa.

1. Schuldenaudit door burgers

Een economie kan niet gedwongen worden om al groeiend de geaccumuleerde schulden, die bijdroegen aan de fictieve groei uit het verleden, op te lossen. Het is essentieel om schuld niet enkel te herstructureren, maar ook om een deel ervan te elimineren met een schuldenaudit door burgers. Deze schuldenaudit vormt een onderdeel van een nieuwe en werkelijk democratische cultuur. Zo’n eliminatie dient niet gerealiseerd te worden op de kosten van spaarders en mensen met een bescheiden pensioen, hetzij in Spanje of elders. De schulden van diegenen met aanzienlijke inkomens en bezittingen hoeven niet kwijtgescholden te worden. Zij die lenen om te speculeren zouden de verliezen moeten dragen. Eens de schuld is gereduceerd, zullen “caps” op koolstof en grondstoffen (zie 9) garanderen dat dit niet gebruikt wordt als opportuniteit voor meer groei en consumptie.

2. Kortere werkweek (werkdelen)

Verminder de werkweek tot minstens 32 uur en ontwikkel programma’s om bedrijven en organisaties te ondersteunen die jobdelen mogelijk willen maken. Dit dient zo georganiseerd te worden, dat het inkomensverlies door minder te werken enkel de hoogste tien procent van de inkomens beïnvloedt. Aangevuld met de milieulimieten en de belastinghervorming (zie 9 en 4), zal het moeilijker zijn om deze vrijgemaakte tijd te gebruiken voor materiële consumptie.

3. Basis– en maximuminkomen

Stel een minimum inkomen voor alle Spaanse inwoners in tussen 400 en 600 euro per maand, betaald zonder enige vereiste of voorwaarde. Een recente studie toont dat dit uitvoerbaar is in Spanje zonder het belastingsysteem serieus onder handen te nemen. Ontwerp dit beleid samen met andere belasting- en werkhervormingen zodat ze het inkomen van de armste 50 procent doen stijgen, terwijl ze dat van de top tien procent doen dalen om de verandering te financieren. Het maximum inkomen voor elke persoon, uit zowel werk als uit kapitaal, dient niet hoger te zijn dan 30 maal het basisinkomen (12.000 – 18.000 euro per maand).

4. Groene belastinghervorming

Stel een boekhoudsysteem in om doorheen de tijd het belastingstelsel te hervormen van één dat nu grotendeels gebaseerd is op werk naar één gebaseerd op het gebruik van energie en grondstoffen. De belastingen op de laagste inkomens kunnen verlaagd worden en een koolstofbelasting kan hiervoor compenseren. Stel een belastingtarief in van 90 procent op de hoogste inkomens (zulke tarieven waren gangbaar in de VS in de jaren ‘50). Hoge inkomens- en kapitaalbelastingen zullen positionele consumptie een halt toeroepen en de incentives voor excessieve inkomsten, die financiële speculatie voeden, in de kiem smoren. Pak de kapitaalweelde aan via een erfbelasting en hoge belastingen op eigendom die niet bestemd is voor gebruik, zoals bijvoorbeeld op tweede of derde verblijven van individuen of op grote landgoederen.

5. Stop de subsidies aan en het investeren in zwaar vervuilende activiteiten

Doe dit door de bevrijde publieke fondsen te verplaatsen richting schone productie. Draai de publieke investeringen en subsidies volledig terug in private transportinfrastructuur (zoals nieuwe wegen en de uitbreiding van luchthavens), militaire technologie, fossiele brandstoffen en mijnbouwprojecten. Gebruik de uitgespaarde fondsen om te investeren in publieke plattelands- en stadsruimte – zoals pleinen, verkeersvrije voetgangerszones – en om openbaar vervoer en fietsenverhuur te subsidiëren. Ondersteun de ontwikkeling van kleinschalige gedecentraliseerde hernieuwbare energie onder lokale en democratische controle, in plaats van gecentraliseerde en grootschalige macrostructuren onder de controle van privébedrijven.

6. Ondersteun de alternatieve, solidaire samenleving

Ondersteun de non-profit coöperatieve economische sector die in Spanje bloeit met subsidies, belastingvrijstellingen en wetgeving en neem ook alternatieve voedselnetwerken, coöperaties en netwerken voor basisgezondheidszorg, coöperaties voor cohousing, krediet, onderwijs, kunstenaars en andere werkers op in dit verhaal. Faciliteer de decommercialisering van plaatsen en activiteiten zoals zorg en creativiteit door wederzijdse steungroepen, gedeelde kinderopvang en sociale centra bij te staan.

7. Optimaliseer het gebruik van gebouwen

Stop met het bouwen van nieuwe huizen, herstel de huidige huizenvoorraad en ondersteun de volledige bezetting van woningen. Deze doelstellingen kunnen in Spanje behaald worden door verlaten, leegstaande en tweede verblijven serieus te belasten en door het sociale gebruik van huizen tot een prioriteit te maken. Als dit onvoldoende is, ga dan over tot de sociale onteigening van leegstaande huizen van private investeerders.

8. Reduceer reclame

Stel zeer beperkende criteria in voor reclame in openbare ruimtes. Zo wordt het voorbeeld van de stad Grenoble gevolgd. Maak het verstrekken van informatie prioritair en reduceer massaal eender welk commercieel gebruik. Richt comités op om de kwantiteit en kwaliteit te controleren van reclame die is toegestaan in de massamedia en belast reclame in overeenstemming met de doelstellingen.

9. Stel milieulimieten in

Stel absolute en dalende “caps” in voor de totale hoeveelheid koolstofdioxide die Spanje mag uitstoten en voor de totale kwaliteit van fysieke grondstoffen die het gebruikt. Deze limieten omvatten eveneens de emissies en grondstoffen die in de, vaak vanuit het globale Zuiden, geïmporteerde producten vervat zitten. Deze “caps” zullen gelden voor de hoeveelheid koolstofdioxide, materialen, watervoetafdruk en de gebruikte oppervlakte om gewassen te telen. Soortgelijke limieten kunnen gegrondvest worden voor andere milieudrukken zoals het oppompen van water, de totale bebouwde oppervlakte en het aantal vergunningen voor toeristische bedrijven in verzadigde zones.

10. Schaf het gebruik van BBP af als indicator voor economische vooruitgang

Als het BBP een misleidende indicator is, dan moeten we het gebruik ervan stopzetten en op zoek gaan naar andere welvaartsindicatoren. Statistieken over de monetaire en fiscale nationale rekeningen kunnen verzameld en gebruikt worden, maar economisch beleid dient niet uitgedrukt te worden in termen van BBP-doelstellingen. Er dient een debat opgestart te worden over de grond van welzijn waarbij gefocust wordt op wat te meten valt in plaats van hoe het gemeten wordt.

Deze voorstellen zijn complementair en dienen samen geïmplementeerd te worden. Milieulimieten vaststellen zouden bijvoorbeeld groei kunnen reduceren en werkloosheid creëren, maar werkdelen samen met een basisinkomen zal de jobcreatie en sociale zekerheid ontkoppelen van economische groei.

Het opnieuw toewijzen van investeringen van vuile naar schone activiteiten en de hervorming van het belastingsysteem zullen verzekeren dat er een groenere economie ontstaat. Terwijl stoppen met het uitdrukken van economie in BBP-termen ons verzekert dat deze transitie meetelt als een succes en niet als een mislukking.

Tot slot zullen de belastingwijzigingen en reclamebeperkingen positionele consumptie temperen en het gevoel van frustratie dat gepaard gaat met een groeigebrek, verminderen. Investeren in de “commons” en gedeelde infrastructuren zal zorgen voor een toename van onze welvaart, zonder groei.

Het Nieuwe Links: Podemos

We verwachten niet dat linkse partijen om degrowth tot hun slogan te bombarderen. We begrijpen de moeilijkheden om dit plotseling te confronteren met het diep gewortelde gezond verstand. Maar we verwachten wel dat radicale linkse partijen stappen zetten in de juiste richting en goede beleidsopties – zoals onze voorstellen – nastreven, onafhankelijk van hun effect op groei. We verwachten van echte linkse partijen dat ze vermijden om het herlanceren van economische groei als doel te bestemmen. En we verwachten van hen om klaar te staan en ideeën te hebben over wat hen te doen staat wanneer de economie weigert te groeien. Is dit een redelijke verwachting met het huidige politieke giswerk bijvoorbeeld in zuidelijk Europa? Ja en nee.

Het in november gepubliceerde economisch beleidsontwerp van Podemos heeft vele elementen die overeenstemmen met onze voorstellen hierboven. Het document stelt groei niet als strategisch doel. Het laat elke referentie naar BBP achterwege. Het ontwerp stelt voor om de werkweek te reduceren tot 35 uur, het pint een minimum gegarandeerd inkomen vast voor werklozen, het roept op tot de kwijtschelding van een deel van de huishoudelijke en openbare schuld en het promoot een investeringsshift in de richting van zorg, educatie en de groene economie waarbij het de bevrediging van basisbehoeften via een “ecologisch duurzame consumptie” als hoofddoel stelt.

Het beleid kan verder gaan door belastingen te verschuiven van arbeid naar grondstoffen, milieulimieten in te stellen, reclame te beperken, het basisinkomen te veralgemenen en de welvaartsstaat te hervormen door manieren te vinden om de in Spanje florerende solidariteitseconomie te veralgemenen en zo levensvatbare en lagekostenoplossingen te bieden voor gezondheid, zorg en educatie.

De tegenstelling is groot met Griekenland, waar het veel moeilijker is om groei te negeren door de enorm dreigende schuld en de noodzaak om te ontsnappen aan het sociaal desastreuze besparingsbeleid en aan structurele aanpassingen opgelegd door de Trojka.

Het Nieuwe Links: Syriza

Syriza confronteert besparingen terecht met een voorstel om een deel van Griekenlands publieke schuld kwijt te schelden. Helaas wordt het doel van zo’n schuldenkwijtschelding gezien als een manier om groei te herlanceren. Hierbij neemt Syriza Joseph Stiglitz’ voorstel voor een “groeiclausule” over, waarbij de overblijvende schuld gefinancierd zal worden door groei.

Syriza stelt een “European New Deal” voor en omhelst openbare investeringen die groei zullen aansporen in Griekenland. In tegenstelling tot Podemos spreekt Syriza niet over een “groene” New Deal, of over een verschuiving van conventionele naar schone industrieën of van grondstoffenintensieve sectoren naar zorg en educatie.

Binnen het huidige giswerk van Europese mogendheden, de dictatuur van markten en de Duitse besparingsdrang, komt Stiglitz’ voorstel voor Syriza als radicaal voor de dag. Stiglitz’ plan heeft magere kansen om gerealiseerd te worden, om Griekenland dramatische sociopolitieke gebeurtenissen te besparen en om een politieke omwenteling in de EU te bewerkstelligen. Wanneer we ervan uitgaan dat Syriza haar strategie op een dag implementeert, dan is het de vraag wat te doen wanneer zelfs na een schuldenherschikking de verklaarde groei er niet door komt.

Zou Syriza terugspringen naar een linkse versie van het besparingsbeleid zoals “socialisten” als Hollande deden in Frankrijk, toen ze met hetzelfde probleem geconfronteerd werden?

Zou Syriza het huidige extractief model van ontwikkeling, het exploiteren van het Griekse milieu voor grondstoffen, exporten en toerisme zelfs nog intensiever najagen? Zelfs als dit tegen de wensen zou ingaan van Syriza’s politieke basis, die in de frontlinie staat van de huidige strijd tegen extractieve projecten?

Of zou Syriza stoppen en luisteren naar haar jeugd? De jeugd die betrokken is in de bloeiende Griekse solidaire economie en probeert te ontcijferen en te bedenken hoe deze lokale voorbeeldexperimenten veralgemeend kunnen worden in een nieuwe basis voor de gehele nationale economie? Het is geen gemakkelijke daad, maar van radicaal links werd nooit verondersteld om de gemakkelijke weg te volgen.

Giorgos Kallis, geboren in Griekenland, is professor ICREA aan de Autonomoe Universiteit van Barcelona en gastprofessor aan de SOAS in Londen. Hij werkt voor Research & Degrowth, met als specialiteit ecologische economie en politieke ecologie De oorspronkelijke versie van zijn tekst verscheen hier op The Press Project.

Vertaling door Jonas Van der Slycken. Hij is een masterstudent in de economische wetenschappen aan de UGent en volgt een postgraduaat Energie & Klimaat aan de UA. Jonas schreef zijn masterproef over “A prosperous way down via vrijwillige eenvoud en altruïsme?” ‘A prosperous way down’ betekent zoveel als een zachte economische landing of een bloeiende economische krimp (degrowth).

Vandaag op de hoogte van de wereld van morgen?