Met z’n drie miljoenen vormen de Koerden 10 procent van de Syrische bevolking. Daarmee zijn ze ‘s lands tweede grootste etnische groep, na de Arabieren. Sinds het uitbreken van de burgeroorlog verzetten ze zich tegen iedere buitenlandse inmenging en pleiten ze voor een onderhandelde oplossing.

‘Derde weg’

Hun keuze voor deze ‘derde weg’ maakt de Koerdische partijen zeer kwetsbaar: zowel het regime van Bashar Al-Assad als het kamp van het soennitische verzet, gesteund door broodheer Turkije, vallen hen aan. Daarenboven beschikken de Koerden, in tegenstelling tot de meeste andere facties in Syrië, over weinig invloedrijke buitenlandse partners.

Sinds enkele maanden zijn fundamentalistische bendes als Al-Nusra en Islamic State of Iraq and the Levant (ISIS) een bloedig offensief begonnen in de Koerdische regio. Hun acties neigen heel erg naar etnische zuivering.

De strikt seculiere Koerden zijn als ‘kafirs’ (ongelovigen) voor deze terroristische milities vogelvrij. Volwassen mannen worden systematisch ontvoerd of – erger nog – onthoofd. Tienduizenden Koerden sloegen de afgelopen weken massaal op de vlucht richting Irak.

Olie op het vuur

De Koerdische partijen vrezen dat een inmenging van het Westen en zijn bondgenoten in Syrië de opmars van groepen als Al-Nusra en ISIS in de hand zal werken. Voor zowel Turkije, lid van de NAVO, als Saoedi-Arabië, de belangrijkste bondgenoot van de VS in het Midden-Oosten, komen deze bendes van pas om hun invloed in de regio te versterken.

Precies daarom willen de Koerdische partijen een sterk signaal tegen een militaire interventie, tegen steun aan terroristen en voor vrede en democratie in Syrië de wereld insturen.

Koerdisch Instituut