De rector van de KU-Leuven, Rik Torfs, pleit voor een bindende toelatingsproef voor studenten uit “niet aansluitende opleidingen”. Hij waant zich hiermee revolutionair, aangezien hij hiermee een oude traditie in vraag stelt. Dat hij als rector van de grootste hoger onderwijsinstelling de uitsluiting van duizenden studenten verdedigt en in één adem beweert dat het hoger onderwijs niet meer geld nodig heeft is ronduit zorgwekkend. We willen niemand uitsluiten, maar…
Hij beweert zelf dat hij nog steeds toegankelijk onderwijs verdedigt: “We willen niemand uitsluiten om universitaire studies te volgen en schakelprogramma’s blijven bestaan, maar wie beroepsonderwijs volgde heeft in de praktijk weinig kans op slagen aan de universiteit en moet daarom volgens ons eerst slagen in een toelatingsproef. ”Waar ik vandaan kom zegt men wel eens dat alles wat voor de “maar” gezegd wordt, niet telt. Dit is bij de Leuvense rector niet anders.
Zo blijkt ook uit alles wat op de maar volgt dat hij in feite wél voor het uitsluiten van studenten in het hoger onderwijs is.
Verdoken besparing
Het bindend maken van een toegangsproef voor studenten uit bijvoorbeeld het BSO komt de facto neer op het uitsluiten van deze studenten, en dat weet ook Torfs.
In tegenstelling tot wat hij ons wil doen geloven, verdedigt hij deze proef niet uit oprechte bezorgdheid in het welzijn en het slagen van de studenten. Dit gaat om een besparingsmaatregel. Hij geeft ook zelf toe dat volgens hem universiteiten niet meer geld nodig hebben, maar autonomie. Dan is de vraag natuurlijk: autonomie om wat te doen? Om ervoor te zorgen dat de KULeuven enkel de allersterkste studenten binnenkrijgt meneer Torfs?
Dit zou u in ieder geval een heleboel kopzorgen en geld besparen, dat is waar. Zo moet u niet meer voorzien in goede studiebegeleiding, maar ook in de sociale voorzieningen bespaar je geld.
Dankzij het watervalsysteem in het secundair onderwijs is het namelijk zo dat de armsten in onze samenleving ook het laagst onderaan de waterval eindigen, met andere woorden: degenen die een richting volgden die niet aansluit op het hoger onderwijs. En laat dit nu net degenen zijn die u een bindende toegangsproef wil opleggen. De keuze: kwaliteitsvol onderwijs voor iedereen of voor de happy few?
Kwaliteitsvol onderwijs wil iedereen. Er zijn echter twee manieren om hiertoe te komen, en dit is ook de keuze die de volgende regering zal moeten maken. Ofwel doen we wat dhr. Torfs voorstelt en kiezen we voor de antidemocratische weg. Deze zorgt ervoor dat studenten aan de poort geselecteerd worden, waardoor enkel diegenen overblijven die zeker zullen slagen.
Ofwel kiezen we voor een toegankelijk onderwijs waarin we investeren om ervoor te zorgen dat er effectief meer studenten slagen. Dit laatste wordt al decennia lang verdedigd door de studenten. Dhr. Torfs noemt dit een traditie die in vraag gesteld kan worden. Wel meneer Torfs, ik vrees dat u binnenkort een heleboel studenten aan uw rectoraat zal zien om u eraan te herinneren dat deze traditie ook vandaag nog meer dan het verdedigen waard is.
Kant kiezen
Één rector beslist hier natuurlijk niet alleen over.
Ook de volgende regering heeft de kans om hier keuzes in te maken. Studenten vragen al jarenlang een herfinanciering vragen van het onderwijs. Wij willen ijveren voor een samenleving waarbij de ongelijkheden weggewerkt worden in plaats van versterkt.
De volgende regering kan de keuze maken om werk te maken van een rechtvaardige fiscaliteit, waarbij de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen en hiermee een einde maken aan de structurele onderfinanciering van ons onderwijs. Maar dar is moed voor nodig. Het is een kwestie van kant kiezen.
Nele Van Parys, verantwoordelijke voor onderwijsthema’s voor Comac, de jongerenbeweging van de PVDA