Thuistaal op school: vloek of zegen?

Teaser fallback community afbeelding
Als het aan de Gentse onderwijsschepen Elke Decruynaere (Groen) ligt krijgen kinderen voortaan geen straf meer als ze hun thuistaal spreken op de speelplaats. Voor het eerst wordt vanuit politieke hoek een duidelijk standpunt ingenomen wat betreft het gebruik van de thuistaal op school. Onderzoekers en experten treden de schepen bij.

Momenteel riskeert acht op de tien leerlingen een sanctie of straf wanneer ze hun thuistaal gebruiken binnen de muren van een Vlaamse school, zo blijkt uit een onderzoek van drie Vlaamse universiteiten. De onderzoekers leggen een direct verband tussen het verbod op het gebruik van de thuistaal en de zwakkere schoolresultaten van leerlingen van allochtone origine.

Welbevinden doet leren

Waarschijnlijk is iedereen het erover eens dat het belangrijk is dat leerlingen zich vlot leren uitdrukken in het Nederlands. Die taal hebben ze namelijk nodig om zich ten volle te onplooien in een Nederlandstalige samenleving. Maar dat hoeft geenszins ruimte en respect voor de thuistaal van leerlingen in de weg te staan.

Eerst en vooral blijkt openheid en respect voor de thuistaal het welbevinden van leerlingen te bevorderen. De moedertaal is een niet te onderschatten element van je identiteit. Zelfs mensen die al jaren in een ander land leven en werken en de heersende taal vlot beheersen, vallen terug op hun moedertaal wanneer ze intuïtief uitdrukking geven aan hun emoties.

Wie zijn moedertaal ontraden of zelfs afgekeurd ziet, die voelt zijn identiteit in het gedrang komen, wat nefast is voor het welbevinden. Kinderen en jongeren leren gewoon beter en sneller wanneer ze goed in hun vel zitten, zich veilig en gerespecteerd voelen en zichzelf mogen zijn. Scholen die een positieve houding tonen ten aanzien van de thuistaal zien het welbevinden en het zelfvertrouwen van de leerlingen bevorderd.

Dat blijkt onder meer uit een onderzoek naar de effecten van een thuistaalproject in een aantal Gentse scholen. Uit een evaluatie van het project door de Universiteit Gent en de KU Leuven blijkt dat het informele gebruik van de thuistaal de kinderen meer zelfvertrouwen geeft en hun welbevinden bevordert. Bovendien blijken ze even goed Nederlands te leren als kinderen die enkel Nederlands mogen praten op school.

Moedertaal cruciaal voor de taalontwikkeling

Volgens onderzoek blijkt de ontwikkeling van een rijke moedertaal ook cruciaal te zijn voor de taalontwikkeling van het kind. Hoe beter de moedertaal ontwikkeld is, hoe beter en vlotter het verwerven van een tweede taal verloopt. Dat valt deels te verklaren doordat gemeenschappelijke vaardigheden overgedragen worden naar de tweede taal. 

Daarnaast kan de thuistaal net een hulpmiddel zijn bij het leren van bepaalde vaardigheden, waaronder ook het Nederlands, of eender welke andere taal. Grammaticale regels en woordenschat vergelijken, een wiskundige formule omzetten naar de thuistaal, informatie of bronnen opzoeken in de thuistaal, kunnen een manier zijn om de nieuw verworven kennis beter op te slaan of toe te passen.

Taal is de manier bij uitstek om met andere mensen te communiceren. Er is geen overdracht van kennis of vaardigheden mogelijk zonder communicatie. Een leerkracht die erin slaagt vlot en respectvol met zijn leerlingen te communiceren en op die manier een band kan opbouwen, zal snellere en betere resultaten boeken dan wie daar niet in slaagt. Dat de thuistaal of moedertaal van een leerling daar een essentiële rol in speelt ligt voor de hand.

Thuistaal bevestigt ‘vreemdheid’?

Volgens kamerlid Zuhal Demir en kandidaat kamerlid en leraar Peter De Roover (N-VA) dreigt een dergelijke vrijheid en openheid ‘de speelplaats etnisch op te delen’ en ‘kinderen te bevestigen in hun vreemdheid’, zo stellen ze in een opiniestuk in De Standaard. “De school moet een volledig Nederlandstalige omgeving vormen waar de kinderen met kameraadjes met andere achtergrond communiceren.”

Moeten we niet vallen over het feit dat men een individu ‘vreemd’ noemt of meent zijn ‘vreemdheid’ te bevestigen door hem de vrijheid te bieden zijn moedertaal te hanteren?

In De Morgen toont Siegfried Bracke, parlementslid en fractieleider in de Gentse gemeenteraad namens N-VA, zich even scherp. “Vlaanderen grossiert in geleerden die feitelijk op wetenschappelijke basis achterstelling organiseren.” Volgens hem is er geen afdoend bewijs voor de pedagogische waarde van het thuistaalgebruik.

De lijst met relevante onderzoeksresultaten is nochtans vrij indrukwekkend: Cummins, 2000; Castilla, Perez-Leroux & Restrepo, 2009; Verhoeven, 2007; Van den Branden, 2010; enz … Dat pakweg het vaak geprezen Finse onderwijs, waar men de moedertaal van leerlingen actief aanmoedigt, een indrukwekkend laag percentage schooluitvallers (0,3 procent) voorlegt wordt ook genegeerd.

Wat bovendien opvalt is dat men steevast het economisch belang van taligheid en meertaligheid benadrukt, maar dat die meertaligheid enkel blijkt te gelden voor Westeuropese talen. Kinderen worden geacht vlot Nederlands, Frans en Engels te praten, maar de combinatie Nederlands-Bulgaars of Nederlands-Turks is blijkbaar niet aan te bevelen.

Iedereen onderwijsexpert

Een partij die zich opwerpt als redder van de Vlaamse identeit zou nochtans kunnen weten dat taal een essentieel element vormt in het ontwikkelen van een culturele identiteit. Is de Vlaamse beweging niet net ontstaan doordat Vlamingen niet het recht hadden om te leren, zich te scholen en te ontwikkelen in hun eigen moedertaal?

Tot slot valt het op z’n minst opmerkelijk te noemen dat politici zich tegenwoordig zonder enige expertise ter zake mogen opwerpen als onderwijsexpert en dat doen met een louter politieke agenda. Even opmerkelijk is het dat media zich daar welwillend toe lenen zonder degelijk en onderbouwd weerwerk van echte specialisten. 

Vandaag op de hoogte van de wereld van morgen?