Wereldwijd spreken we
voor Foxconn over een onderneming met 1,2 miljoen werknemers, iets wat we ons qua
omvang nauwelijks kunnen voorstellen. Een van de belangrijkste Foxconn-vestigingen ligt sedert
1996 in Shenzhen, wat de eerste van de vijf zogeheten ‘speciale economische zones’
in China is. Van een vissersplaats werd het even snel een stad met 14
miljoen inwoners als dat de electronicavestiging er groeide.
De bedrijfssite is
eigenlijk een stadswaardige inplanting. Er is – dat spreekt voor zich – een
afzonderlijke afrit van de autostrade met een speciale toegangsaccomodatie tot
zeg maar Foxconn City. Zodra de barrière is overschreden, waan je je inderdaad in een autonome ruimte. De wegen, straten, voetpaden, verkeersinrichting,
winkels doen op geen enkele wijze denken aan een bedrijfsterrein.
Onze ACV-delegatie
wordt uitbundig ontvangen door de Federation of
Labor Union-delegatie, van hoofdzakelijk
jonge mannen en vrouwen die duidelijk opgezet zijn met de Belgische
belangsteling. Het zou geen elektronicabedrijf zijn als de daarbij horende
technische faciliteiten hun werk niet zouden doen. Camera’s filmen alles, schermen zenden alle beelden uit en geluidsboxjes versterken de boel. Peggy Chen, de al wat minder jonge voorzitster, neemt de
toelichting voor haar rekening. In het sobere vakbondsgebouw licht zij toe
wat haar vakbond hier betekent en betekend heeft.
De onderneming heeft
in het algemeen al wel wat schade opgelopen door berichten omtrent de
werkomstandigheden, de werkdruk. Wie van zo’n omvang is loopt pertinent in de
kijker, dat spreekt voor zich. In het Westen heeft het bedrijf een reputatie
die niet helemaal onbesproken is. De vakbondsaanwezigheid hier heeft,
zo vertellen ons vol overtuiging de vertegenwoordigers, voor verbeteringen en
realisaties gezorgd in de loon- en arbeidsvoorwaarden die zonder die inbreng
waarschijnlijk niet gerealiseerd zouden zijn.
Overigens moet het
vakbondswerk hier geen eenvoudige zaak zijn. Er is niet alleen de omvang van de
vestiging, met meer dan 200.000 werknemers, er is ook de wel
heel specifieke samenstelling van de werknemerspopulatie. De gemiddelde leeftijd
bedraagt er 23 (!) jaar. Met zo’n aantal zou het jongerenkiescollege naar onze
sociale verkiezingsnormen de grootste delegatie leveren.
73% van de werknemers
zijn mannen, al is er een flinke vrouwelijke aanwezigheid in de delegatie die
ons ontvangt. Van alle werknemers zijn 79% alleenstaand, ook niet zo verwonderlijk
met deze leeftijdsstatistieken. Werknemers krijgen bij de aanvang van hun
contract de vraag of zij zich willen aansluiten bij de vakbond. Maar het
overtuigingswerk, met alles wat daar aan gadgets en moderne communicatie bij te
kijken komt, is werk voor de vakbondsvertegenwoordigers.
De werknemers komen
overigens uit heel veel regio’s van China. Werk in eigen streek is niet echt
een optie bij ondernemingen van deze grootte. Het verklaart waarom er permanent
zo’n 50.000 werknemers verblijven in de appartementen en studio’s die zich op
het bedrijventerrein bevinden. Zo’n 60.000 werknemers komen van wat men
omschrijft als “de dichte omgeving”.
Wie voor slaap- en
leefaccomodatie zorgt doet dat ook best voor de etensbehoeftes. Er is een
gigantische plant van een supergrootkeuken waar zo’n 400.000 maaltijden per dag
(kunnen) worden klaargemaakt. We besparen u de details van de voedselomvang en de
duizelingwekkende cijfers die daarbij werden genoemd. Een flink deel daarvan
is voor deze vestiging, de rest gaat naar andere Foxconn-vestigingen. Met de nodige
trots werd deze basisvoorziening ons uitgebreid toegelicht en maquettegewijs en
via ‘doorkijkplaatsen’ in het echt getoond.
Dat we geen
rondleiding krijgen bij een van de eigenlijke productieactiviteiten is al bij
al een minpunt. Het reeds genoemde enthousiasme maskeert (of, positiever gezegd,
masseert) de niet altijd directe antwoorden op concrete
vragen, ook al zijn ze me de nodige omzichtigheid gesteld. Mogelijk ligt dit gewoon in de Chinese aard en mogelijk is het gewoon het gevolg van het feit
dat de trots voor wat gerealiseerd werd groter is dan de vaststelling dat er
nog wel wat werk te leveren is.
Een bezoek en contact van enkele uren is
waarschijnlijk ook niet de meest voor de hand liggende wijze om een diepgravend
contact te kunnen opbouwen. Wij zijn voor deze Chinese kameraden immers wel
een stuk gelijkgezinde werknemersvertegenwoordigers, maar vertrouwen creëer
noch geef je op één dag. Ooit moet dat de kans krijgen om opgebouwd te
worden. Daarom is deze kennismakingstocht voor beiden zo van belang en boeiend.
Ferre Wyckmans