De 58-jarige Chávez is veertien jaar aan de macht maar vecht nu ook al anderhalf jaar tegen kanker, waarvoor hij een vierde keer onder het mes gaat in Cuba.
“De nominatie van Maduro houdt steek. Hij begrijpt Chávez en heeft al vele jaren onder hem gediend”, verklaart José Vicente Carrasquero, hoogleraar politieke wetenschappen aan de Simón Bolívar-universiteit in Caracas. “Chávez kiest een burger om niet het verwijt te krijgen dat zijn regering militaristisch is.”
Een andere hoogleraar politieke wetenschappen, Gabriel Reyes, legt uit dat de top van zijn Verenigde Socialistische Partij van Venezuela (PSUV) uit verschillende groepen bestaat met burgerlijk en militair als grote tweedeling.
Linkse activist
Toen Chávez op de televisie bekendmaakte dat hij zich opnieuw in Cuba zou laten behandelen, werd hij bijvoorbeeld niet alleen geflankeerd door Maduro, maar ook door Diosdado Cabello. Deze gewezen militair is ondervoorzitter van de partij. “Chávez zal gedacht hebben dat ze elkaar op die manier in evenwicht houden”, zegt Reyes.
De 49-jarige Maduro heeft een lange staat van dienst. Eerst als linkse activist en vakbondsafgevaardigde, later binnen de beweging van Chávez. In 2006 schopte hij het tot minister van Buitenlandse Zaken en amper twee maanden geleden maakte Chávez hem vicepresident.
“Als er mij iets overkomt, wil ik niet alleen dat Nicolás Maduro de legislatuur (2007-2013) afmaakt zoals de grondwet bepaalt. Ik ben er ook rotsvast van overtuigd dat jullie in dat scenario Maduro moeten verkiezen tot de nieuwe president van Venezuela”, zei Chávez zaterdag op de nationale radio en televisie.
Capriles
Begin oktober werd Chávez nog herverkozen met 55 procent van de stemmen voor een periode van zes jaar, die ingaat in januari. Henrique Capriles, die presidentsverkiezingen verloor met 44 procent van de stemmen, zei samen met de meeste oppositieleiders dat er snel nieuwe verkiezingen moeten komen als Chávez de strijd tegen kanker verliest.
“Er is geen sprake van opvolging. Venezuela is Cuba niet. We zijn ook geen koninkrijk waarin de koning zijn opvolger kiest. Als iemand hier aftreedt, krijgt de bevolking altijd het laatste woord”, aldus Capriles.
De Venezolaanse grondwet stelt dat als de president niet kan aantreden om welke reden dan ook, er binnen de dertig dagen na aanvang van de nieuwe termijn nieuwe verkiezingen gehouden moeten worden. Ook als de president sterft of ongeschikt wordt binnen de eerste vier jaar van zijn ambtstermijn, zijn er nieuwe verkiezingen nodig.