In 1993 al schreef jij een opmerkelijk artikel over alles wat wij van de overheid terugkrijgen in ruil voor wat we afdragen. In 2012 verscheen een herwerkte versie in De Gids. Waarom nam je dat initiatief?
Tuur Vanempten: “In 1993 zag ik op een dag op de trein een meneer een krant lezen met als vette kop ‘Fiscus pikt helft van je loon in’. Thuisgekomen ging ik meteen die krant halen en begon ik mijn gedachten op papier te zetten. Ik was verontwaardigd omdat ik besefte wat ik zelf al allemaal uit de collectieve pot had teruggekregen.”
“Volgens de krant had ik 480.000 frank belasting betaald met een inkomen van 960.0000 oude franken. Maar volgens mijn eigen berekeningen kreeg ik in dat jaar meer dan één miljoen frank terug. Mijn tekst kwam aan bod in De Gids en Ons Recht en maakte veel reacties los.”
Suzanne en Erik
“In 2012 hoorde ik het oude refrein opnieuw. Iedereen begon op ‘de staat’ te schieten. Toen de sluiting van Ford Genk werd aangekondigd, stond zakenman Roland Duchâtelet (Open VLD) meteen aan de klaagmuur over het ‘te grote overheidsbeslag’. Ik besloot mijn oude artikel bij te werken op basis van cijfers voor een gezin dat echt bestond: Suzanne en Erik, twee ‘hardwerkende Vlamingen’ met drie kinderen.”
“Mijn berekeningen toonden aan dat het echtpaar 40.900 euro per jaar afdroeg aan de staat, maar ook dat ze voor bijna 45.500 euro aan geld, goederen en diensten terug kregen van diezelfde staat. En dan liet ik nog bepaalde tegenprestaties buiten beschouwing. Onze georganiseerde solidariteit resulteert in goed onderwijs, gezondheidszorg, pensioenen, leeflonen en werkloosheidsuitkeringen, een wegennet en nog zoveel meer.”
“Het verontrust me dat nogal wat politieke partijen de mond vol hebben van besparen en dat ze wat graag de overheid willen inperken. Ze betonneren die kleinere rol van de overheid in wetten, geïnspireerd door wat Europa ons oplegt.”
“Als je de overheidsinkomsten beperkt, zal dat uitmonden in lagere uitgaven. Ik zie dat een deel van onze politiek popelt om te snoeien in de sociale zekerheid en de zorg. Kijk naar Open VLD, N-VA, CD&V. Met haar herbronningsoperatie Innesto zet CD&V de deuren wagenwijd open voor ‘de privé’, zelfs in de sociale sector. Ze blijken zelfs bereid NV’s te subsidiëren die actief worden in de zorg.”
Tweeverdieners
Sommige partijen koketteren met de term ‘hardwerkende Vlaming’ om asociale ideeën te slijten.
“Hardwerkende mensen die goed hun boterham verdienen, ook tweeverdieners, zijn evenzeer gebaat met solidariteit. Ook zij krijgen veel terug uit de gezamenlijke pot. Tegenstanders van onze sociale zekerheid hebben de mond vol van ‘de vrije en verantwoordelijke samenleving’, maar dat laatste kan alléén werken als de machtsverhoudingen gelijk zijn. De werkelijkheid is anders.”
“Liberalen allerhande draaien soms bij als ze zelf ondervinden hoe ze zijn geholpen dankzij onze solidariteit. Ik herinner me het verhaal van een kennis die erg blij was met onze sociale zekerheid toen zijn zoon lang in een coma lag. Of het verhaal van een zelfstandige met een zieke echtgenote. Toen zij de rekening van het ziekenhuis kregen en zagen wat dit kostte en wat het ziekenfonds betaalde, beseften ze voor het eerst in hun leven hoe nuttig de sociale verzekering is.”
Suzanne en Erik, maar ook u en ik krijgen veel terug uit de gezamenlijke pot?
“Dat is zo, alleen vertellen onze politici dat veel te weinig aan de mensen. Als gepensioneerde krijg ik zowat alles uit de collectieve pot. Wanneer ik me ’s ochtends was en naar het toilet ga, loopt het water weg dankzij een riolering die door de staat werd aangelegd. Zet ik de VRT-radio op, dan luister ik naar een openbare zender die wordt gesubsidieerd.”
“In mijn straat, vroeger een verharde weg, ligt nu asfalt. Dankzij de overheid. Heb ik een pijnlijke nek, dan kan ik naar de kinesitherapeut, een uitgave die deels wordt terugbetaald. Voor ontspanning kan ik naar het gemeenschapscentrum. Mijn kleinkinderen zitten op scholen die de staat financiert. Het lokale woonzorgcentrum vernieuwt met overheidssteun. En zo kan je blijven doorgaan.”
“Of er nog genoeg draagvlak is voor die collectieve inspanning, is een andere kwestie. De lotsverbondenheid tussen de werknemers is voor een stuk weg. Werkgevers spelen daar handig op in door arbeidsverhoudingen zoveel mogelijk te individualiseren en de werknemers wijs te maken dat ze het allemaal wel alleen kunnen regelen.”
“Geld afdragen aan de gemeenschap is nochtans ook een vorm van welbegrepen eigenbelang: op allerlei momenten in je leven zal je er zelf van kunnen genieten. Daarom vind ik het ook zo belangrijk dat we onze sociale zekerheid en voorzieningen zo blijven organiseren dat ook de middengroepen genoeg blijven terugkrijgen. Anders zal het draagvlak nog meer afkalven.”
Debat nodig
‘Minder staat’ en een ‘grotere rol voor de markt’, dat is het credo van diverse partijen.
“Ik huiver als ik zie wat er nu bezig is. Zij die de rol van de overheid willen verkleinen, zadelen de mensen uiteindelijk met hogere kosten en slechtere diensten en producten op. De hospitalisatieverzekeringen van privémaatschappijen zijn duur en sluiten bepaalde groepen uit.”
“We evolueren naar een gespleten samenleving waarbij alleen wie genoeg geld heeft nog een goede sociale bescherming en zorg zal hebben. Die groep zal in de privé terecht kunnen, de anderen zullen het moeten stellen met wat de overheid nog kan financieren.”
“Het is vooral erg dat die verschuiving stoemelings gebeurt, zonder een echt maatschappelijk debat. Politici roepen begrotingsproblemen in om meer opdrachten naar de privé toe te schuiven. Zo worden nieuwe markten gecreëerd waaraan zakenlui flink geld kunnen verdienen: senioren, gezondheidszorg, gehandicapten. Stel je voor hoe de verzekeraars zouden jubelen als ze een stuk van onze sociale zekerheid zouden kunnen inpalmen.”
“Eigenlijk gaat het om een ideologische strijd waarbij de kapitalisten meer manoeuvreerruimte voor zichzelf zoeken. Maar wie kritiek geeft op het kapitalisme wordt al gauw in een bepaalde hoek geduwd. Ten onrechte.”
“Eigenlijk gaat het om een ideologische strijd waarbij de kapitalisten meer manoeuvreerruimte voor zichzelf zoeken. Maar wie kritiek geeft op het kapitalisme wordt al gauw in een bepaalde hoek geduwd. Ten onrechte”
Hoe kan het anders?
“Laten we vooral het debat aangaan en voeren. Wat zijn taken voor de overheid en wat kan de privé wel of niet doen? Hoe bouwen we grenzen in wanneer de privé wel een rol mag spelen? De christelijke arbeidersbeweging moet dit debat veel meer voeren en opkomen voor een sterke overheid.”
“Onderwijs, gezondheidszorg, een stuk van onze cultuur: daar moet de markt af blijven! Ook het openbaar vervoer moeten we zeker niet overlaten aan privéspelers.”
“Aan drama’s zoals Ford Genk of Caterpillar kan de politiek niet veel doen, de beslissingen vallen in het buitenland. Straks zullen de beslissingen in de zorgsector ook bepaald worden door buitenlandse multinationals. De overheid verliest almaar meer instrumenten om een beleid te voeren. Daarom zou ik bijvoorbeeld Belfius (ex-Dexia), nu een staatsbank, niet opnieuw privatiseren. De vroegere ASLK was toch een vaste waarde?”
“Uiteraard moet de overheid ook niet alles zelf doen. Bepaalde activiteiten kan ze perfect toevertrouwen aan het middenveld, burgerinitiatieven en coöperaties.”
“En natuurlijk moeten we ook inspanningen doen om de efficiëntie te vergroten in sectoren die door de overheid worden betaald. De vakbond kan daar zeker veel meer rond nadenken. Er moeten mechanismen komen om de efficiëntie te verbeteren. Zonder daarom de logica van ‘de privé’ over te nemen.”
Eerlijke belastingen
Als vakbond pleiten we ook voor een rechtvaardige fiscaliteit.
“Vooral loontrekkenden betalen nog correct hun belastingen in dit land. Andere inkomensgroepen gebruiken meer dan eens managementvennootschappen, belastingparadijzen en andere achterpoortjes om de fiscus een neus te zetten.”
“Gewone arbeid wordt zwaar belast, kapitaal en vermogen veel te weinig. Dat moet worden rechtgezet. Als we de belastingfraude hier reduceren tot het niveau van onze buurlanden, hebben we jaarlijks acht miljard euro te besteden. Spijtig genoeg zie ik in het federale parlement geen meerderheid die bereid is om zo doortastend op te treden.”
“Als burger hebben we ook een eigen verantwoordelijkheid. Wijzelf bepalen welke partijen we naar het parlement sturen. Al te veel politici zijn goede maatjes met het bedrijfsleven en de haute finance. Sommigen zeggen: let op, als je het kapitaal te veel aanpakt, jaag je ondernemers het land uit! Maar dat is bangmakerij. Ondernemers letten lang niet alleen op het belastingsysteem wanneer ze beslissen of ze investeren.”
Denis Bouwen
Tuur Vanempten is al vele jaren met pensioen, maar nog altijd erg actief en geëngageerd. Zijn beroepsloopbaan speelde zich af bij de Sociale School in Heverlee, waar hij economie doceerde. Hij werkte nooit bij het ACV, maar was en is wel een bijzonder veelzijdige vrijwilliger, met taken en initiatieven bij het ACW, ACV, KWB, KAJ, Femma en Wereldsolidariteit.
Vanempten zet zich ook in voor mensen zonder papieren. Een tijdlang was hij hoofdredacteur van het bewegingsblad ‘De Gids’. Bij de LBC-NVK raakte hij onder meer bekend met zijn pleidooi om de privésector zoveel mogelijk te weren uit de groeiende diensteneconomie (non-profit). Op vele plaatsen in Vlaanderen trad hij op als spreker over thema’s als economie, arbeid en inkomensvorming.
(Dit artikel verscheen in het novembernummer van ‘Ons Recht’, het ledenblad van LBC-NVK).