Een grote actie om olieboringen in het gebied tegen te gaan, werd afgelopen
augustus stopgezet. In ruil voor de belofte dat
Ecuador het Ishpingo-Tambococha-Tiputini (ITT)-veld, een gebied van tienduizend
vierkante kilometer Amazonewoud, met rust zou laten, had de president 3,6
miljard dollar willen ophalen bij andere overheden en internationale instellingen.
De crowdfundingsactie leverde echter
maar 13 miljoen op. De totale straatwaarde van de olie ligt rond de 18 miljard dollar. De president zei ernstig teleurgesteld te zijn dat er niet genoeg geld was ingezameld. “Het gaat hier niet om liefdadigheid, maar om het nemen van medeverantwoordelijkheid in het klimaatprobleem.”
Volksenquêtes in het land hadden aangetoond dat 93 procent van de bevolking wel achter het ITT-plan staat en het boren in het gebied verwerpt. Naast deze door de regering
geïnitieerde actie werden dan ook 850.000 handtekeningen opgehaald door
milieuactivisten. Daarvan werden er maar 359.781 goedgekeurd. Activisten van de groep Yasunidos, die de
handtekeningen hadden verzameld, beschuldigden de overheid van
“fraude”. Er zijn volgens de
Ecuadoriaanse wet 583.323 handtekeningen nodig om een referendum af te dwingen.
Natuurgebied
Het deel van het regenwoud
in de Amazone waar het om gaat, is een van de meest biodiverse gebieden van de
wereld. Sinds 1995 doen topbiologen er onderzoek. Alleen al in de hectaren grond
rondom de onderzoekspost zijn zo’n 100.000 verschillende insectensoorten
gevonden (meer dan in de VS en Canada bij elkaar), en vele duizenden die nog
niet officieel beschreven zijn.
Daarnaast leven er in het gebied 600
soorten vogels, zeer veel verschillende kikkers en ontelbare
soorten bomen. Ook leven er twee geïsoleerde inheemse stammen. Het gebied is in 1989 door
de Unesco uitgeroepen tot World Biosphere Reserve. Onder het gebied ligt echter
een geschatte hoeveelheid van 846 miljoen vaten olie. Dat zou ongeveer 20
procent zijn van de Ecuadoriaanse olievoorraad.
Olie
Sinds de jaren 1970 heeft er
beperkte olie-exploitatie plaatsgevonden in delen van Yasuni, het natuurgebied dat
10.000 vierkante kilometer omvat. De plannen die er nu liggen, zijn omvangrijker. Milieuorganisaties vrezen dat, met de vele wegen die nu aangelegd gaan worden, het gebied verloren is.
Eerder was er toestemming gekomen voor oliebedrijf Petroamazonas om toegangswegen en dergelijke te bouwen die
nodig zijn voor de boringen. Minister van Milieu, Lorena
Tapia, liet vorige maand weten dat vergunningen voor olieboringen in het gebied
zijn afgegeven en deze al in 2016 konden beginnen.
Petroamazonas staat volgens
Esperanza Martinez, milieuactiviste uit Ecuador, slecht bekend. In de
geschiedenis van het bedrijf is er meerdere malen sprake geweest van
lekkages en het bedrijf is volgens haar dus niet te vertrouwen met het kostbare
natuurgebied.
Fraude
Afgelopen februari ontdekte The
Guardian dat de Ecuadoriaanse regering al een deal van 1 biljoen dollar
had gesloten met een Chinese bank, zodat ze geld zouden hebben om te gaan boren. Deze deal kwam tot
stand in dezelfde tijd dat de roep om donaties tegen de boringen door de
overheid werd geuit. Wat de vraag oproept of de regering het gebied in de eerste plaats wel wilde redden.
De Ecuadoriaanse
ambassadeur, Juan Falconi Puig, reageerde op het artikel en noemde de
beschuldigingen ongegrond en betichtte de krant van fraude. Volgens president Correa heeft
Ecuador geen andere keuze dan door te gaan met de plannen voor het winnen van
olie. Het geld dat de olie zou opleveren, is volgens hem te belangrijk voor het
land.
Olie is het belangrijkste
exportproduct van Ecuador. Correa heeft beloofd dat alle inkomsten uit
oliewinning zullen worden gebruikt voor armoedebestrijding. Of dit ook gaat
gebeuren, is natuurlijk de vraag.