Ontwikkelingshulp: was het nu ’70, ’80 of ’90?
België is één van de slechtere leerlingen als het op ontwikkelingshulp aankomt. De internationaal afgesproken norm om 0,7 procent van het BNP aan ontwikkelingshulp te besteden werd geschrapt uit het regeerakkoord van december 2011. Officiële reden: de economische crisis. Er moest nu eenmaal bespaard worden. Volgens Tobback (SP.A) was het schrappen van middelen voor ontwikkelingshulp een pijnlijke maar noodzakelijke stap. Van zodra er echter weer voldoende middelen zijn, zal er opnieuw ingezet worden op ontwikkeling, aldus Tobback in de Roma.
Minister Turtelboom (Open-VLD) was echter duidelijk een andere mening toegedaan. Zij noemde de 0,7 procent-norm een idee uit de jaren zeventig. Haar oplossingen deden erg jaren tachtig aan: stimuleren van de economie door middel van vrijhandel en de koppeling van ontwikkelingshulp aan bindende voorwaarden.
Wouter Van Besien (Groen) en Peter Mertens (PVDA+) reageerden als gestoken. Volgens Mertens heeft vrijhandel de armoede gecreëerd die we nu door middel van ontwikkelingshulp moeten bestrijden. Want vrijhandel wurgt de broze economieën van het Zuiden. Van Besien trad Mertens bij: ontwikkelingshulp opschorten ten voordele van vrijhandel is misdadig. Dat is net de les die we moeten trekken uit de jaren ’80 en ’90, zei Van Besien.
Ietwat verrassend: ook Wilfried Van Daele (N-VA) stelde dat vrijhandel niet de oplossing is. Sterker nog: volgens Van Daele bestaat de eerste en voornaamste taak van de politiek erin om de ongebreidelde vrije markt te reguleren en te controleren. Of partijgenoten als een Johan – Red de vrije markt – Van Overtveldt een zelfde mening zijn toegedaan, is de vraag.
In navolging van Turtelboom benadrukte Van Daele dat we voorwaarden moeten koppelen aan ontwikkelingshulp. Landen die elementaire vrijheden beperken en mensenrechten niet respecteren kunnen eventueel een opschorting van ontwikkelingshulp verwachten. Of het schrappen van hulp ook geldt voor landen die weigeren criminelen en illegalen terug te nemen, daar bleef Van Daele opvallend vaag over. Ondanks het aandringen van de moderatoren Marc Reynebeau en Ruud Goossens.
Sabine de Bethune (CD&V) hamerde erop dat het schrappen van ontwikkelingshulp geen goede oplossing is om regimes een andere beleidsrichting te laten inslaan. Diplomatieke druk is efficiënter. Volgens De Bethune kan het niet zijn dat de bevolking de prijs moet betalen voor het wangedrag van de leiders. Een stelling die zowel Mertens, Tobback als Van Besien volmondig bijtraden.
Fiscaliteit: Koek en hoe hem te verdelen
Dat ongelijkheid toeneemt ten gevolge van het uitblijven van een rechtvaardig en globaal fiscaal beleid staat volgens 11.11.11 als een paal boven water. Daarom pleit de Noord-Zuidbeweging voor de volledige opheffing van het bankgeheim, het aanleggen van een vermogenskadaster en de automatische uitwisseling van bankgegevens. Tijdens het debat in de Roma werd daar de vraag naar een wereldwijde vermogensbelasting aan gekoppeld.
Koren op de molen van Peter Mertens. Hij maakte van de miljonairstaks immers een speerpunt tijdens deze en voorbije campagnes. Maar steeds meer krijgt hij op dit vlak concurrentie van linkse mededingers. Tobback hield een pleidooi voor een vermogenswinstbelasting, terwijl Van Besien een balonnetje opliet over een rendementsbelasting.
Tot verbazing van moderatoren en publiek schaarde Wilfried Van Daele zich ook achter het idee van een vermogensbelasting. Op de herhaalde vraag van Marc Reynebeau of N-VA nu echt de vermogensbelasting genegen is, antwoordde Van Daele enigszins ongemakkelijk dat een vermogensbelasting enkel bespreekbaar is indien er een internationaal kader voor wordt ontworpen.
De Bethune en Turtelboom probeerden zorgvuldig om de mogelijkheid van vermogensbelasting heen te fietsen. De Bethune pleitte wel voor een versnelde invoering van de financiële transactietaks en de invoering van een globaal fiscaal systeem. Turtelboom daarentegen sprak over de perverse effecten van een vermogensbelasting op de economie. Een standpunt dat door Mertens luidruchtig werd weggewuifd. Hij stelde dat België locomotief en gidsland moet zijn in fiscale rechtvaardigheid.
Hiermee sloot het debat vrij dicht aan bij de analyse die 11.11.11 reeds maakte van de partijprogramma’s. Groen, SP.A en PVDA+ zijn, mits belangrijke nuanceverschillen, voorstander van opheffing van het bankgeheim en de aanleg van een vermogenskadaster. CD&V, N-VA en Open-VLD zijn eerder sceptisch, afwachtend of ronduit tegen.
Klimaat: communautair gebakkelei
Uit de analyse van 11.11.11 blijkt ook dat de sense of urgency inzake klimaat grotendeels afwezig is bij onze politici. Ondanks een veelheid aan analyses en plannen is er weinig concreet engagement op het terrein. De 2020-doelstellingen (20% minder uitstoot, 20% energiebesparing en 20% hernieuwbare energie) dreigen we niet te halen. Bovendien zakt het klimaatbeleid weg in het communautaire en institutionele moeras.
De juistheid van deze analyse toonde het verdere verloop van het debat. Hoewel de politici unisono het belang van een weldoordacht klimaatbeleid benadrukten, waren er slechts weinigen die echt concrete maatregelen durfden voorstellen. Turtelboom toonde zich overtuigend kampioen in het om de hete brij heen draaien, Tobback verdedigde met hand en tand het beleid van partijgenote Van den Bossche, terwijl de Bethune en Van Daele het falen van het klimaatbeleid toeschreven aan de Belgische institutionele structuur.
Gelukkig vielen er bij Mertens en Van Besien iets frissere geluiden te horen. Van Besien schaarde zich achter het idee van een slimme kilometerheffing en trok de kaart van de groene economie. Daarnaast verweet hij zijn collega’s dat er vooral veel naar elkaar wordt gewezen, maar weinig concreets wordt gerealiseerd.
Mertens, tot slot, pleitte voor één federale klimaatminister teneinde de communautaire impasse te verbreken. Daarnaast kantte hij zich tegen een slimme kilometerheffing. Volgens Mertens kan een kilometerheffing slechts sociaal zijn als er ook een goedkoop en milieuvriendelijk alternatief tegenoverstaat. Daarom moet vooral ingezet worden op goedkoop publiek transport
Migratie: een De Block aan ons been?
Na een dikke twee uur debat steeg de vermoeidheid recht evenredig met de temperatuur in de overvolle Roma. Toch werd door de moderatoren nog een laatste heet hangijzer opgedist: migratie. Het soort thema waar de doorsnee politicus doorgaans slechts enkele oneliners aan wil besteden. Ook in de Roma werd een meer diepgaande en coherente visie op migratie helaas niet gebracht.
Turtelboom stak van wal door een pleidooi te houden voor economische migratie. Ze stelde dat de toegangspoort tot Europa breder moet worden voor geschoolde en ongeschoolde mensen die in onze contreien kunnen bijdragen aan economische groei. Voorts roemde ze het Belgische asielbeleid als één van de meest humane en tegemoetkomende asielprocedures.
De good news story van Turtelboom viel in verkeerde aarde bij Tobback. Hij verweet Turtelboom dat haar partijgenote De Block er quasi een sport van gemaakt heeft om goed geïntegreerde en werkende nieuwkomers de deur te wijzen. Van Besien trad hem bij: volgens hem is het beleid van De Block erop gericht om zoveel mogelijk mensen buiten te krijgen en zo weinig mogelijk binnen. Of, verduidelijkte Van Besien, zo wordt het althans gecommuniceerd door De Block zelf.