Eerbare wijzen Fama & Shiller [vertaling]

Eerbare wijzen Fama & Shiller [vertaling]

dinsdag 15 oktober 2013 01:32
Spread the love

Eugene Fama, Lars Hansen en Robert Shiller winnen gisteren de Nobelprijs economie voor verschillende theorieën over financiële markten. De New York Times formuleert het zo: “Fama wordt gehuldigd voor zijn werk in de jaren ’60 waarin hij aantoonde dat marktprijzen een accurate afspiegeling van de beschikbare informatie vormen. Shiller wordt gehuldigd omdat hij deze theorie in de jaren ’80 bijstelde door aan te tonen dat prijzen afwijken van rationaliteit.”

Het is ironisch dat drie professoren economie de Nobelprijs krijgen voor hun expertise in het doorgronden van financiële markten nadat geen van de mainstream economen er in slaagde de financiële crash van 2008 te zien aankomen, laat staan er een zinnige uitleg voor te geven of oplossing voor aan te reiken. Robert Shiller zal dit tegenspreken daar hij toch waarschuwde voor de explosieve luchtbel op de Amerikaanse huizenmarkt terwijl Fama toen beweerde dat prijzen steeds rationele indicatoren van vraag en aanbod vormen en er dus geen luchtbel kon zijn.

Maar Fama had in zekere zin gelijk: de beweging van individuele aandeel- en obligatieprijzen is “op korte termijn zeer moeilijk te voorspellen.” Prijzen bewegen snel (en efficiënt?) om investeerders de mogelijkheid te bieden voordeel te behalen ten koste van anderen en dus winst te maken (zolang de markt niet vervalst wordt, natuurlijk!) Zijn Efficient Markets Hypothesis (EMH) stelt simpel gesteld en in de woorden van econoom Burton Malkiel dat “een geblinddoekte aap die met dartpijltjes de financiële katterns van de kranten bestookt een even goede portfolio zou samen stellen als de experts.”

Een gebruikelijke grap met betrekking tot EMH bestaat uit een econoom en diens vriend die op straat een briefje van 100 dollar zien liggen. Als de vriend in kwestie op het punt staat het briefje op te rapen, houdt de EMH econoom hem tegen daar het niet de moeite zou zijn zich te bukken. Als het een echt briefje was, had iemand het namelijk al lang opgeraapt! Met de woorden van de neoklassieke econoom John Cochrane: “Dé voorspelling van EMH is dat eigenlijk niemand de beweging van markten kan voorzien – goedbedoelende overheidsbureaucraten, ijverige hefboomfondsmanagers noch academici in hun ivoren toren dus. Dat is de best geteste idee van alle sociale wetenschappen.”

Mogelijke kapitalistische investeerders zouden Fama moeten danken voor het inzicht dat op de beurs spelen niet slimmer is dan op de paarden wedden. Maar voor de samenleving in zijn geheel blijft de vraag of financiële markten toch ergens nuttig voor of efficiënt in zijn. Dat is een heel andere vraag waarover Fama niets te zeggen heeft. Zijn EMH impliceert wel dat een economie efficiënt en zonder verstoringen zal functioneren als markten vrij zijn en marktspelers over voldoende informatie beschikken. Na de Grote Recessie werd hem dan ook gevraagd wat er mis ging. Hij antwoordde nauwelijks van de wijs gebracht: “Wij weten niet wat recessies veroorzaakt. Ik ben geen macro-econoom dus lig er niet wakker van! We hebben het nooit geweten en de discussie blijft tot op heden aan de gang. De economische wetenschap is niet zo goed in het verklaren van schommelingen in economische activiteit.”

Shiller daarentegen stelt dat financiële markten als geheel voorspelbaar zijn op langere termijn. Financiële prijzen worden gedreven door menselijk gedrag dat vaak ‘irrationeel’ is in die zin dat beslissingen over het kopen en verkopen van financiële goederen niet volgens de ‘efficiënte’ voorschriften van economen worden genomen. Shiller publiceerde in 2000 het boek Irrational Exuberance waarin hij gedetailleerd uiteen zette dat aandelen toen overgewaardeerd waren. Shiller lijkt op het eerste zicht dus diametraal tegengesteld aan Fama, maar is dat wel zo?

Met de woorden van een ander blogger: “Fama is sceptisch met betrekking tot de mogelijkheid van prijszeepbellen terwijl Shiller aangeeft dat ze wel degelijk kunnen voorkomen. Maar op een bepaalde manier is hun werk toch compatibel omdat ze het over verschillende zaken hebben. Fama heeft het voornamelijk over individuele aandelen. Shiller focust daarentegen meer op de gehele markt.”

Shiller stelt dat investeerders en economische actoren zo irrationeel zijn dat speculatie, ‘hamstergedrag’ en onzekerheid tot instabiliteit en economische crisis kan leiden. Samen met Akerlof schreef hij een boek getiteld Animal Spirits naar de Keynesiaanse term voor investeringsmotieven. Deze Akerlof, ook een Nobelprijswinnaar overigens, is getrouwd met Jane Yellen die Ben Bernanke gaat opvolgen als hoofd van de Amerikaanse centrale bank. Een gezellig clubje is dat daar dus.

Beide heren zijn aanhangers van wat modieus wordt aangeduid als ‘gedragseconomie’. De fluctuaties binnen een kapitalistische economie worden m.a.w. het best verklaard door veranderingen in het onvoorspelbare gedrag van consumenten en investeerders. Het is dat wat de keten van monetaire vraag, investeringsbeslissingen en consumptie in gang zet. De inherente tekortkoming van onze moderne economie is dus onzekerheid en psychologie. Het gaat niet om de zoektocht naar winst versus de maatschappelijke nood maar om psychologische percepties van individuen. Het instorten van de huizenprijzen in de VS is dan ook veroorzaakt door de vertekening van de ‘animal spirits’ van consumenten in het voordeel van voorzichtigheid en sparen wanneer schulden stegen – zo simpel dus.

Recent publiceerde Shiller nog het boek Finance and the Good Society waarin hij beargumenteert dat we, zelfs na de crisis, de financiële wereld niet moeten veroordelen maar deze in plaats daarvan moeten ontwikkelen in het “algemeen belang” (zie daarvoor het interview van mei 2012.) We moeten dus vriendelijker zijn voor de banken (zie mijn eerder bericht.) De meeste mensen die vaststellen dat markten inefficiënt kunnen zijn, zijn tegen de markt. Maar voor Shiller ligt de oplossing voor marktfalen echter in net meer markt!

In zijn boek lezen we nog: “Het probleem is, en dat is wat de mensen vandaag de dag tegen borst stoot, dat een bedrijf dat louter op winst uit is, egoïstisch overkomt. En dat is het ook, rechtstreeks op winst focussen, is inhumaan.” Shiller vraag de bankiers daarom om “niet over financiën te denken als “Geld verdienen! Rijk Worden!” maar hun job in plaats daarvan te benaderen als het financieren van activiteiten, zaken die mensen samen doen en waar ze belang aan hechten. Doelen bereiken die door groepen mensen worden gedeeld, dat is waar het de financiële wereld om te doen moet zijn.”

Dat is uiteraard waar maar hoe is dat mogelijk in de wereld van het moderne financiële kapitaal? Volgens Shiller hebben we een nieuw financieel bedrijfsidee nodig: de ‘benefit corporation’, “deels winstbelust, deels non-profit.” De ‘benefit corporation’ maakt winst en verdeelt deze onder haar aandeelhouders. Net als een gewoon bedrijf dus maar met dat verschil dat het bedrijfshandvest een bijkomende doelstelling – sociaal, ecologisch of liefdadig – opneemt naast het winstmotief. Met zo’n banken zou iedereen volgens hem beter af zijn.

Shiller ging ook specifiek in de aanval op het marxistische gedachtegoed. “Karl Marx zegt dat kapitalisten de baas zijn daar ze kapitaal bezitten. En de andere, de werkende  klasse zou daar geen toegang toe hebben.” Maar stelt Shiller: “In onze moderne, meer inclusieve samenleving, kan iedereen met een zekere financiële expertise aan kapitaal komen. Je moet er niet rijk voor geboren worden. Er is een mechanisme dat kapitaal toebedeelt en dat is het financiële systeem ten top.” Dus iedereen kan een bank oprichten die op ethische gronden kapitaal kan aanreiken in het maatschappelijk belang?

Shiller meent van wel. Want je hoeft niet rijk te zijn om “een ondernemingsplan op te stellen en dat voor te stellen bij een durfkapitalist… In de moderne economie denk ik niet dat het hen kan schelen wat je sociale achtergrond is. Je kan een arbeidersachtergrond hebben en voor je het weet over miljoenen beschikken om naar eigen goeddunken aan te wenden. En zo werkt het steeds vaker. Dat is waar Marx fundamenteel fout zat. Hij zag sociale klassen als onwrikbaar en hopeloos. Wij leren echter dat ze dat niet zijn. We moeten in de toekomst op zoek naar nog meer vooruitgang in en democratisering van de financiële wereld.”

Het punt van Marx was natuurlijk helemaal niet dat investeerders, kapitalisten, geen goed en winstgevend idee zouden aannemen van een arbeiderszoon. Uiteraard zouden ze dat doen. Zijn punt was dat de kapitaalsbezitters de toewijzing van de maatschappelijke middelen controleren op basis van puur winstbejag en niet met het oog op de sociale noden die er in het beste geval slechts een gelukkig nevenproduct van zijn en er in het slechtste geval totaal door vernietigd worden (zoals de laatste zes jaar dus.)

Voor Fama is de oplossing om een volgende financiële crash en een nieuwe Grote Recessie te vermijden zo mogelijk nog simpeler, er is namelijk geen probleem. Markten worden verondersteld de middelen efficiënt toe te wijzen. Een depressie is louter de manier waarop markten ‘terugkeren naar het midden’ en met excessen afrekenen. Met excuses voor de nevenschade – werkloosheid, faillissementen, besparingen in openbare diensten, … Je kan toch niet weten of marktprijzen fout zitten.

Markten kunnen volgens Shiller fout zitten en zo brokken maken. Dat ligt besloten in het irrationele gedrag van de mens en heeft niets van doen met de winsthonger van het privékapitaal. De oplossing is morrelen aan het menselijk gedrag. Specifiek betekent dat het toewijzen van een maatschappelijk doel aan grote multinationals en banken naast hun geldhonger. We gaan de leeuw dus vragen zijn klauwen in te trekken als hij het lam slaagt.

Oprechte dank voor deze wijze inzichten eerbare heren.

Bovenstaande tekst is een vertaling van een Engelstalige artikel van Michael Roberts gepubliceerd op deze website. Alle eventuele fouten komen uiteraard volledig voor mijn rekening.

take down
the paywall
steun ons nu!