Illegaal kappen van bomen op het Filipijnse eiland Mindanao, niet alleen in Congo is het een groot probleem. (credit: Flickr CC / fveronesi1)

Bijna alle houtkap in DRC Congo illegaal

Bijna alle houtkap in de Democratische Republiek Congo is illegaal. Dat stelt een nieuwe studie van de Britse denktank Chatham House. De werkelijke oogst ligt maar liefst acht maal hoger dan de officiële cijfers doen vermoeden.

donderdag 3 april 2014 12:19
Spread the love

Het rapport stelt vast dat amper 10
procent van de industriële houtkap in Congo op een onafhankelijke manier
gecontroleerd wordt. Bovendien gebeurt het overgrote deel van de
houtkap in het land op een kleinschalige, illegale manier. Een complexe
wetgeving en zwakke overheid geven overtreders vrij spel. De oogst ligt
daardoor in werkelijkheid vele malen hoger dan de officiële cijfers
doen vermoeden.

“Onze analyse, die zich beperkt tot stammen en
verzaagd hout, toont aan dat in 2011 de werkelijke oogst in de DRC (2,4
miljoen kubieke meter) acht maal zo hoog lag als de officiële oogst (0,3
miljoen). Het verschil van 2,1 miljoen kubiek meter is dus illegaal
gekapt, buiten officiële licenties om. Dat betekent dat minstens 87
procent van de houtkap in de DRC in 2011 illegaal was”, stelt het
rapport, dat zich baseert op bestaande gegevens en interviews met
deskundigen.

Zwak bestuur

“De reactie van de overheid
tegenover illegale houtkap is erg zwak en ligt in lijn met het algemene
zwakke bestuur in het land”, stelt Chatham House. “Een gebrek aan
politieke wil en corruptie worden door de meeste deskundigen als gezien als de
grootste boosdoeners.”

Het land beschikt weliswaar over een wetgevend kader sinds 2002, maar daarin ontbreken enkele belangrijke elementen,
waardoor achterpoortjes ontstaan. Daarnaast is er een groot gebrek aan
transparantie, er zijn overigens nauwelijks middelen om de wet op het terrein af
te dwingen. Als er al een inbreuk vastgesteld wordt, zijn de boetes
te laag om overtreders op andere gedachten te brengen, zeggen de
auteurs.

Lokale bevolking

Raoul Monsembula, directeur van
de milieuorganisatie Greenpeace in de DRC, is niet verrast door de
cijfers in het rapport. “Jammer genoeg komt geen van deze indrukwekkende
statistieken als een verrassing voor mij”, zegt hij. “Ik werk al meer
dan een decennium in de DRC en heb de illegale en vernietigende houtkap
met eigen ogen gezien. Ik heb gezien hoe bedrijven in straffeloosheid
intacte bosgebieden vernielen en hoe de lokale bevolking de grootste
prijs betaalt.”

Monsembula wijst erop dat het rapport ook een
waarschuwing bevat voor de houthandelaren in Europa: “Het stelt dat het
momenteel weinig waarschijnlijk is dat om het even welk hout uit de DRC
voldoet aan de Europese richtlijnen.”

Net als de auteurs van het
rapport pleit Monsembula daarom voor een sterkere reactie van de
overheid. Het huidige moratorium op nieuwe vergunningen voor industriële
houtkap moet gehandhaafd worden, vindt hij. Nieuwe vergunningen
mogen pas afgegeven worden als het wettelijk kader op punt staat en
afgedwongen kan worden op het terrein.

take down
the paywall
steun ons nu!