Steeds meer
gemeenten besluiten te bezuinigingen op jeugdwerk en dus op speelpleinen. De
speelpleinen die zich hiertegen verzetten worden sinds afgelopen week gesteund
door de Vlaamse Dienst Speelpleinwerk (VDS). Desalniettemin lijken in veel gevallen
de bezuinigingen onomkeerbaar. Wat rest is op de juiste manier bezuinigen,
aldus VDS.
Speelplein Don Bosco
Speelplein Don
Bosco, in het Antwerpse Beerse, verzet zich hevig tegen bezuinigingen die hun
worden opgedrongen. De gemeente heeft besloten om de subsidie
per 2014 fors te verlagen. Het speelplein wordt met maar liefst 40% gekort.
Een onevenredig zware bezuiniging, volgens het bestuur van het speelplein.
In een open brief
aan de gemeente beklaagt Don Bosco zich. Met gemiddeld honderd kinderen is Don
Bosco naar eigen zeggen in te delen in de op een-na-grootste categorie van
speelpleinwerkingen in de provincie Antwerpen.
Gerry Smans van vzw
Don Bosco: “Deze beslissing is genomen zonder
voorafgaand overleg. De gemeente wil bezuinigen op jeugdwerk en kiest daarvoor
enkel Speelplein Don Bosco uit. Dit voelt als een minachting voor onze
organisatie. In deze omstandigheden kunnen we niet garanderen dat we de komende
paas- en grote vakantie de werking rond krijgen. Dit betekent dat we het
speelplein dan niet openen gedurende deze periode.”
Campagne
De VDS is de koepel van het speelpleinwerk in Vlaanderen en Brussel. Ze verspreidde daar een vragenlijst onder 183 speelpleinorganisatoren. Uit die enquête blijkt dat vier op de tien speelpleinen gedwongen zijn te bezuinigen.
Naar aanleiding van de
resultaten begon twee weken geleden de campagne “Speelpleinwerk
moet speelpleinwerk blijven!” Zo stelt de VDS gemeenten en
speelpleinorganisatoren voor om minder en slimmer te bezuinigen. De campagne dient ook om gerichte aandacht te genereren voor een
belangrijk maatschappelijk fenomeen.
Kerndoelen
De campagne roept op om de kerndoelen van speelpleinen goed te bewaren. Onder die
kerndoelen worden de grote openheid, de focus op spelen, het jeugdwerk maar ook
de sociale functies verstaan.
Door de laagdrempeligheid
trekken de speelpleinen andere kinderen en jongeren aan dan het klassieke
jeugdwerk. Hierdoor worden eventuele problemen vroegtijdig gesignaleerd en
opgevangen. En natuurlijk geeft het kinderen de kans om onbezorgd te spelen.
Tegelijk pleit de campagne ervoor om op speelpleinen doordacht te besparen. Water in plaats van frisdrank en vrijwilligers in plaats van dure jobstudenten: op die manier blijft de kern van de speelpleinen behouden, terwijl er toch bezuinigd wordt.
Besparingen
Uit het onderzoek van de VDS
blijkt dat bezuinigingen juist op de deelnameprijs hun weerslag hebben. Maar
liefst 18 procent van de speelpleinen geeft aan dit jaar nog deze prijs te zullen optrekken.
Daarnaast wordt er steeds vaker gewerkt met een inschrijflijst of wordt er
bespaard op het materiaal.
Bert Breugelmans, coördinator communicatie VDS: “De
speelpleinen zijn een van de meest laagdrempelige werkvormen. Dit open karakter
moet behouden blijven, dat betekent geen inschrijflijsten en een lage prijs.”
Gemeenten
Twee weken
na aanvang van de campagne ontvangt de VDS veel positieve reacties. Dat verhaal
vindt op zijn beurt weerklank bij gemeentes. Zo zijn al verschillende gemeentes met de
speelpleinorganisatoren rond de tafel gaan zitten en zijn er zelfs gemeentes die
geplande maatregelen hebben teruggeschroefd.
Bert Breugelmans is niet
bang dat het VDS met zijn besparingssuggesties de gemeentes op ideeën heeft gebracht.
“Gemeentes die toch al wilden bezuinigen denken door onze actie meer na over de
manier waarop. Andere gemeentes trekken we met ons positieve verhaal wellicht
over de streep om helemaal niet te besparen.”
Met deze uitspraken
zullen de meeste speelplein besturen het wel eens zijn. Maar of er ook
daadwerkelijk bezuinigd moet worden is de vraag. In Beerse blijven ze zich in
ieder geval tegen de bezuiniging verzetten, met petities, brieven en acties.