Foto: Jonas Vincken
Ze aarzelt een beetje vooraleer ze toehapt. “Ik weet niet of ik wel genoeg te vertellen heb. Er zijn zoveel mensen met interessantere of ergere verhalen. Anderzijds: misschien is het wel belangrijk om te vertellen dat ook de werkende middenklasse – de tweeverdieners – een prijs betaalt voor de keuzes van het beleid.”
Sofie werkt als bediende bij een privébedrijf in de provincie Antwerpen. Een jonge moeder met een werkende partner. Waarover kan die in vredesnaam te klagen hebben?
“Ons gezin leeft van twee inkomens. We hebben het goed en komen niets tekort. Maar ik word niet blij van wat ik zie en hoor.”
“Ik werkte voltijds, tot mijn moeder een zware beroerte kreeg. Dat sloeg in als een bom. Een zesde van haar hersenen is onherstelbaar beschadigd. Het was een loodzware periode. Plots moest ik, met een baby in mijn kielzog, constant op en neer naar het verre West-Vlaanderen. Ik bracht meer tijd door in de auto en het ziekenhuis dan thuis. De zorg voor mijn moeder en mijn kind slorpte alle tijd op. Ik kon niet anders dan halftijds gaan werken zolang die zorg zo intensief was.”
Ouderschapsverlof
“Mijn moeder is vorige week na negen maanden uit het revalidatiecentrum ontslagen. Wie had ervoor haar gezorgd als mijn vader tot z’n 67ste had moeten werken en niet met pensioen was geweest? Ik weet niet hoe we dat hadden moeten doen. Ik had daar nooit bij stilgestaan, dat ons nu al zoiets kon overkomen.”
“Intussen werk ik weer 4/5 en ben ik zwanger van een tweede kind. Ik vraag me af of de moeilijke zoektocht naar kinderopvang en de kostprijs ervan nog wel opwegen tegen de voldoening die ik vind in mijn werk. Ik heb best een goed loon. Toch bedraagt ook voor mij het verschil tussen uit werken gaan, met twee kinderen in de zelfstandige opvang, en voltijds thuisblijven in ouderschapsverlof met een aanmoedigingspremie slechts 114 euro. En dan betalen wij “maar” 27 euro per dag omdat we al ingeschreven stonden voordat de prijs omhoog ging. Wie nu inschrijft, betaalt maar liefst 32 euro per dag opvang. Wie kan dat in vredesnaam betalen?”
Inkomensgerelateerd
“Er bestaat natuurlijk inkomensgerelateerde kinderopvang, maar daar is gewoon geen plaats. Ik heb maandenlang rondgebeld en gezocht toen ik een bereikbare opvangplek zocht voor de oudste. Intussen hebben ze de wachtlijsten weggewerkt door ze gewoon af te schaffen. Wie geen plaats heeft, die heeft gewoon pech.”
“Zou de overheid niet voor iedereen betaalbare en kwalitatieve kinderopvang moeten voorzien?
Men wil ons allemaal zoveel en zolang mogelijk aan het werk, maar men slaagt er niet eens in om voor elk kind een plek in de kinderopvang te voorzien.
“Enkele maanden geleden las ik op de Facebookgroep Freecycle Antwerpen een bericht van een alleenstaande moeder die een job kan krijgen, maar na een jaar nog steeds geen opvang heeft gevonden en wier aanvraag voor de stedelijke groepsopvang nu ook geannuleerd is. Ze vraagt daarom op Freecycle of iemand op haar kind kan komen passen, zodat ze de job kan aannemen. Schrijnend, maar ik vrees dat dit geen uniek verhaal is.”
Pendelen
“Ik voel me vaak schuldig. Je wilt een goede ouder zijn, maar ook onafhankelijk zijn van je partner en je job goed doen. Dat werkt gewoon niet altijd. Ik zie zoveel mensen hiermee worstelen. Wie werkt, moet vaak ook pendelen. De school is uit om 16 uur of soms zelfs vroeger. Maar een peuter van 2,5 die nog maar net naar school gaat, die stop je toch niet tot zes uur ‘s avonds in de opvang? En wat met de schoolvakanties? Moet zo’n peuter echt de hele zomer op kamp?”
“We werken allebei, combineren dit met de zorg voor het gezin en we trekken twee weekends per maand voor een weekend naar West-Vlaanderen om mijn ouders te ondersteunen. Die weekends blijft al de rest liggen. Kleine verbouwingen aan ons huis zijn voor onbepaalde duur uitgesteld. Mijn sociaal leven staat op een laag pitje.
Ik ben 29 jaar, een leeftijd waarop je een actief en rijk leven hoort te hebben.
Als ik kijk naar een aantal Scandinavische landen, dan weet ik dat het ook anders kan. Daar lijken de rollen beter verdeeld en krijgen beide ouders wat ruimte wanneer ze een kind krijgen. De kinderopvang is er degelijk en er is tenminste plaats. Hier beland je noodgedwongen in een soort rolpatroon en daar geraak je de rest van je leven niet meer uit. Vrouwen verdienen gemiddeld minder, waardoor het de logische keuze is dat zij thuisblijven of deeltijds werken als er mantelzorg nodig is. Als vrouw aan een volledige loopbaan van 42 jaar geraken, dat is loodzwaar. Geen wonder dat de meesten daar niet in slagen.”
Arbeider
“Mijn dochter zal 39 zijn wanneer ik met pensioen kan. Ik zal er dus niet kunnen zijn voor mijn kleinkinderen. Dat vind ik zo’n trieste gedachte. En als er met ons iets gebeurt zal zij, net als ik nu, het onmogelijke moeten doen om voor ons te zorgen.”
“Men heeft de mond vol over de levensverwachting die stijgt. Wel, mijn moeder kreeg borstkanker op haar 54ste en een zware beroerte op haar 57ste. Mijn vader heeft z’n hele leven gewerkt als arbeider, maar heeft al jaren rugklachten, terwijl hij nog maar 64 is. Hoezo we moeten allemaal werken tot ons 67ste? Is dat echt het enige waar een mensenleven voor dient?
Mensen als Karel Van Eetvelt gaan er blijkbaar van uit dat iedereen een job heeft die hij of zij met passie doet en die alle voldoening biedt.
“Kijk, ik doe mijn werk graag, maar ik wil ook andere dingen in mijn leven naast werken en zorgen. Eens een boek lezen bijvoorbeeld. Eens een avond met vrienden afspreken. Maar wie dat zegt, die is verwend.”
Tijdskrediet
“Ik zie in mijn omgeving heel wat mensen hun werk in de sociaal-culturele sector kwijtraken. Intussen hoor ik de regering beweren dat ze 80.000 jobs gaat creëren. Ik vraag me echt af wat voor jobs dat dan zijn. Kwalitatieve jobs? Of veeleer mini-jobs naar Duits model?”
“Goed voor je kinderen zorgen is investeren in de toekomst. Zorg voor elkaar is broodnodig. Maar er wordt ons aangepraat dat we vooral moeten werken. Deze regering vindt zorg blijkbaar niet belangrijk. Dat maakt me boos. Gebruikmaken van tijdskrediet om alle ballen in de lucht te houden is niet profiteren van de maatschappij. Het is investeren.”