Vertegenwoordigingsassociaties en ouderverenigingen trekken al jaren aan de alarmbel over het gebrek aan opvang en huisvesting van hun volwassen zwaar gehandicapte kinderen. Volgens hen faalt de Belgische overheid met dit aanslepende opvangstekort in haar verplichtingen wat betreft passende oplossingen voor dagopvang, accommodatie en ambulante diensten.
De Internationale Federatie van Ligas voor Mensenrechten – gesteund door 21 Belgische associaties – diende in december 2011 een collectieve klacht in tegen de Belgische overheid. Haar bezwaar kaart specifiek de tekortkomingen aan in de opvang van afhankelijke personen met een handicap (zoals mensen met een meervoudige handicap, autisme, hersenletsel of hersenverlamming) en hun families.
De wachtlijst in cijfers
Doorstroming voor personen met een handicap vanaf 21 jaar naar een dagverblijf of andere ambulante voorziening ziet er theoretisch gestroomlijnd uit, maar in de praktijk zit een opstopping. De huidige wachtlijst voor de juiste zorg, opvang of een PAB telt 20.852 personen met een handicap, aldus de meest recente cijfers van het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH).
“Vele van de mensen op de wachtlijst krijgen wel een vorm van ondersteuning,” verduidelijkt Karina De Beule, woordvoerdster van VAPH. “Wanneer hun situatie echter verandert, veranderen ook hun noden. Zo kan het zijn dat de gezondheid van de persoon achteruit gaat of een belangrijk ondersteunend persoon plots wegvalt.” Dan dient zich een nieuwe zorgvraag aan, waardoor de wachtlijst zich uitbreidt. “Een ander probleem is het gebrek aan uitstroom. Mensen met een handicap leven gemiddeld twintig jaar langer dan vroeger, waardoor hun plaats in de zorg langer volzet blijft.”
Oplossingen en pijnpunten beleid
“Het rapport legt de vinger op de wonde,” verklaart De Beule. “Het tekort is vooral te voelen bij die mensen die de meeste ondersteuning nodig hebben. Denk hierbij bijvoorbeeld aan mensen met een progressieve spierziekte, die steeds meer ondersteuning nodig hebben en dus dringend behoefte aan een uitgebreid budget. In de zorg voor de complexere gevallen ontbreekt het budget voor een PAB of een plaats in een instelling.” Zo komen de meest schrijnende gevallen in een trechter van het systeem terecht, in plaats van direct door te stromen.
Voor de oplossing van dergelijke slechte aanpak wordt een beroep gedaan op de Regionale Prioriteitencommissie (RPC). Deze commissie verleent voorrang aan personen met een handicap in mensonwaardige of gevaarlijke leefsituaties, zodat ze eerder in aanmerking komen voor opname in de opvang. Beschikbare middelen en plaatsen moeten zo beter worden ingezet voor zij die het het hardst nodig hebben.
Karina De Beule kadert tot slot het rapport van het Europees Comité in het zorgbeleid. “De nadruk van het huidige beleid is om de mensen met een handicap zo lang mogelijk, zo zelfstandig mogelijk in de eigen omgeving te laten wonen. De Perspectief 2020 nota van Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin Jo Vandeurze wil het zorgbeleid van de afgelopen jaren omgooien. Het plan beoogt bijkomende maatregelen om de beschikbare middelen te spreiden. Korte termijn resultaat van dit meerjarenplan is bijvoorbeeld dat het afgelopen jaar 35 procent van de 11.000 actieve zorgvragen positief beantwoord werden.”
De toekomst
De aanbeveling van de Raad van Europa moet uiteindelijk uitwijzen of het huidige beleid voldoet en of de overheid een advies gegeven moet worden omtrent extra maatregelen.
Voor de mensen met een handicap en hun families blijft het voorlopig afwachten. Worden er toch nieuwe maatregelen opgelegd, dan volgt er eerst nog een periode van wikken en wegen qua budget en spreiding van beschikbare middelen voor zeer uiteenlopende noden.