Analyse

Aanslag in Frankrijk: het begin van een donker jaar

Teaser fallback community afbeelding
En plots kondigt 2015 zich aan als een donker jaar en lijken alle plannen die we hadden futiel en nutteloos. Wie lacht, heeft het slechte nieuws nog niet gehoord (Bertolt Brecht). In zo'n duistere tijden leven we. En het nieuws komt dankzij Twitter en Facebook sneller tot ons dan ons lief is. Het kwam woensdag iets na de middag.

Drie gemaskerde mannen vallen de redactie van het Franse satirische blad Charlie Hebdo aan en vermoorden tien journalisten en twee politieagenten op de meest gruwelijke manier. Twaalf mensen die even voordien nietsvermoedend aan hun werkdag waren begonnen werden koelbloedig afgemaakt. Twaalf mensen die elkaar enkele dagen geleden nog veel geluk wensten met het nieuwe jaar. Frankrijk verliest in één klap verschillende generaties geliefde cartoonisten. Dat dit gebeurt, is niet te bevatten.

Net zoals bij elke grote gebeurtenis moeten we voorzichtig zijn. Na de moord op Joe Van Holsbeeck en de film Image hebben we aan introspectie gedaan en weten we dat we niet te snel grote theorieën mogen lanceren en dat we ons moeten hoeden voor verdere polarisatie.

Maar daarnaast is er toch al het besef dat deze aanslag als een kei is die in stilstaand water valt. Iedereen schrikt van de plons, maar de rimpelingen die op de plons volgen kunnen even schrikbarend zijn en aangroeien tot ze de kracht krijgen van een tsunami.

In veel eerste reacties wordt deze laffe daad een aanslag op de persvrijheid genoemd. De persvrijheid is hier wel degelijk één van de slachtoffers maar die analyse schiet te kort. Die gemaskerde mannen hebben geen arsenaal zware wapens gekocht louter en alleen omdat ze overhoop liggen met de principes van de vrije meningsuiting.

Elders lezen we reacties die stellen dat Charlie Hebdo de moslims beledigd heeft. Opnieuw: die mannen schieten geen 12 mensen dood, waaronder een politieagent die gewond op de grond lag en die van dichtbij met een machinegeweer werd afgemaakt, omdat zij zich beledigd voelen. Hier is meer aan de hand. Dit is groter.

Wat woensdag in de rue Nicolas Appert gebeurde, is helaas deel van een groter plaatje. Volgens de laatste peilingen zou Marine Le Pen van het extreemrechtse Front National met de vingers in de neus de eerste ronde van de presidentsverkiezingen winnen. Een populaire schrijver vindt de deportatie van 5 miljoen moslims een goed idee en in Duitsland betogen bijna 20.000 mensen tegen de islam.

In eigen land treuren families in Vilvoorde en Antwerpen om hun zonen en dochters die naar Syrië trekken en die daar gruwelijke misdaden plegen of zien plegen.

Deze oorlog wordt al meer dan twintig jaar hier ver vandaan uitgevochten en maakte honderdduizenden slachtoffers en ontwrichtte hele regio's. Maar de fall-out van die oorlog komt steeds dichter. De gevechten breiden zich nu ook uit naar de straten van Parijs.

Ooit en liefst zo snel mogelijk gaan we moeten neerzitten en ons afvragen hoe we verder willen met elkaar, met onze verschillen, met Europa, onze relatie met de vroegere kolonies, onze economie, onze levens, onze planeet. Door het verschrikkelijke drama in Parijs lijkt dat moment verder weg dan ooit. Overal zijn er mensen (en helaas meer dan we denken) die dat in hun verwrongen logica een goede zaak vinden.

Tegenover zo'n gruwel kunnen we enkel onze menselijkheid benadrukken. Dat doen we door stilletjes te huilen voor de slachtoffers en hun naasten. Dat doen we door te denken aan de moeders en vaders in de Franse banlieus die met een bang hart de komende dagen en weken afwachten. Dat doen we ook door ons af te vragen waarom we niet even hard huilen om de 33 mensen die woensdag op bijna het zelfde moment omkwamen bij een aanslag in Jemen. Of we het nu willen of niet, wij - ja al die mensen - zijn met elkaar verbonden.

Als we ook maar één seconde toegeven aan de haat winnen de tegenstanders.

Vandaag op de hoogte van de wereld van morgen?