De supermarkt. Scan in wat je koopt, en men kan zeggen wie je bent. Althans als je je persoonlijkheid reduceert tot consument. In dit aankoopgestuurd analyseren van data staat ons land voorop, zo leer ik uit de weekendkrant. Supermarkten interpreteren jouw profiel en koopgedrag om vervolgens aanbiedingen te kunnen doen waar iedereen beter van wordt.
Vooreerst de consument, want hij verliest zijn veel te schaarse tijd niet met het speuren door tonnen folders en talloze rayons. Vervolgens ook de supermarkt, die haar omzet ziet stijgen omdat de consument in zijn gepredestineerde zoeken wellicht ook nog wat spullen mee wil scharrelen die niet op zijn boodschappenlijstje stonden. Iedereen blij tot slot? In de nasleep van het eerste campagne-weekend van 11.11.11 misstaat het niet om de aandacht te vestigen op dat deel van de wereld dat opdraait voor de zoveelste trend in het ‘consu-meer-en’. Zeg maar het thuis komen met rommel die je niet nodig hebt om gelukkig te zijn in deze wereld.
Andere weekendliteratuur. Het prachtig mooie boek Hoe God verdween uit Jorwerd vertelt me hoe dat kopen er vroeger uitgezien moet hebben. Tot in de jaren zestig kwam de middenstand in het kleine boerendorp Jorwerd nog bij de mensen langs. Men schreef in een bestellingenboekje wat wekelijks nodig was. Zoveel aankopen als er in een schoendoos zouden passen. En al de rest cultiveerde men zelf. “Koffie was koffie, thee was thee en zeep was zeep”. Eenvoud dus. En toen kwam de de supermarkt, de auto, de vele schreeuwende promotiefolders en brochures … en de grote verleiding.
Werkende vanuit de socio-culturele sector aan een korte voedselketen anno 2013, is het niet slecht om zo nu en dan met beide voeten in de praktijk te gaan staan. En op zaterdagnamiddag is mijn praktijk het geitenkraampje van boer Remy op de Leuvense “artisanale markt”. Ik leer er van een ancie wat dat eigenlijk betekent: Van boer tot bord. Tussen het smeren van toastjes en het inwikkelen van kazen, denken we na over deze wereld. Beschouwen we de nieuwste trends in Leuven. En maken we en passant nog plannen om honger uit de wereld te helpen.
Ook in dit geitenkraampje wordt aan patroonherkenning gedaan, net zoals dat in de supermarkt gebeurt. Boer Remy heeft met zijn jarenlange marktervaring een sterk staaltje interpretatievermogen opgebouwd. Kindjes onder de twaalf jaar zijn wellicht adeptjes van Winnie De Poeh, en krijgen bijgevolg een kaasje met honing te proef. Sociaal bevlogen ouders maken graag de eigen politieke kleur publiek bekend met een wekelijkse portie Saint-Yves, het rode kaasje met tandoori-kruiden. Zo nu en dan durft er ook iemand kaas met peper te bestellen. Wij weten dan: stijfburgerlijk en conservatief. Vrouwen met vrolijke ogen staan daar lijnrecht tegenover. Hun wordt de weg naar Gran Diallo gewezen, kaas met zongedroogde tomaten voor een zonnige dag. Gedistingeerde koppen krijgen Cendré voor de neus. Het échte werk voor wie van kaas houdt. Gelukkig hebben een aantal klanten ook nog een eigen keuze. Want anders moest boer Remy op het einde van de dag met een volle bak belegen kazen naar huis.
En boer Remy kent zijn klanten. Net zoals de supermarkt haar clubje computergewijs leert kennen. Voor één ervan reed boer Remy afgelopen zondag nog snel even naar de 11.11.11.-brunch die zij organiseerden. Na een heel weekend markten doen, geiten melken, kaas maken, … boerderij runnen. Gewoon. Omdat het lieve mensen zijn. Ik betwijfel of ook de supermarktmanager dergelijke intenties heeft wanneer hij zijn klanten ontmoet via hun klantenkaart.
Doch, telkens wanneer die knappe blonde op zaterdagnamiddag door de Brusselse straat flaneert, ben ik blij dat er toch zoiets bestaat als impuls-aankopen. Volgende week vraag ik haar mee naar de 11.11.11.-brunch. Eenvoudig, jezelf interessant maken met het zweet van een ander. Maar dat hoeft boer Remy niet te weten…