Zowat iedereen heeft een mening over de
resultaten van 25 mei 2014. ‘De N-VA heeft het Vlaams Belang en Lijst
Dedecker opgeslokt’. ‘De kiezer heeft een pro-Europese stem
uitgebracht’. ‘De traditionele partijen hebben hun kiezers behouden’.
‘De regeringspartijen werden niet afgestraft’. ‘De meerderheid werd
zwaar afgestraft door de duidelijkste oppositiepartij te doen groeien’. ‘De kiezers hebben pro-Belgisch gestemd.’ Kortom, voor elk wat wils.
“Dat is menselijk”, vindt professor Kris Deschouwer. Hij is professor aan
de Vrije Universiteit Brussel (VUB) en hoofd van de faculteit
Politieke Wetenschappen. Samen met zijn staf doet hij al jaren
onderzoek naar de dynamiek van politieke partijen, verkiezingen,
representatieve systemen, federalisme en regionalisme en –
uiteraard – over de Belgische politiek.
“Politici en media willen liefst zo
snel mogelijk een uitleg over de resultaten. Ze willen ‘het signaal
van de kiezer’ kennen en naar hun hand zetten. Politieke partijen die gewonnen hebben zijn er dus als de kippen bij om de uitslag een draai te geven die hen
past. Ze gaan er daarbij gemakshalve vanuit dat
totaalcijfers en procenten direct interpreteerbaar zijn. Liefst van
al gaan de winnaars daar dan hun groot gelijk uit afleiden.”
“Jammer voor hen, maar dat is niet
zo. Zijn bijgewonnen stemmen te wijten aan de exclusieve toestroom
van één of meer verliezende partijen? Zijn alle bijgewonnen stemmen
te wijten aan één specifiek programmapunt? Een winnende partij kan
best toch stemmen hebben verloren aan partij A, maar wel méér stemmen hebben veroverd op partij B en C.”
“Je kan met andere woorden op basis van de totaalcijfers van de verschuivingen in het stemgedrag niet zomaar stellen, dat de kiezer voor een bepaalde beleidsverandering heeft gekozen. Ik hoor dus heel wat dingen
die niet wetenschappelijk onderbouwd en soms gewoon foutief zijn. Uiteindelijk hebben de politici daar geen baat bij.”
“We zitten nu eenmaal met een
meerpartijensysteem. Dat betekent dat klaar en duidelijke
machtswissels bijna nooit mogelijk zijn, snelle antwoorden al evenmin. Willens nillens zullen er in elke
nieuwe regeringsmeerderheid ook altijd enkele partijen van de vorige
coalitie zitten en dat zijn niet per se de partijen die gewonnen hebben.”
“Er zijn andere landen waar de avond
van de verkiezingen zelf de volgende regering al bekend is, zoals de Britten met hun meerderheidskiesstelsel. In de Scandinavische landen heb je politieke partijen die duidelijk bij elkaar horen. Die weten ook snel dat er een regeringswissel komt. Dat is
snel, maar is dat daarom per definitie beter? Dat is niet bewezen. Dergelijke systemen voldoen wel beter aan het verlangen naar snelle verklaringen.
Nogmaals, het verlangen om snel alles te weten is menselijk, maar degelijke besluiten kan je zo niet
trekken.”
“Bovendien, de exclusieve aandacht
voor de winst- en verliescijfers vertekenen het globale beeld van de
uitslag. Zo bekijk je alleen het stemgedrag van de kiezers die anders gestemd hebben dan de vorige keer. De mening van een kiezer die nu op dezelfde partij heeft
gestemd als in 2010 is echter even belangrijk om weten. Dat vergeten de partijen wel eens.”
“Bijvoorbeeld, Open VLD deed het zeer
goed bij de Europese verkiezingen. Was dat uitsluitend te wijten aan
lijsttrekker Guy Verhofstadt? Trouwens, waarom hebben die kiezers voor
Verhofstadt gestemd? Neem de N-VA, die heeft campagne gevoerd met de framing, wij
of de PS-staat. Is dat werkelijk het enige element dat hun overwinning
verklaart?”
“Een degelijk onderzoek vraagt nu
eenmaal tijd, politici en media wachten niet graag. Voor een degelijke vergelijkende analyse is een onderzoek van de
kiesintenties voorafgaand aan de verkiezingen nodig. Zo kan je nagaan wat er veranderd is sinds de vorige verkiezingen”, zegt Deschouwer.
“Wij hebben onmiddellijk na 25 mei al
de deelnemers aan die voorafgaande representatieve steekproef
opnieuw gecontacteerd. Wij, dat zijn onze Belgische partners in
PARTIREP, de interuniversitaire samenwerking van Universiteit Antwerpen, de VUB en de Université Libre de Bruxelles,
de Katholieke Universiteit Leuven en de Université Catholique de
Louvain.”
“De deelnemers aan deze survey kregen
een boekje met vragen. Hun antwoorden gaan we verwerken. Je mag de resultaten
verwachten in september of oktober.”