Beste,
Ik bekeek zondag 19/10/2014 de uitzending van De Zevende Dag waarin mijn collega, Samira Azabar (als activiste van BOEH!), uitgenodigd was om het gesprek te voeren met Raymonda Verdyck (afgevaardigd bestuurder van het Gemeenschappelijk Onderwijs), over de uitspraak van de Raad van State met betrekking tot levensbeschouwelijke kentekens in het onderwijs. Ik kan niet anders dan mijn verontwaardiging uitdrukken over de manier waarop dit debat gemodereerd werd.
Als vormingswerker ervaar ik dagelijks hoe moeilijk het is om dit soort debatten, waarin mensen met erg tegengestelde visies hun standpunt ten aanzien van eenzelfde thema moeten verwoorden, te modereren.
Het vraagt ontzettend veel inhoudelijke voorbereiding en tegelijk ook gesprekstechnische vaardigheden om zo’n debat in goede banen te leiden. Doel blijft uiteindelijk dat het publiek niet enkel degelijk geïnformeerd wordt over het onderwerp dat gethematiseerd wordt (in casu de uitspraak van de Raad van State), maar ook zicht krijgt op de verschillende standpunten die er leven ten aanzien van dit thema en de argumentatie erachter.
Om dit op een correcte en respectvolle manier te doen, dient een moderator dan ook van bij het begin van het gesprek het thema goed in te leiden en te situeren (wat is nu eigenlijk de uitspraak die de Raad van State gedaan heeft?), om vervolgens beide partijen ongeveer even veel ruimte te bieden om de eigen visie uiteen te zetten.
Daarbij mag je ook verwachten dat een moderator erover waakt dat sprekers dat op een voor het publiek toegankelijke manier doen en dat ze mekaar laten uitspreken.
Dat zijn gewoon ‘basisvaardigheden’ waarover je als moderator moet beschikken.
Wie in mijn vormingsinstelling die basisvaardigheden onvoldoende in de vingers heeft, zal in géén geval een panelgesprek begeleiden. Niet eens voor een groep van 6 deelnemers ergens in een parochiezaaltje in Karrewiet. Ik vind het dan ook hallucinant dat dit blijkbaar wél kan op de VRT, voor zo’n slordige 80.000 kijkers (ik weet niet precies wat de kijkcijfers van De Zevende dag zijn).
Men zou mogen verwachten dat de moderator zowel mevrouw Azabar als mevrouw Verdyck even het woord geeft bij het begin van het gesprek, om bij voorbeeld summier aan te geven hoe ze zich tot deze uitspraak verhouden, om vervolgens dieper in te gaan op de argumenten achter beide standpunten. De ruimte die beide sprekers kregen om hun standpunt neer te zetten was echter zéér ongelijk. Ik nodig u uit om zelf even te timen hoe lang elk van de sprekers aan het woord zijn geweest gedurende dit debat.
Men zou ook mogen verwachten dat de journaliste in kwestie, mevrouw Lekhli, een minimum aan kennis heeft over het onderwerp van debat en dus in staat is om de uitspraak van de Raad van State kort samen te vatten bij het begin, en tevens om te kunnen ingrijpen wanneer mevrouw Verdyck minutenlang een zeer technisch betoog houdt waar inhoudelijk geen touw aan vast te knopen is. Zelfs voor deskundigen ten aanzien van dit onderwerp was nauwelijks te volgen waarover zij het precies had. Voor een publiek met weinig achtergrondkennis over het thema, was het Latijn.
Bovendien zou een journalist die het arrest gelezen had, ook gemerkt hebben dat mevrouw Verdyck een wel erg bijzondere interpretatie van het arrest naar voren schoof. Wat haar goed recht is, maar het lijkt mij op z’n minst de moeite waard om daar als moderator wat kritische vragen over te stellen.
Als dan Samira Azabar uiteindelijk zélf ingrijpt en heel concreet reageert op wat mevrouw Verdyck niet in mensentaal uitgelegd krijgt, dan krijgt zij nauwelijks de kans om uit te spreken, en laat de moderator ook toe dat mevrouw Verdyck gewoon over mevrouw Azabar heenpraat.
Kortom: de kwaliteit van het debat was gesprektechnisch beneden alle peil. Ik kan me moeilijk voorstellen dat jullie zelf tot een andere conclusie zijn gekomen.
Verder wordt met dit soort ‘journalistiek’ nog maar eens de heersende verhoudingen met betrekking tot minderheden bevestigd: vertegenwoordigers van minderheden mogen zogezegd wel ‘participeren’ aan het maatschappelijke debat maar krijgen in realiteit nauwelijks de kans om hun standpunt te verwoorden. En wanneer ze zelf het woord nemen worden ze overblaft door het meerderheidsstandpunt.
Als de VRT en De Zevende Dag hier ànders mee willen omgaan, zullen ze dit toch iets bewuster en professioneler moeten aanpakken.
Met vriendelijke groet,
Elke Vandeperre
Coördinator vzw Motief – socio-culturele vormingsinstelling gespecialiseerd in het thema levensbeschouwing & samenleving