Besparingsmaatregelen doen patiënten pijn
'Langdurig zieke werklozen moeten tot 269 euro per maand inleveren', luidde de kop in zowel De Standaard, De Morgen als Het Laatste Nieuws op woensdag 5 november. Door deze maatregel zou hun maandelijkse inkomen er met 269 euro op achteruitgaan, meldden de media. Maar ministers De Block en Peeters weerspreken deze bewering.
Zit je op dit moment langer dan een halfjaar ziek thuis, dan heb je van de zevende tot de twaalfde maand recht op een extra uitkering van het Rijksinstituut voor Ziekte en Invaliditeitsverzekering (RIVIZ) boven op de werkloosheidsuitkering. De federale regering heeft kenbaar gemaakt dat bij langdurige ziekte een werkloze vanaf 2015 niet meer krijgt dan een mens die werkt. Uitsluitend wanneer de werkloosheidsuitkering boven de arbeidsongeschiktheidsuitkering van een werkende uitkomt, wordt de arbeidsongeschiktheidsuitkering voor de langdurig zieke werkloze verlaagd tot het niveau van de uitkering van de werkende.
Deze besparing komt boven op de stapel besparingsmaatregelen voor de gezondheidszorg die de federale regering getroffen heeft. “We vinden de bezuinigingsplannen voor de gezondheidszorg onaanvaardbaar”, luidt het weerwoord van Urbain Vandormael, woordvoerder van Socialistische Mutualiteiten.
Onaanvaardbaar
“De regering Michel I is nog maar pas aangetreden of het regent al besparingsmaatregelen die de patiënt pijn doen”, gaat Vandormael verder. “We zijn daar erg ongelukkig mee als mutualiteit. Op 6 november 2014 betogen we daarom mee in Brussel.”
Vandormael: "De voorgestelde bezuinigingen vinden we onaanvaardbaar omdat deze een kwetsbare groep – werklozen die ziek worden – financieel zwaar treffen. De besparing is een pak geld voor langdurig zieken die van een vervangingsinkomen moeten rondkomen, omdat deze mensen ook nog eens worden geconfronteerd met hoge dokters- en geneesmiddelenrekeningen. Als je gezond bent, zoek je nog een job erbij, maar je moet ervan uitgaan dat mensen die ziek zijn het daarmee al zwaar genoeg hebben.”
Over de
rug van de patiënt
Peter Callewaert, algemeen secretaris van Socialistische Mutualiteiten, richtte op 5 november in De Morgen een brief aan minister Maggie de Block van Sociale Zaken en Volksgezondheid. Hierin uit hij zijn bezorgdheid tegen de federale regering die volgens hem een deel van de zware besparingen over de rug van de patiënt wil doorvoeren. Het regeerakkoord staat vol goede voornemens voor de gezondheidszorg, aldus het socialistische ziekenfonds, maar deze ambities staan haaks op de middelen die de regering ervoor uittrekt.
De uitgaven mogen slechts 1,5 procent per jaar stijgen, terwijl een groei van 3 procent realistisch zou zijn om de geplande verbeteringen ten uitvoer te brengen. Er staat een besparing van 355 miljoen euro netto bij de ziekteverzekering op de planning, die tegen 2018 op haar hoogtepunt moet zijn.
Vrouwen dienen na een bevalling eerder het ziekenhuis te verlaten, zonder dat ze thuis kunnen rekenen op voldoende ondersteunende maatregelen, zoals kraam- en andere thuiszorg. De Socialistische Mutualiteiten rekenden uit dat de meest kwetsbare groepen 13 procent minder begeleiding ontvangen na de bevalling.
Daarbovenop staat patiënten een verhoging van het remgeld voor specialisten te wachten en wordt de derdebetalersregeling voor mensen met recht op verhoogde tegemoetkoming op de lange baan geschoven.
Belangenverdediger en drukkingsgroep
Callewaert uit in de brief zijn angst voor een sluipende privatisering richting een hogere patiëntenfactuur en aanvullende private ziektekostenverzekeringen voor degenen die het zich kunnen veroorloven.
“We vrezen dat het budgettaire keurslijf een alibi wordt. Het perfecte excuus om het refrein ‘er is geen alternatief’ erin te drammen. Het perfecte excuus om het refrein ‘we moeten snoeien om te bloeien’ erin te drammen.”
Vandormael benadrukt dat de Socialistische Mutualiteiten optreden als belangenverdediger aan de ene kant en als drukkingsgroep aan de andere kant, maar niet meer kan doen dan wijzen wat de gevolgen zijn. De woordvoerder hoopt dat er een reactie komt vanuit de bevolking. “We zullen zien hoeveel mensen vandaag de straat op gaan, maar ik denk dat er in de komende tijd nog meer protestacties zullen komen.”