Wijkfeest multicultureel jongerencentrum Chicago.
Opinie - Bie Vancraeynest

Steentje bijdragen

Bie Vancraeynest, coördinator van het jeugdhuis Chicago in Brussel, hield tijdens het startevenement van #hartbovenhard een korte speech die we u niet willen onthouden: als er nog iemand zegt dat ‘iedereen zijn steentje moet bijdragen, dan gooi ik een kassei door een ruit.’

woensdag 24 september 2014 09:16
Spread the love

Ik?
Ik moet helemaal niks.
Ik draag al elke dag een steentje bij.

Door eenvoudig te leven, klein behuisd en zonder auto,

door hard te werken om de stad mooier en zijn jonge bewoners gelukkiger te maken,

door te trachten zorgvuldig om te gaan met de mensen die mijn pad kruisen
en door veel uit te gaan eten en veel schoenen te kopen.

Ik ben niet verantwoordelijk voor de crisis.
Ik heb niet gepokerd met de gemeentefinanciën.
Ik heb niemand een flutlening aangesmeerd.
Ik heb niet boven mijn stand geleefd, allez ja…

Ik moet helemaal niks.

Ik heb, hoewel opgetrokken uit westvlaamse katholieke klei, weinig op met die zelfkastijding. Die ‘iedereen moet het voelen’-vibe.

Dat masochisme mogen ze houden, samen met hun gebrek aan levensvreugde,
hun gebrek aan empathie en solidariteit. Ze mogen hun perverse idee dat
we op zorg, geluk en ontmoeting nog kunnen besparen, houden.

En ook al zie ik het mechanisme van ‘ons eerst murw slaan met een
doemscenario en dan sussen dat het wel niet zo’n vaart zal lopen! Ook al
zie dat doorzichtige mechanisme van ‘het half pakske slaag’.

Toch laat ik me er al aan vangen. Dat gaat dus echt rap.

Want in mij piept ondertussen ook een klein stemmetje: ‘Please, laat
mij gewoon verder doen wat ik nu doe.’ ‘Laat ons wachten op de cijfers,
de echte cijfers…’

En dat is gevaarlijk, want daarmee berg ik de vele ambities, en die van en voor mijn jongeren, op.

Want het gaat hier niet over mij.
Het gaat vooral over zij die hier niet zijn (kinderen, tieners,
jongeren), die nog veel minder dan ik, schuld hebben aan de crisis.
Het gaat over zij die niet weten wat hen boven het hoofd hangt. Zij die
al lang in survivalmodus zitten, zij die al in de touwen hangen.

Ik zie nog een ander pervers mechanisme. Dat verheffen van
uitzonderlijke excessen, tot de norm, om daarna een verworven sociaal
recht uit te hollen.

Er zijn rijke bejaarden die gratis de bus nemen, schande!

Onder het mom van ‘eerlijk en billijk te werk te gaan’.

Wij, wij gaan de ‘echte armen’ helpen, in plaats van jullie die de
‘valse’ armen  in slaap wiegen, om jullie eigen bestaan te
verantwoorden.

Straks komt er dan een projectsubsidielijntje, met
‘competentieprofielen’ en ‘individueel toeleiden naar’ en ‘Nederlands
leren’ en ik ga er misschien nog op intekenen ook. Want zo snel gaat
dat.

Ik begin mijn werk en mijn publiek te verdedigen. Te pas en te onpas.
Op café. Op familiefeesten. In panels. Op kabinetten. Hier.
 
Terwijl ik hier eigenlijk gewoon geen tijd voor heb.
Ik wil gewoon verder doen waarmee ik elke dag bezig was… Een plek
creëren waar verschil de norm is en er complexloos van de ene naar de
andere taal wordt overgeschakeld. Waar iedereen zorgt voor elkaar, waar
de groep, jongeren boven zichzelf doet uitstijgen. Waar we elke dag, met
vallen en opstaan bewijzen dat het wel kan: een solidaire en diverse
samenleving.

Het is een uitdaging om verbindend te werken, om op zoek te gaan naar
de grote gemene deler. Zoeken naar wat werkt, en dat dan groter maken.
Actief je oordeel uitstellen en vasthouden aan een onwrikbaar geloof dat
samenleven boven segregatie gaat, en dat er van iedereen iets te leren
valt. Dat er duizend manieren zijn om iets te doen, niet alleen de
‘mijne’. Er staan nog geen nummers op onze voetbaltruitjes. Anas wil
zijn roze fiets zwart spuiten. Nog niet iedereen heeft een school en het
is al 22 september. We verwachten dertig mama’s op het infomoment. Ik
zoek nog een nieuwe improvisatietheatercoach en het is nog maar maandag.

Moi, j’ai déjà des trucs à faire.

Maar ik ben blij om hier te zijn.
Ik heb het gevoel dat er ‘momentum’ is.
Wij zitten hier toch maar, allemaal samen.
We gaan ons niet uit elkaar laten spelen, laten ons niet bang maken, we laten ons niet opjagen.

We gaan ons hier straks, collectief moed indrinken.

De geruststellende woorden van Eleonore Roosevelt indachtig.
Courage is more exhilarating than fear, and in the long run, it is easier”. 

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!