Kijk, ik wil niet vervelend doen, maar De Standaard lijkt me stilaan een probleem te hebben met haar voornaamste commentaarschrijver – aka ‘opiniërend hoofdredacteur’. Als je bij het vluchtig doornemen van een gratis krant als de Metro meer visie en langetermijndenken aantreft dan in het dagelijkse redactioneel van een kwaliteitskrant, is er toch wat loos, me dunkt.
Op vrijdag, in de rubriek ‘Boeiende Tijden’, is het een stuk beter (al beperkt Bart Sturtewagen zich in die stukken al te vaak tot een ‘Wat hebben we nu weer geleerd deze week?’), maar de dagelijkse commentaarstukken van Sturtewagen zijn bedroevend eenzijdig. Gisteren was het weer van dat.
In zijn commentaarstukje fileerde Bart Sturtewagen het linkse sixpack dat Paul Magnette dit weekend verdedigde op een PS-congres: “Gloedvol en verdienstelijk, maar wat schraal qua inhoud.“ Iets verderop vond je – naar goede gewoonte – de core overtuigingen van Sturtewagen: “België kan zijn relatief goede financiële positie maar behouden als er voldoende groei is. En daarvoor is een ondernemingsklimaat nodig dat jobs creëert.”
Nog wat verderop volgde – al even voorspelbaar – de obligate denigrerende sneer en apocalyptische verwijzing (mbt Frankrijk deze keer): “ dat… aan het wegglijden is naar de periferie van Europa”. Nog even refereren naar François Hollande – aangeschoten wild dezer dagen – en klaar was kees. De wereld kan toch simpel zijn. Het Koningslied is er niks bij.
Johan Van Overtveldt zingt min of meer hetzelfde mantra in Trends, maar van die man leer ik tenminste nog wat bij. Bij sommige van Sturtewagens redactionele stukken krijg ik veeleer de indruk dat (1) het eigenlijk om het alter ego gaat van Paul Geudens – met dat verschil dat Geudens’ alter ego in de Standaard twee keer zoveel ruimte krijgt om zijn ding te doen en wat meer dure woorden gebruikt; of (2) dat Sturtewagen zijn eigen krant niet leest (of toch minstens bijzonder selectief tewerk gaat bij de lectuur ervan).
Hoe kun je immers dergelijk kortzichtig betoog houden, elke dag weer opnieuw, als De Standaard terzelfdertijd, en niet voor het eerst, in haar schrijnend ‘Verhaal van de dag’ de enorme sociale tol voor gewone Grieken schetst van het Europese beleid van de afgelopen jaren? Voor Sturtewagen is zo’n empathisch verhaal ongetwijfeld niet veel meer dan kopij bedoeld om al die halfzachte pipo’s zoals ik een abonnement aan te smeren.
Griekenland, da’s toch gewoon ‘de periferie van Europa’ (periferie is een duur woord voor ‘vuilbak’), daar moeten we toch niet veel woorden aan vuil maken, zeker! Wij hier in België – of beter gezegd in Vlaanderen, te oordelen aan het leger van Twitterandi dat zijn stukje driftig rondtweette – moeten vooral zorgen dat we niet in hetzelfde schuitje belanden. Hoe Griekenland in dat schuitje is terechtgekomen, wat de rol van Europa was, en of er eventueel andere opties waren/zijn, is niet Sturtewagens probleem. Je bent rechts, dus je lult maar wat.
Aangezien ik aanneem dat De Standaard nog een tijdje gaat volharden in de boosheid, en zijn opiniërend paradepaardje dus nog niet direct bij een andere afdeling (de sportredactie, ik zeg maar wat) gaat onderbrengen, een paar tips voor de man om zijn blikveld wat te verruimen.
Als opiniërend hoofdredacteur zou Sturtewagen eerst en vooral het recht moeten opeisen om elke week een paar dagen te mogen doorbrengen op een of ander symposium (Voka-bijeenkomsten tellen niet), of beter nog, zoals David Van Reybrouck eens een barre voettocht te maken van een paar maanden in de Pyreneeën, om zijn hoofd helemaal leeg te maken (die tip stond ook in je krant gisteren, Bart, lezen!).
Lectuurtips dan. Vorige week had ik toevallig het genoegen om een lezing bij te wonen aan de UA, van Max Koch, een ietwat lijzige socioloog, die blijkbaar nogal wat gepubliceerd heeft rond de klimaatverandering, kapitalisme en sociaal beleid. Het zou me te ver leiden om hier de hele lezing samen te vatten (inclusief het interessante debat dat erop volgde met goeie discussanten als Johan Albrechts (Itinera) en Dirk Holemans (Oikos)), maar in zijn werk gaat Koch onder meer in op de drie mogelijke beleidsantwoorden om iets te doen aan de klimaatverandering – irrationeel optimisme, groene groei en no-growth ( zie Ian Gough). (je hebt uiteraard ook nog de struisvogelrespons en regelrechte obstructiepolitiek, maar laat ons beleefd proberen te blijven vandaag).
Sturtewagen bevindt zich allicht bij de ‘groene groei’-adepten. Probleem voor dat aanzwellende leger (waartoe ook de Europese Commissie, Geert Noels, Jim Kim en andere Christine Lagardes behoren) is dat het empirische bewijs voor ‘absolute’ decoupling van groei en CO2 emissies tot dusver nogal zwak uitvalt. Beetje link dus om daarop te gokken. Koch wees er fijntjes op dat de ‘no-growth’ adepten – die Sturtewagen en al die anderen ongetwijfeld graag voorzien van het label ‘gekken en/of idealisten’ – eigenlijk al bij JM Keynes en JS Mill inspiratie vonden.
Koch liet nog een reeks andere recente en minder recente denkers de revue passeren, en liet even later ook verstaan dat Herman Daly‘s ‘stable state economy’, als die op wereldniveau vorm zou moeten krijgen, de-growth in het Noorden veronderstelt, wat ruimte zou bieden aan (broodnodige) groei in het Zuiden; het Zuiden zou haar bijdrage leveren door de bevolkingsgroei af te remmen (mo: dat is al bezig in veel landen in het Zuiden, maar helaas niet overal en niet snel genoeg).
Koch en anderen stellen ook dat niets minder dan een nieuw “Bretton Woods” zal nodig zijn om een (ecologisch en sociaal) duurzame wereld op globaal niveau af te dwingen. Ook op nationaal en Europees niveau pleit hij voor – wat hij noemt – “eco-sociaal” beleid. Hij gaf een paar staaltjes van wat hij daaronder verstaat – en trust me, Magnettes six-pack is klein bier in vergelijking met wat Koch nodig acht, laat staan dat Sturtewagen’s “doe zoals de Duitsers” recepten duurzaam zijn, als de hele wereld die zou beginnen copiëren.
Koch vond het echter wel belangrijk dat de ‘green growth’ en ‘no-growth’ kampen synergieën proberen te vinden, al was het maar om tactische redenen, en dus een deel van de weg naar een meer duurzame wereld samen proberen te bewandelen. In “De Standaard speak”: je kunt het een beetje zien zoals het gedwongen huwelijk tussen CD&V en N-VA die ook een tijdje in kartel zijn gegaan, omdat ze weliswaar het communautaire einddoel niet deelden, maar toch strategische voordelen zagen in tijdelijke samenwerking.
Of de eco-sociale maatregelen die Koch suggereerde bij ‘green growth’ aanhangers op veel sympathie zullen kunnen rekenen, is echter nog maar de vraag. Naast een minimum ook een maximum inkomen instellen (zelfs “de PS-staat” waagt zich daar niet aan, toch niet in de privé…), carbon rationing (inclusief persoonlijk krediet, met een soort chip-kaard – dat wordt lachen voor de hackers onder ons), “staatsopvoedingsstrategieën” om overdreven en opzichtige (statusgedreven) consumptie tegen te gaan (ik neem aan dat een boekje van de Botton lezen niet gaat volstaan), geboortelicenties & transferrechten, … Het adjectief ‘draconisch’ loert nadrukkelijk om de hoek.
Maar het was een “aanzet”, niet “te nemen of te laten”, zei Koch met een typisch sociologen-lachje, en hij was zelf ook niet noodzakelijk voorstander van elk van die maatregelen. Hoe dan ook, het wordt nog gezellig, deze eeuw, zoveel mag duidelijk zijn. De discussanten deden er ofwel nog een schepje bovenop (zoals Holemans, die zei dat de meeste beleidsmakers eigenlijk “ecologische ongeletterden” zijn ) of gingen wat in het verweer (Albrecht zei een paar pertinente zaken, o.m. over hoe de neoklassieke economie met ‘schaarste’ omgaat, en hij wees ook op de nieuwe olie-en gasvoorraden in de VS die volgens hem het verhaal van Koch gedeeltelijk ontkrachten).
Ook Albrecht slaagde er echter met zijn interventie niet in om echt een beleidsalternatief te schetsen voor dit soort eco-sociaal beleid dat onontkoombaar lijkt als we de planeet leefbaar willen houden voor de generaties die na ons komen – immers, veel van die nieuwe voorraden zullen moeten onder de grond blijven, willen we een Mad Max toekomst vermijden (met alle economische consequenties vandien). Holemans zag het wat minder somber in – hij gaf aan dat er op stedelijk niveau al veel positiefs gebeurt, en volgens hem moeten we ons aan al die bottom-up initiatieven optrekken.
Maar om terug te komen op Sturtewagen. Misschien vindt Sturtewagen dat ik te hard op hem inhak, maar eerlijk gezegd vind ik dat niet meer dan normaal. Hoge bomen vangen veel wind, en die man behoort met nog een paar andere commentaarschrijvers in Vlaanderen tot een select kransje van opinieschrijvers dat de contouren bepaalt van het zogenaamd ‘redelijke’ debat. De zogenaamd neutrale en “common sense” argumenten die hij op de Vlaamse publieke opinie afvuurt, zijn dat allerminst.
Overigens is hij minstens even hard voor politici wier boodschap hij niet lust. En was het gisteren en vandaag weer met een vergrootglas speuren naar een DS-artikel over Earth Day.