Rijke landen investeren nog steeds in steenkool

Westerse landen breken een lans voor het klimaat, maar hebben sinds 2007 meer dan 66 miljard euro belastinggeld in vervuilende buitenlandse steenkoolprojecten gepompt. Dat blijkt uit onderzoek in opdracht van een aantal internationale milieu-organisaties.

woensdag 3 juni 2015 14:31
Spread the love

In
het Duitse Bonn gaat van 1 tot 11 juni 2015 een klimaatconferentie
door, waar de cruciale klimaattop COP21 in Parijs eind 2015 wordt
voorbereid. De landen van de Organisatie voor Economische
Samenwerking en Ontwikkeling (OESO1)
die er aan tafel zitten, mogen niet uit het oog verliezen dat ze
samen gemiddeld nog altijd 8 miljard euro per jaar in
steenkoolprojecten investeren.




Dat stellen de milieuorganisaties
Wereldnatuurfonds (WWF), de Natural Resources Defense Council (NRDC)
en Oil Change International in hun gemeenschappelijk rapport Under the Rug: How Governments and International Institutions Are
Hiding Billions in Support to the Coal Industry
(Onder het tapijt:
hoe regeringen en internationale instellingen miljarden verbergen
voor steun aan de steenkoolindustrie).

“Veel
regeringen van industrielanden breken een lans voor ambitieuze actie
tegen het klimaat, maar tegelijk investeren hun landen in
steenkoolprojecten in het buitenland”, zegt Samantha Smith van
het WWF. “Je kunt niet allebei doen en geloofwaardig blijven.
Het is hoog tijd dat de rijke landen veeleer hun middelen in de oplossingen
pompen, zoals hernieuwbare energie, dan belastinggeld te
blijven gebruiken om de klimaatverandering te vergroten.”

Broodnodige ontwikkeling?

Het
rapport toont aan dat de internationale financiering voor steenkool
tussen 2007 en 2014 verantwoordelijk is voor een uitstoot die
vergelijkbaar is met die van Italië. Japan is de grootste financier
van steenkool met in totaal 18 miljard euro investeringen, gevolgd
door Zuid-Korea en Duitsland.

Het
rapport weerlegt ook de boodschap dat investeringen in steenkool tot
broodnodige ontwikkeling zouden leiden in de armste landen. Geen euro
van deze investeringen was bestemd voor de armste landen, stellen de
organisaties, terwijl een kwart van dat geld gaat naar rijke landen
die geen energietekort hebben.

“Als
de rijke landen aan de ontwikkelingslanden in Parijs beloftes over de
reductie van CO2 vragen, moeten ze ervoor zorgen dat hun
investeringsbeleid die logica volgt. Het is tijd om te investeren in
oplossingen en niet langer in de vervuilende brandstoffen van het
verleden.”

1 Alle
28 EU-lidstaten + Australië, Canada, Chili, IJsland, Israël,
Japan, Zuid-Korea, Mexico, Nieuw-Zeeland, Zwitserland, Turkije en de
VS.

take down
the paywall
steun ons nu!