Tijdens de stemming van maandagavond behaalde de regerende rechts-conservatieve partij Fidesz van minister-president Viktor Orbán de benodigde tweederde meerderheid van de stemmen, met steun van de Christen-Democraten en drie onafhankelijke partijen.
Heel moeilijk was dit niet: dankzij een grote verkiezingsoverwinning in 2010 bezet Fidesz alleen al tweederde van de zetels in het Hongaarse parlement. De socialistische oppositie heeft de stemming geboycot, en liep weg uit het parlement.
In totaal stemden 265 parlementsleden voor de hervorming, 11 tegen en 33 parlementsleden onthielden zich.
Inhoud
De grondwetswijziging heeft invloed op verschillende aspecten van de Hongaarse maatschappij: op juridisch vlak, politiek vlak en op het gebied van media bevat de hervorming vergaande ingrepen.
Globaal komt het erop neer dat de macht van de regerende politieke elite – dus eigenlijk van minister-president Orbán – sterk wordt vergroot, ten koste van democratische principes zoals controle op de uitvoerende macht en persvrijheid.
De hervorming is al het vierde amendement van de nieuwe grondwet sinds deze in januari 2012 van kracht werd. Een van de aspecten van de hervorming is dat het constitutioneel hof niet meer mag refereren naar uitspraken die gedaan zijn voor die datum; dit betekent dat wetgeving die eerder als ongrondwettelijk werd beschouwd nu wel grondwettelijk is. Precedenten worden zo goed als betekenisloos.
Daarnaast wordt de macht van het constitutioneel hof flink beperkt doordat het voortaan alleen maar wetgeving en amendementen mag beoordelen op formele procedurele aspecten, en niet op de inhoud ervan. Bovendien worden sommige wetten die eerder door het constitutioneel hof als ongrondwettelijk werden beoordeeld, alsnog in de grondwet opgenomen via het jongste amendement.
Een voorbeeld van zo een wet is een verbod op dakloosheid; mensen zonder thuis die noodgedwongen op straat moeten slapen lopen nu het risico een boete te moeten betalen of in de gevangenis te worden gegooid. Dit zou kunnen gelden voor de 30.000 tot 35.000 daklozen die Hongarije telt, volgens een schatting van de Verenigde Naties in 2012.
Een ander punt waar het hof eerder over viel, maar dat toch alsnog is opgenomen in de grondwet via de hervorming, is de definitie van een familie als een “huwelijk tussen een man en een vrouw” – een definitie die alle andere vormen van partnerschap uitsluit.
Persvrijheid wordt beperkt via een onderdeel van de hervorming dat dicteert dat boodschappen van politieke partijen, bijvoorbeeld in campagnetijd, enkel nog door staatsmedia mogen worden uitgezonden.
Ten slotte, om te voorkomen dat hoogopgeleiden besluiten – zoals nu vaak gebeurt – om ergens anders hun geld te gaan verdienen, worden studenten aan de universiteit voortaan verplicht om na hun studie in Hongarije te blijven voor een bepaalde tijd. Doen zij dit niet, dan moeten zij het collegegeld volledig terugbetalen aan de Hongaarse staat.
Kritiek
Orbán en zijn regering hebben zich weinig aangetrokken van de kritiek op de grondwetswijziging die vanuit allerlei hoeken hun kant op kwam. In Hongarije zelf hebben de oppositiepartijen en burgerechtenbewegingen geprobeerd om Orbán op andere gedachten te brengen, onder andere via protesten die duizenden Hongaren op straat brachten.
András Schiffer, leider van de groene partij LMP, sprak van het ontstaan van een autoritair systeem in Hongarije, waarin rechten niet meer verzekerd zijn en de grondwet langzaam ontbonden wordt.
Ook vanuit Europese en Amerikaanse hoek kwam kritiek: na bezwaren tegen de hervorming van de Europese Raad, het Europees Parlement en het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken, verzocht José Manuel Barroso, voorzitter van de Europese Commissie, minister-president Orbán om de stemming uit te stellen. Geen sprake van, was de reactie, en de stemming van maandag ging gewoon door.
Daarop brachten Barroso en Thorbjorn Jagland, secretaris-generaal van de Raad van Europa, na de stemming in Hongarije een verklaring naar buiten, waarin zij verder onderzoek naar de grondwetswijziging beloven. In de verklaring uiten ze ook hun bezorgdheid: “These amendments raise concerns with respect to the principle of the rule of law, EU law and Council of Europe standards”[1].
Het is niet de eerste keer dat Hongarije de Europese nekharen overeind doet staan. Sinds de regering onder de Fidesz partij in 2010 aan de macht kwam, zijn er al verschillende wetten ingevoerd die – net als de huidige grondwetswijziging – voor het ondermijnen van de persvrijheid, juridische onafhankelijkheid en van de rechten van minderheden zorgen[2].