De
realiteit liegt er niet om: Vlaanderen telt meer dan anderhalf
miljoen inwoners van niet-Belgische origine. In de steden ligt het
aantal inwoners van allochtone origine procentueel nog een stuk
hoger: van een kwart in Gent en Leuven, tot bijna 40 procent in Antwerpen
en 68 procent in Brussel.
Men
mag verwachten dat het onderwijs anno 2014 zich aan die realiteit
heeft aangepast. Er
worden inderdaad ontegensprekelijk inspanningen geleverd en er is heel wat
goede wil bij inrichtende machten, directies en leerkrachten. Toch
vallen er kanttekeningen te maken bij de manier waarop het begrip “multicultureel onderwijs” vandaag wordt ingevuld.
Cultuur
is niet gelijk aan religie
Om
te beginnen blijken heel wat leerkrachten “multiculturaliteit” te
verwarren met “religieuze diversiteit”. Op school wordt wel aandacht
besteed aan de Islam en een aantal in het oog springende gebruiken,
zoals de ramadan en het offerfeest. Andere culturele aspecten blijven
meestal buiten beschouwing. Wat meertaligheid betreft, is er zelfs
sprake van een bewuste en duidelijke inperking. Toch maakt ook de
thuistaal een essentieel onderdeel uit van cultuur en cultuurbeleving
van ieder individu.
De
onderwijspraktijken die multiculturaliteit moeten bevorderen, beperken
zich tot het aanbrengen van feiten en weetjes over geschiedenis
en gebruiken die eigen zijn aan een bepaalde cultuur. Er wordt niet
gedacht vanuit het standpunt van de cultuur in kwestie. Structuren
worden niet in vraag gesteld.
Multicultureel
onderwijs nodig in alle scholen
Vooral
scholen met een heterogeen en divers leerlingenpubliek besteden
aandacht aan multiculturaliteit. Toch stellen de eindtermen dat
multicultureel onderwijs een opdracht is voor alle scholen. Bovendien
hebben autochtone leerlingen kennis nodig over diversiteit en de
andere culturen waarmee ze samenleven, misschien zelfs nog meer dan
leerlingen in ‘gekleurde’ scholen, die dagelijks in aanraking
komen met de concrete diversiteit van de samenleving.
Katholieke
scholen scoren lager inzake multiculturaliteit dan
gemeenschapsscholen. Ook
de achtergrond van de leerkrachten speelt een rol. Leerkrachten die
zelf tot een etnische minderheid behoren, hebben meer aandacht voor
multiculturaliteit dan autochtone leerkrachten. De leeftijd van de
leerkrachten daarentegen speelt geen enkele rol.
Beleid
is van belang
Wat verder opvalt uit het onderzoek: er is een duidelijk verschil
merkbaar tussen de scholen in verschillende steden. Zo
blijken Gentse en Genkse leerkrachten meer aandacht te besteden aan
multicultureel onderwijs dan hun Antwerpse collega’s, iets wat
volgens de onderzoekers deels verklaard kan worden door de politieke
achtergrond in deze steden. Deze vaststelling geeft aan dat beleid
wel degelijk een verschil maakt en een reële impact heeft op hoe
onderwijs wordt ingevuld en beleefd.
Het
is voor een allochtoon kind nog steeds onmogelijk om op te groeien in
België of eender welk ander Europees land zonder zich anders te
voelen. Ongelijkheid en onverdraagzaamheid vinden veelal een
voedingsbodem op school. Het belang van onderwijs in het streven naar
een multiculturele samenleving kan niet overschat worden.
Als we als samenleving werkelijk racisme
willen bestrijden, dan zal en moet het onderwijs daar onvermijdelijk
een belangrijke rol in spelen. De
onderzoekers suggereren scholen onder meer om hun
leerkrachtenpopulatie diverser te maken zodat zij een afspiegeling
vormen van de samenleving. Dat betekent dat ze proactief moeten
zoeken naar allochtone leraren. Lerarenopleidingen zouden
multicultureel onderwijs structureel kunnen opnemen in hun
curriculum.
De
studie werd gepubliceerd in het vaktijdschrift Education and Urban
Society.