Kristin Aune

Reclaiming the F-Word, een interview met Kristin Aune

Ik leerde Kristin Aune op de dansvloer kennen. Eind mei 2012 was ik in Boedapest voor de achtste editie van de European Feminist Research Conference. Als afsluiter werd er met de honderden bezoekers gegeten en gedanst op een boot in de Donau, waar ik al etend en dansend werd voorgesteld aan Kristin.

maandag 4 maart 2013 19:06
Spread the love

In december schoof ik als een verzopen kat aan een tafeltje in café Jack Rabbit, waar Kristin al plaats had genomen. De wandeling van het station naar het café naast de kathedraal van het Britse Derby was niet lang maar wel erg nat. De hemelsluizen leken in Midden- en Zuid-Engeland net voor de kerstdagen wijd open te zijn gezet. Tijdens de dagen waarin vele Britten voor de feestdagen naar familie reizen, liep het treinverkeer in het honderd door zware regenval en overstromingen. Gelukkig had ik die dag Derby weten te bereiken. In Jack Rabbit werd ik hartelijk verwelkomd door Kristin, die medelijdend mijn druipende kloffie bekeek. Daarop verwende ze mij met warme melk, thee en broodjes – die erg op Nederlandse krentenbollen leken – en begonnen we ons gesprek over Reclaiming the F-Word.

Kristin Aune is sociologe en geeft les aan de Universiteit van Derby over gender, feminisme en religie. Met Catherine Redfern richtte zij enkele jaren geleden de groep London Third Wave op, een feministisch netwerk in Londen. Tezamen publiceerden zij het boek Reclaiming the F-Word over hedendaags feministisch activisme in Groot-Brittannië. Sinds december 2012 geeft Kristin nieuwe vorm aan haar feministisch engagement met een nationale netwerkgroep voor christelijke feministen. Ik had met Kristin afgesproken om het te hebben over haar boek, het Brits feminisme en haar persoonlijk traject als feministe.

Wat was jullie motivatie om een boek te schrijven over hedendaags feministisch activisme in Groot-Brittannië?

Ons belangrijkste doel was om te tonen dat feminisme vandaag de dag broodnodig en gelukkig springlevend is. Tot enkele jaren geleden bestond heel sterk het idee dat feminisme doodgebloed en onnodig was. De media spraken erg negatief over feminisme. De afgelopen jaren zijn echter enkele boeken op de markt gebracht die het idee van het einde van het feminisme tegenspreken. Reclaiming the F-Word was er één van. Als ik terugkijk, heb ik het gevoel dat we iets van wat we wilden ook daadwerkelijk bereikt hebben. De pers beseft nu – tot op bepaalde hoogte –  dat feminisme nog altijd een belangrijke rol speelt. Sommigen hebben moeite om dat toe te geven, maar ze zijn tenminste op de hoogte van feministische websites, organisaties en protest initiatieven. Dat waren ze drie jaar geleden niet.

Wat zijn de belangrijkste inzichten van Reclaiming the F-Word?

Het boek hebben we zo gestructureerd dat het op de beste manier de boodschap overbrengt dat feminisme hoognodig en springlevend is. Ieder hoofdstuk richt zich op een bepaalde feministische kwestie, bekijkt de problemen en ongelijkheden die zich op dat gebied voordoen, en belicht de verschillende vormen van activisme die gaande zijn.

Wat we willen zeggen is: onze samenleving kent nog altijd ongelijkheden tussen mannen en vrouwen, maar er bestaan manieren om dit te verbeteren. We bieden ook voorbeelden van mensen die op boeiende wijze actief zijn en hopen daarmee anderen te inspireren om mee actief te worden.

Voor onszelf was het bovendien verassend om de continuïteit tussen de focus en het activisme van oudere en jonge feministen te ontdekken. Vanuit de Amerikaanse context komen verhalen die eerder gaan over de conflicten tussen generaties van feministen. Maar wij zien dat niet terug in de Britse context. Al bestaat er ook hier soms wel ergernis onder jongere feministen die zich niet altijd erkend voelen door oudere feministen.

Overigens, een belangrijk verschil tussen Brits feminisme van nu en van de jaren zeventig is dat feminisme niet meer wordt gezien als enkel door en voor vrouwen. Vandaag komt feministisch activisme ook van de kant van mannen en homoseksuelen, lesbiennes, transgenders, of anderzijds queer individuen. Ze hebben veel meer plaats gekregen in de feministische beweging. Feministen onderling discussiëren over deze ontwikkeling, maar ik zelf vind deze verbreding heel positief.

Reclaiming the F-Word werd gepubliceerd in 2010. Zou je nu drie jaar later dezelfde boodschap willen overbrengen?

Het boek werd vanuit optimisme geschreven. We wilden tonen hoe veelzijdig en bruisend feminisme vandaag de dag is, en we zijn tevreden dat die boodschap tot de publieke opinie is doorgedrongen. We vonden een optimistische toon belangrijk en dit onderscheidt ons boek van andere recente boeken over feminisme. Wanneer je enkel focust op de blijvende en hardnekkige problemen en ongelijkheden, dan worden lezers moedeloos en geloven niet dat verandering mogelijk is. Wij wilden lezers net laten zien dat het belangrijk is om je in te zetten en dat er wel degelijk zaken bereikt kunnen worden.

Maar we zijn momenteel meer pessimistisch dan enkele jaren geleden, omdat de redenen waarom feminisme zo hard nodig is, zijn versterkt. De economische crisis is de laatste jaren verslechterd en de impact op de levens van vrouwen is toegenomen. Ook in Groot-Brittannië is de economische ongelijkheid tussen mannen en vrouwen toegenomen. Dit heeft ook te maken met bezuinigingen van de huidige regeringscoalitie van conservatieven en liberaal democraten op vlakken zoals publieke dienstverlening, sociale zekerheid, juridische hulpverlening en fondsen voor lokaal bestuur. Juridische hulp voor armere vrouwen is minder toegankelijk geworden en er is bezuinigd op subsidies voor vluchthuizen.

In de context van economische crisis zijn de prioriteiten van feministische groepen veranderd. Waar voorheen veel werd geageerd tegen de loonkloof, maakt men zich nu veel meer zorgen over de vele vrouwen die in precaire omstandigheden werken of werkloos zijn. Economische ongelijkheid is dus een erg belangrijk issue geworden. Zo protesteerden feministen onlangs in Londen tegen de precaire werkomstandigheden van schoonmaaksters. Die kwestie raakt meteen ook aan de achterstelling van migranten, aangezien de meeste schoonmakers in London recent gemigreerd zijn.

Wat bedoel jullie precies met de omschrijving van de Britse samenleving als postfeministisch?

Met de term postfeminisme doelen we op een samenleving waarin feminisme een belangrijke rol heeft gespeeld, maar nu wordt gezien als iets dat behoort tot het verleden en niet langer nodig is omdat gelijkheid intussen is bereikt. Drie jaar geleden bestempelden we de Britse samenleving als postfeministisch. Ik betwijfel echter of deze term de situatie nog steeds accuraat beschrijft.

Ik heb het gevoel dat vandaag de dag meer en meer mensen zich bewust zijn van ongelijkheden en meer open staan voor feminisme. In de media is de laatste tijd meer gediscussieerd over gender ongelijkheid. Het seksschandaal bij de BBC naar aanleiding van het jarenlange seksueel misbruik van jongeren en volwassenen door tv-presentator Jimmy Saville is daar slechts een voorbeeld van. Ook was er de afgelopen tijd veel aandacht voor vrouwenhandel binnen Groot-Brittannië. Zelfs in een kleine stad als Derby kwam een zaak aan het licht over jonge vrouwen gedwongen tot prostitutie in een andere steden.

Jullie schrijven dat het moeilijk kan zijn om jezelf feminist te noemen. Als mensen zich nu meer bewust lijken te zijn van m/v ongelijkheid, is dit dan nu makkelijker geworden?

Het is nog steeds lastig om jezelf openlijk te identificeren met het feminisme. Met mijn studenten praat ik hierover en zij vinden het vaak moeilijk om zichzelf feminist te noemen bij familie en vrienden. Mensen lachen hen uit. Of ze schermen met de stereotypen rond feminisme. Je kent het wel: feministen als beha-verbrandende mannenhaters. Om zich te distantiëren van deze stereotypen, voelen mijn studenten zich alsof ze moeten benadrukken dat ze ‘gewoon’ heteroseksueel en aantrekkelijk zijn. Maar in realiteit kan niemand concrete voorbeelden noemen bij zulke stereotype voorstellingen van feministen, gewoonweg omdat de meeste feministen nu eenmaal niet zo zijn.

Hoe ben je zelf eigenlijk feminist geworden?

Door zowel academische studie als persoonlijke ervaring. Ik heb een master in vrouwenstudies gevolgd en die heeft echt mijn ogen geopend voor het feminisme. Daarnaast was ik actief in de kerk, maar gefrustreerd over de ondergeschikte rol waarin vrouwen zich vaak geplaatst zien. Mijn studie hielp mij om over mijn ervaringen over ongelijkheid in de kerk na te denken. Vervolgens schreef ik een masterproef over alleenstaande kerkelijke vrouwen en verrichtte ik een doctoraal onderzoek naar vrouwen in evangelische kerkgemeenschappen. Dus in mijn geval waren mijn academische activiteiten en feministisch activisme vanaf het begin met elkaar verbonden. Met de baan in Derby en de publicatie van Reclaiming the F-Word heb ik enkele jaren mijn activisme gestaakt. Maar ik besefte dat ik gewoonweg weer tijd moest maken voor activisme, het is te belangrijk.

Afgelopen jaar besloot ik om een christelijke feministische groep te starten. Met een aantal gelijkgestemden hebben we het Christian Feminist Network opgezet. In december 2012 hadden we onze eerste bijeenkomst. We gebruiken sociale media, willen studiedagen over feministische theologie organiseren en een ruimte creëren voor mensen die zich gemarginaliseerd voelen in de kerk. We zouden ook graag het imago van het christendom willen verbeteren onder feministen. Het beeld van de kerk als seksistisch komt veel voor onder feministen, grotendeels terecht natuurlijk, maar het is incompleet.

Identificeer jij je gemakkelijk openlijk met het feminisme?

Voor mij is het zeker gemakkelijker dan voor velen anderen om mijzelf feminist te noemen. In de kerk, bijvoorbeeld, was het wel lastig. Veel christenen uit mijn omgeving kanten zich tegen het feminisme. Mijn familie is intussen aan mijn feminisme gewend. Ze zijn trouwens niet christelijk, dus zowel mijn christelijke als mijn feministische identiteit begrijpen ze niet echt. Misschien vragen ze zich wel af wat er mis is gegaan (lacht).

Toen ik mijn doctoraal onderzoek verrichtte naar de ervaringen van vrouwen in evangelische gemeenten was het overigens eerder normaal om mijzelf een feminist te noemen. Met mijn baan aan de universiteit voel ik mij bevoorrecht. Ik ben blank en middenklasse en wordt vaak gevraagd om lezingen te geven over feminisme. Terwijl anderen die net zo goed veel weten over feminisme niet gevraagd worden.

De autoriteit die een academicus automatisch heeft, geeft mij soms een ongemakkelijk gevoel. Maar het heeft ook positieve kanten. Ik kan als academicus aan de universiteit voor een groot deel zelf bepalen over welke thematieken ik les geef. En dus bied ik mijn studenten cursussen over gender, klasse, etniciteit, seksualiteit en religie. Ik kan mijn studenten meer bewust maken van ongelijkheid en hen aanmoedigen om activisten te worden. En het is geweldig om te zien dat sommigen ook daadwerkelijk actief worden. Ik kan dus bijdragen aan de kritische bewustwording van jonge mensen, dat is natuurlijk een fantastisch voorrecht.

Verder lezen

Catherine Redfern & Kristin Aune, 2010, Reclaiming the F-Word: The New Feminist Movement, Zed Books.

Kristin Aune is maandag 11 november te gast op de Vrouwendag in Brussel.
Meer informatie: http://www.vrouwendag.be/

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!