Bij
de presentatie van hun jaarlijkse gezamenlijke rapport The
State of Food Insecurity in the World 2013 op 16 september 2014 over voedselzekerheid in de wereld, stelden de
VN-Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO), het Internationale Fonds
voor Landbouwontwikkeling (IFAD) en het Wereldvoedselprogramma (WFP)
dat het halen van de Millenniumdoelstellingen alleen
mogelijk is als de inspanningen vergroot worden.
Deze Millenniumdoelstellingen, die in 2015 aflopen, willen het aantal ondervoede mensen halveren
ten opzichte van het niveau in 1990. De drie VN-organisaties stellen
vast dat er aanzienlijke vooruitgang is geboekt, maar dat sommige
regio’s achterblijven: Afrika ten zuiden van de Sahara, waar meer dan
een op de vier mensen chronisch ondervoed is, en Azië, waar de
meeste mensen wonen die honger lijden (520 miljoen).
In de Stille Oceaan was
procentueel gezien sprake van een bescheiden verbetering: 12,3
procent nu tegenover 14 procent twee jaar geleden. Latijns-Amerika en
het Caraïbische gebied hebben de meeste vooruitgang geboekt op het
gebied van voedselzekerheid. Momenteel hebben 63 ontwikkelingslanden
hun Millenniumdoelstelling gehaald en 6 anderen zullen dit in 2015 bereiken.
Complex probleem
Ertharin Cousin,
directeur van het WFP, waarschuwde bij de presentatie van het rapport
echter dat er niet te vroeg gejuicht moet worden. “We moeten nog
steeds 805 miljoen mensen bereiken die niet genoeg eten hebben om
gezond en productief te kunnen leven.”
De VN-organisaties
riepen op een “stimulerende omgeving” te creëren, omdat
“voedselzekerheid en ondervoeding complexe problemen zijn die
niet door één sector of partij alleen opgelost kunnen worden.”
Regeringen zouden nauw samen moeten werken met de privésector en
burgerorganisaties.
Volgens het
rapport moet een “stimulerende omgeving” gebaseerd zijn op
een geïntegreerde aanpak met publieke en private investeringen om de
landbouwproductiviteit, beschikbaarheid van land, technologie en
markten te verhogen. Ook moeten er maatregelen komen om
plattelandsontwikkeling in de armste gebieden te stimuleren en de
meest kwetsbaren te beschermen, inclusief het versterken van hun
weerbaarheid in conflictsituaties en bij natuurrampen.
Ebola
Cousin verwees in
het bijzonder naar de huidige ebola-uitbraak in de West-Afrikaanse
landen Sierra Leone, Liberia en Guinea. “Dit is een medische
noodsituatie zoals we die niet eerder hebben meegemaakt en die dreigt
uit te monden in een grote voedselcrisis.”
In deze landen
wordt als gevolg van de ebola-uitbraak niet meer geplant en geoogst
volgens de gebruikelijke timing, terwijl de ziekte doorraast. “Dit
kan snel uitlopen op een voedselcrisis die op korte termijn mogelijk
1,3 miljoen mensen kan raken.”