Zoals we van deze Brusselse kenner van de Arabische cultuur gewend zijn, is Een Arabische zomer een heel persoonlijk en sterk afgebakend onderzoek in de geschiedenis geworden, geografisch beperkt tot 4 steden uit Andaloesië (Cordoba, Sevilla, Valencia en Granada) en louter gebaseerd op literaire bronnen van islamitische auteurs over vrouwen van toen.
Lucas Catherine verstaat de kunst om deze islamitische cultuur heel dicht bij de Europese lezer te brengen. Hij hanteert hiervoor een verhalende, onderhoudende en anekdotische schrijfstijl.
Als geëngageerd auteur kiest hij voor een cultureel-sociologische inkijk in het literaire materiaal en hoedt hij zich voor een romantische of oriëntalistische insteek. Deze persoonlijke invalshoek maakt dit boekje zo bijzonder.
Geen ontleding van wetenschap en kunst, zoals we in werken over Andaloesië gewend zijn. Ook de politieke informatie over veldslagen en dynastieën is bewust beperkt gehouden. Alleen het standpunt van de vrouw en haar bijdrage tot de Arabische cultuur blijven over.
In totaal voert Catherine met Een Arabische zomer twintig gekende maar ook vele anonieme vrouwen ten tonele, die de lezer vergeten aspecten van de Arabische geschiedenis van Spanje laten ontdekken, zoals de boekindustrie in Cordoba met hoofdzakelijk vrouwelijke kopiïsten, de zijdeindustrie met vrouwen in familiale ateliers en de pottenbakkersindustrie in Valencia met ook vrouwelijke handelaars.
Deze beschouwende hoofdstukken over de sociale rol van de vrouw in het culturele en economische leven van Al Andalus vormen m.i. het interessantse deel van dit boekje.
In een eerder losse verhaalstructuur zitten tussen deze historische informatie de twintig vrouwenverhalen verweven, chronologisch verspreid over de 8ste tot de 16de eeuw. Gezien het beperkte bronmateriaal zijn het meestal bondige portretten, die perfect afzonderlijk of in een andere volgorde kunnen gelezen worden.
De maatschappelijke rol van deze selecte groep vrouwen was vrij gevarieerd en verschillend. De enen vervulden een culturele functie door manuscripten te kopiëren, gedichten te schrijven of een literair salon te leiden. Anderen speelden een politieke rol door polemische teksten tegen de heersende Islamregels te schrijven of zelf als sultanes te heersen. Enkele vrouwen vervulden ook een militaire rol door o.a.een oorlogsvloot tegen Spanje te organiseren.
Met deze portretten wil Lucas Catherine aantonen dat er achter de sluier vaak zelfstandige vrouwen met invloed schuil gingen.
Met dit boek weerlegt hij op vrij eenvoudige en concrete wijze de huidige westerse stereotiepering dat sluiers en boerka’s sowieso symbool staan voor maatschappelijke onderdrukking.