Inspiratie voor de oude democratie?
Zondagavond heeft het burgerpanel van de G1000 in het parlement het resultaat gepresenteerd van zijn arbeid. Zij deden dit in het bijzijn van onder andere de voorzitters van Kamer en Senaat, André Flahaut en Sabine de Bethune. Die laatste verwelkomde hen met de hoop dat “zij de oude democratie kunnen inspireren”.
De burgers, geen hindernis maar een kans
Namens de G1000 namen David Van Reybrouck en Benoît Derenne het woord. Meer dan ooit zijn ze ervan overtuigd dat burgers willen nadenken over fundamentele maatschappelijke problemen. Ze zijn in staat tot ‘slow politics’ over delicate vraagstukken, om zowel te discussiëren en tegenstellingen niet uit de weg te gaan als tot een consensus te komen.
Volgens hen kunnen politici best omgaan met argwanende burgers door ze “los te laten”. Want de ervaring met de G1000 toont aan dat “burgers geen hindernis zijn, maar een kans voor de democratie”. Burgers willen zich echt wel hard inzetten “omdat de democratie hen zo dierbaar is”.
Een grondige werkwijze
Drie weekends lang concentreerden de 32 deelnemers van het burgerpanel zich op één overkoepelend thema, namelijk ‘Hoe omgaan met werk en werkloosheid in onze samenleving?’.
Weten waarover het gaat, dat is essentieel. En dus werden de eerste twee weekends besteed aan informatiewinning. Zo kan het lukken om, met zoveel mogelijk kennis van zaken, te overleggen, evenzeer te luisteren naar elkaar en op een vruchtbare wijze te discussiëren; om uiteindelijk ook tot aanbevelingen te komen.
Resultaten en aanbevelingen van het burgerpanel
Concreet heeft het burgerpanel gewerkt rond zes thema’s. Alles is te vinden in het eindrapport dat online te vinden is (zie weblink hieronder). Telkens is er een omschrijving van het thema, een explicitering van de eerste ideeën, opinies en meningen die leven in de groep, een opsomming van vragen die men voorlegde aan referentiepersonen en ten slotte de conclusies en aanbevelingen. We overlopen in vogelvlucht de zes thema’s met hun belangrijkste conclusies.
Verklein de inkomenskloof
Voor het burgerpanel zijn de verschillen tussen hoge en lage inkomens duidelijk te groot. Vandaar de aanbeveling om die inkomenskloof te verkleinen. Hoe? Door de lage lonen netto te verhogen middels een lagere fiscale druk.
Opvallend is dat het burgerpanel het indexmechanisme wil behouden. En een indexsprong vindt het niet goed omdat die veel harder wordt gevoeld door de mensen met de lage inkomens, en omdat die inlevering een blijvend verschil uitmaakt voor de lage en middenlonen.
Verminder de loonkost
Het panel adviseert om de loonkosten te verminderen. Maar kijkt meteen ook naar vervangende inkomsten voor de sociale zekerheid die niet van sociale bijdragen op werk komen. Daarvoor wordt bijvoorbeeld gekeken naar kapitaal, weliswaar niet naar dat van de kleine spaarder. Ook het voorstel van de Tobintaks op financiële transacties is vermeld.
Heel belangrijk vindt de G32 het behoud van een degelijk salaris om iedereen een zekere levensstandaard te garanderen. In dat verband is er ook het pleidooi om de loonlasten te standaardiseren op Europees niveau.
Van willen en kunnen werken
De afstemming van werkzoekenden en werkplaatsen zou veel beter moeten, zo vinden deze burgers. Vooral moeten we vermijden dat zo veel jongeren zonder diploma en zonder werkvooruitzichten de school verlaten.
Hun begeleiding kan en moet veel beter. Het belang van administratieve vereenvoudiging, van een verstandige flexibilisering van de arbeidsmarkt, van banenplannen die ‘echt’ werken en van niet-dubbelzinnige overheidssignalen i.v.m. langer werken – met respect voor de 50-plussers, het passeert allemaal de revue.
Werk en toekomstige generaties
De impact van toekomstige veranderingen zoals vergrijzing, bevolkingsgroei, piekolie en klimaatverandering is moeilijk in te schatten. Daarom pleit de G32 voor meer veerkracht op de arbeidsmarkt, namelijk de capaciteit om bruuske veranderingen en zelfs schokken op te vangen.
De gelijkschakeling van de statuten van arbeiders en bedienden is alvast een aanrader. En met het oog op de nodige veerkracht is er het advies om meer te investeren in de lokale en meer kleinschalige economie (nvda zodat – heel actueel – de structurele afhankelijkheid van Ford, Philips e.a. verkleint).
Heel belangrijk vindt het panel dat een heel veelzijdige participatie ook de weg vindt naar de arbeidsvloer.
Een universeel basisinkomen
Voor het thema ‘kwaliteitsvol werk voor een kwaliteitsvol leven’ komt het burgerpanel met de aanbeveling van een universele uitkering – eigenlijk een basisinkomen – ter vervanging van de bestaande uitkeringsvormen.
Vraag is natuurlijk of deze meer uniforme aanpak recht doet aan wel heel verschillende situaties als werkloosheid, kinderen, ouderdom, invaliditeit,… wellicht is daar nog meer doorgedreven denkwerk nodig om de weerstand in de samenleving weg te werken.
Deze burgers zijn ervan overtuigd dat dergelijke universele uitkering sterk helpt om een samenleving uit te bouwen waarin kwaliteitsvol leven voorop staat, een samenleving ook waarin de sociale cohesie sterk is verhoogd.
Neem discriminatie ernstig
Als het over discriminatie op het werk gaat, is de cruciale aanbeveling: neem deze ernstig. En neem als uitgangspunt dat alle verschillen en alle vormen van diversiteit – etnisch, religieus, leeftijd, politiek, economisch, naar handicap,… – als een rijkdom te beschouwen zijn. Het is belangrijk dat alle talenten zich ontplooien. Zo creëren we volgens de deelnemers aan het burgerpanel meer sociale cohesie en bruto nationaal geluk.
Wat te doen? Maak het bestaande onderzoek over discriminatie breder bekend en vertaal deze inzichten omtrent discriminatie in concrete maatregelen. Zorg voor een positiever beeld van alle gediscrimineerde groepen. En verplicht bedrijven een diversiteitsplan te ontwikkelen.
Parlementsvoorzitters reageren
Jan Peumans, voorzitter van het Vlaams Parlement, kon er zelf niet bij zijn, maar bezorgde wel een brief. Deze G1000 is een belangwekkend initiatief, aldus Peumans, want de sociaaleconomische crisis blijft woeden, zoveel is duidelijk op de dag dat er in Genk wordt betoogd. De sluiting van Ford Genk raakt me, de crisis stopt niet aan grenzen. Aanzetten voor antwoorden uit heel diverse hoek zijn welkom in deze crisis.
Sabine de Bethune wenst de G1000 geluk, de politiek kan leren van deze oefening in burgerdemocratie die interessante en genuanceerde resultaten oplevert, met oog voor de lange termijn.
Belangrijker nog vindt zij dit proces zelf dat de potentie heeft om de democratie te vernieuwen en heel nuttig kan blijken voor bepaalde moeilijke dossiers. Deze methodiek is inspirerend en moet misschien in een kader worden gegoten: “U mag fier zijn op het resultaat. De bal ligt daarmee ook bij ons om deze aanpak verder een kans te geven.”
Ook Kamervoorzitter André Flahaut geeft felicitaties. Echter niet zonder te herinneren aan zijn grote scepticisme bij de aanvang. Maar, geeft hij toe, al vorig jaar en zeker nu zijn mijn twijfels sterk gedaald: “Ik heb veel voorstellen gehoord die getuigen van veel gezond verstand, van zin voor nuance, en die gedrenkt zijn in solidariteit.”
De G1000 stopt er niet mee
De ambities van de organisatoren van de G1000 zijn hiermee niet ten einde. Zij beogen een platform te zijn om permanent verder te werken aan de democratie. Want burgerinitiatieven moeten verder hun weg banen om volop hun aanvullende rol te spelen naast de vertegenwoordigende democratie.
En waarom, zo vragen ze zich af, zou de senaat niet kunnen uitgroeien tot een permanent burgerplatform, een plek waar burgers willekeurig in worden geloot, en waar ze dan voor een duur van pakweg drie maanden het beleid mee uittekenen.
Een opvallend sociale en solidaire onderstroom
Dat is toch wel opvallend voor een buitenstaander. We weten dat werk en werkloosheid een maatschappelijk gevoelig thema vormen, zoveel te meer in tijden van crisis. Ook voor wie zich heel goed informeert, is het uitkijken om zich niet vast te rijden in onvermijdelijk opduikende links-rechts-tegenstellingen.
Dan is het wel opvallend dat deze groep burgers – soms met enkele onthoudingen – toch komt tot aanbevelingen die in overgrote mate gemeenschappelijk gedragen zijn. En – nog opvallender in wat we gemakshalve als neoliberale tijden beschouwen – dat die aanbevelingen gedrenkt zijn in een onderstroom van actieve sociale bekommernis en solidariteit. Het is een onderstroom die zich vertaalt in een duidelijke keuze voor een heel sterke sociale en ecologische agenda, en voor een doorgedreven emancipatorische agenda.
Een aanwinst voor de democratie
Men moet wel van slechte wil zijn om niet de mogelijkheden te zien van deze dialogische of burgerdemocratie. Of de G1000 al de ideale vorm heeft gevonden, wellicht nog niet – als die al zou bestaan.
Essentieel is dat we de zoektocht verder zetten om participatie en democratie zo rijk en zo permanent als maar mogelijk te maken. Zodat we als samenlevingen in staat zijn om onze problemen zo diepgaand mogelijk te analyseren, oog te krijgen voor de mogelijke antwoorden en oplossingen, op de meest volwassen wijze de discussie daarover te organiseren, en tot gefundeerde en maatschappelijk breed gedragen beslissingen komen die – en dat is heel belangrijk – zo snel als maar kan ook in realiteit worden omgezet.