Uit het onderzoek van de inspectie blijkt dat dochterbedrijf Logisport de wet op de havenarbeid niet naleeft. Een deel van het Logisport-personeel verricht havenarbeid met een bediendenstatuut, waardoor de loonkosten voor het bedrijf aanzienlijk lager komen te liggen.
De sociale inspectie startte haar onderzoek nadat er begin juli een staking was uitgebroken bij Katoen Natie, omdat de havenvakbonden Huts ervan verdachten met onderbetaald buitenlands personeel en uitzendkrachten te werken. Op deze staking reageerde Huts destijds met individuele schadeclaims van 16.000 euro via deurwaarders. Na enkele dagen onderhandelen werden deze claims weer ingetrokken en ging Huts akkoord om de inspectiediensten toe te laten in zijn magazijnen.
Huts stemde er toen ook mee in om tegen oktober maatregelen te nemen als er door de inspectie inbreuken zouden worden vastgesteld op de sociale wetten. In werkelijkheid verliep het anders.
“De inspectie heeft inmiddels gebreken vastgesteld, maar Huts speelt spelletjes. Hij had toegezegd om naar een oplossing te zoeken, maar liet niets van zich horen. Om die reden hebben wij een brief gestuurd vanuit het gemeenschappelijk vakbondsfront”, zegt federaal secretaris Marc Loridan van BTB die momenteel op vakantie is.
“Daarop liet Huts weten op 2 en 3 september te willen vergaderen. Ik heb hem geantwoord dat ik vanaf 17 september alle dagen beschikbaar ben, maar nu hoor ik plots dat Huts de vlucht vooruit kiest en dat hij de pers inschakelt om zijn gelijk te krijgen”, zegt Loridan. Bij de collega’s van de liberale vakbond vermoeden ze dat Huts net de vakantie van Loridan aangrijpt om de boel op te stoken.
Loridan: “Huts gedraagt zich meer en meer als een klein kind dat zijn gelijk niet krijgt. Hij heeft processen lopen tegen alleman.” Fernand Huts begon vorig jaar ook al een juridische strijd tegen het Antwerpse havenbestuur.
“Na deze beslissing durf ik geen magazijn meer te bouwen”
Volgens Huts is het economisch niet haalbaar om de activiteiten van Logisport voort te zetten als hij verplicht wordt om met havenarbeiders te werken. “Na deze beslissing durf ik geen magazijn meer te bouwen in de Antwerpse haven”, stelt Huts in Het Nieuwsblad.
Marc Loridan, federaal secretaris bij BTB, wijst er echter op dat collega-werkgevers zich wel vlot aanpassen aan de afgesproken lonen en arbeidsvoorwaarden.
“Wij willen dat Huts de lonen gebruikt die van toepassing zijn op het havengebied. Zestien jaar geleden is de wet ter bescherming van havenarbeiders (de wet-Major) trouwens aangepast. Toen werd het statuut van logistieke havenarbeider gecreëerd. Hun loon is een kwart lager dan dat van de havenarbeiders. De lonen van deze logistieke arbeiders zijn daardoor momenteel vergelijkbaar met de lonen die buiten het havengebied gelden.”
“Wet-Major arbeidsvernietigend”
Burgemeester van Antwerpen Bart De Wever heeft laten weten begrip te hebben voor de beslissing van Huts. De Wever noemde de manier waarop havenarbeid momenteel wordt beschermd ‘arbeidsvernietigend’. Volgens De Wever werkt de wet-Major protectionistisch en zouden allochtonen geen toegang meer krijgen tot de havenarbeid als Huts vertrekt.
Loridan zegt dat er geen sprake van is dat de wet-Major de toegang voor allochtonen tot de havenarbeid zou afsluiten. “Ik weet dat er veel allochtonen zijn die op de haven werken; zij krijgen evenveel kansen.” Volgens Loridan vormen de psychologische tests die werkgevers in het havengebied organiseren veel meer een barrière voor de toetreding van werknemers van allochtone afkomst.