foto: Greet Brauwers
Nieuws, België -

Nationale Vrouwendag: hoogtijd!

Al 42 jaar lang staat 11 november niet alleen in het teken van wapenstilstand en 11.11.11, maar ook van de vrouwenbeweging. Dit jaar vond de nationale vrouwendag onderdak in het Casino Kursaal van Oostende. Er daagden een duizendtal bezoekers op, iets minder dan vorig jaar.

zondag 11 november 2012 21:01
Spread the love

Het VOK, drijvende kracht achter de nationale vrouwendag

Drijvende kracht achter de jaarlijke nationale vrouwendag is de onafhankelijke feministische denkgroep VOK (Vrouwen Overleg Komitee). Sinds de allereerste vrouwendag in 1972 (met hoog bezoek van Simone De Beauvoir) heeft de vrouwenbeweging zich heel wat thema’s toegeëigend, van de legalisering van abortus over gemengd onderwijs tot armoede en geweld tegen vrouwen. Het thema van dit jaar past misschien niet naadloos in dat rijtje, maar wel in de tijdsgeest. Hoogtijd…voor een andere wereld. Onder die noemer gaat het VOK op zoek naar een antwoord op de vraag welke rol de vrouwenbeweging kan en moet spelen bij de transitie of overgang naar een andere en rechtvaardiger wereld. Wat voor toekomst willen we? Welke alternatieven dienen zich aan? En hoe realiseren we die?

Zo bepleit het VOK onder meer arbeidsduurverkorting, als een manier om betaald werk beter te verdelen tussen werkenden en werkzoekenden. Dat zou iedereen, vrouwen én mannen, de kans geven om betaald werk te combineren met onbetaalde zorg en maatschappelijk engagement.

De vrouwendag wil ons dit jaar uitdagen met een gevarieerd en interactief programma met daarin veel ruimte voor reflectie en geïnspireerd op bewegingen als Occupy en Indignados. 

Sandra Ezquerra

De vrouwendag opent met een lezing door Sandra Ezquerra, een sociologe uit Barcelona die actief is in de 15-M-beweging, één van de protestbewegingen tegen de besparingspolitiek van de Spaanse regering. In haar lezing heeft ze het over de zware impact van de de economische crisis op vrouwen. Door de besparingen verdwijnen collectieve diensten, zodat vrouwen noodgedwongen meer onbetaalde zorgarbeid opnemen. Ze wijst ook op de noodzaak om het feminisme te integreren in de protestbewegingen.

In een notendop:

‘We willen een samenleving waarin mensen belangrijk zijn, niet financiele markten. We willen een transformatie van het huidige kapitalistische model naar een systeem dat in dienst staat van de mensen en de planeet. We vinden het essentieel om een feministische focus op te nemen in deze transformatie. Alleen zo kunnen we een afdoend antwoord formuleren op de diverse crises waarmee we kampen. Wij vragen de herverdeling van werk en welvaart: minder werken zodat iedereen kan werken, waardige arbeidsomstandigheden, een evenwichtige herverdeling tussen vrouwen en mannen van betaalde en onbetaalde arbeid, een gelijke verloning en waardering voor werk en tot slot rijkdom in de handen van het volk

Pascal Smet, Vlaams minister van Gelijke Kansen, mag reageren. Het loopt volgens hem hier bij ons niet zo’n vaart met de crisis als in Spanje. Volgens hem legt de crisis in Zuid-Europa gendermechanismen bloot waar de locale machocultuur veel mee te maken heeft. Ezquerra veegt dit culturele argument stellig en onomwonden van tafel. Het getuigt van struisvogelgedrag om te beweren dat er hier geen genderproblemen zouden zijn en dat het hoofdzakelijk een culturele kwestie is. Smet belooft om concrete aandacht te besteden aan de bestaande problemen binnen het onderwijs en de leerplannen, in het bijzonder in de hervorming van de handboeken.

Waarom naar de vrouwendag?

Tussen de openingslezing en het slotdebat kunnen bezoekers elkaar ontmoeten, meedenken, schrijven, tekenen, praten over duurzaamheid, nieuwe samenlevingsvormen, alternatieve mobiliteit, anders werken, schoonheidsidealen, …

Wij vragen een aantal bezoekers waarom ze hier zijn:

Lise, 25:

“Vanuit mijn werk voor het Instituut voor Gelijke Rechten voor Vrouwen en Mannen besef ik veel beter dan vroeger dat we er nog lang niet zijn op het vlak van gelijkheid. Er is nog steeds zorgwekkend veel partnergeweld, het glazen plafond blijft een realiteit. Opvoeding en onderwijs maken een duidelijk onderscheid tussen jongens en meisjes, vaak onbewust. Zelfs mijn progressieve vrienden kopen genderspecifiek speelgoed voor hun kinderen. De meisjes krijgen een pop, de jongens een auto. En zo zijn er ontelbare stereotypen waar we nauwelijks bij stilstaan. Veel ‘oude’ thema’s blijven razend actueel. Ik vind het thema van de dag ook erg boeiend. Hoe de economische crisis vooral vrouwen treft, dat verhaal lees je nergens. De dagelijkse realiteit achter de crisis, het werkelijke effect op mensen, daarover hoop ik hier ook wat meer te horen.”

Eva-Anne, 30, moeder van een babytweeling:

“Feminisme is nog steeds broodnodig. Ik geloof in gelijkheid en ik stel vast dat die gelijkheid er niet is. Het is nog steeds zo dat het overgrote deel van de huishoudelijke taken door vrouwen worden uitgevoerd. En er zijn nog steeds zorgwekkend veel gevallen van partnergeweld en geweld tegen vrouwen, ook tussen de lakens. KInderen worden afgeschermd van praktische beslommeringen. Zo kunnen ze er ook niet mee leren omgaan. Meisjes worden opgevoed als roze prinsesjes in roze kamertjes vol glitters. Wanneer ze op eigen benen gaan staan is de realiteit plots heel wat minder roze en glossy.”

Gijs, 35

“Ik ben hier deels als bezoeker, deels uit professionele interesse aangezien ik voor een politieke studiedienst werk. Het is de tweede keer dat ik een vrouwendag bezoek en ik blijf het een fijn initiatief vinden, al zou er voor mij een mobiliserender kracht van mogen uitgaan. Jonge vrouwen hebben nood aan ontmoeting en aan een beweging rondom vrouwenrechten en genderthema’s, maar volgens mij moet het recept worden vernieuwd. Het Vrouwen Overleg Komitee is een van de vernieuwende vrouwenorganisaties die met een frisse en brede kijk in het veld staat. Feminisme is zeker nodig. Het feminisme van vandaag moet ook gaan over van de rol van mannen. Het gaat over levenskwaliteit en belangt ook mannen aan. De genderbreuklijn wint aan belang. Tegenstanders van feminisme zullen zich meer en meer moeten verantwoorden. Feminisme leeft en is actueler dan pakweg 15 jaar geleden.”

Candice (40) en dochter Lies (13)

“Ik noem mezelf geen feministe, maar ben dan ook gezegend met een ‘nieuwe man’. Hij heeft mij leren wassen en neemt een aanzienlijk deel van de huishoudelijke en zorgtaken voor zijn rekening. Ik merk wel dat dat lang niet overal het geval is. Veel van mijn vriendinnen hebben een partner die nog nooit een luier ververste of niet op het idee zou komen met de baby in de kinderwagen naar de markt te gaan. Ik werk als maatschappelijk werkster bij het plaatselijke OCMW en heb nauwelijks mannelijke collega’s. Een evenwichtige verdeling zou zoveel beter zijn. Meer mannen in de zorgsector dus.Het thema van deze vrouwendag is een thema dat iedereen aangaat. De economische crisis treft iedereen, vrouwen en mannen.”

Lies: “Ik weet niet zoveel over feminisme, maar ik ben wel blij dat ik nu leef en niet 70 jaar geleden toen meisjes niet konden studeren, vrouwen niet mochten stemmen en maar thuis moesten blijven om het huishouden te doen.”

Erna (66), Gerda (66), Victoria (75) en Leentje (69)

“Wij waren al op de allereerste vrouwendag, met Simone De Beauvoir. En we komen nog elk jaar. Sommigen van ons werkten op hun 14 jaar al in de fabriek. Daar zijn we nog altijd boos over. Een aantal van ons hadden broers en die mochten alles, kregen alle kansen. Terwijl wij niets te kiezen hadden. Of er veel veranderd is? Er zijn wel wat doelen gerealiseerd, zoals het stemrecht, het democratiseren van anticonceptie en de legalisering van abortus. Maar veel thema’s blijven actueel: geweld tegen vrouwen, de loonkloof,… Er is een tijd geweest, in de jaren tachtig en negentig, dat feminist een scheldwoord was. Dat is intussen wel veranderd. Er komen ook opvallend meer mannen mee. Dat was vroeger zeker niet het geval. Mannen wilden niets te maken hebben met de vrouwenbeweging. De communicatie loopt nu ook helemaal anders, vooral door de opkomst van het internet. Wij waren aangewezen op dergelijke ontmoetingsdagen om informatie te vinden, om elkaar te ontmoeten. Nu vinden mensen alle info op het internet en wisselen ze ook daar ideeën uit. Het is de jonge generatie die nu aan de kar moet trekken. Er staat nog altijd veel op het spel.”

Vrouwen en arbeid

Afsluiten doet de Vrouwendag met een breed debat rond arbeid:

Monica De Coninck (federaal Minister van Werk), Ilse Laurijssen (onderzoekster aan de VUB), Ann Demeulemeester (voorzitster van de Verenigde Verenigingen) en Kitty Roggeman (VOK) geven hun mening over werken, zorgen en gelijkheid.

Eén van de oorzaken van de kwetsbaarheid van vrouwen is de vaak onderbroken loopbaan van heel wat vrouwen. Bijna de helft (45 procent) van de vrouwen werkt deeltijds. Onder meer daardoor moet 59 procent van de vrouwen het rooien met een pensioen van minder dan 1.000 euro; bij mannen is dat 33 procent. De crisismaatregelen verscherpt de bestaande sociaal-economische ongelijkheid tussen vrouwen en mannen. De degressiviteit in de werkloosheidsuitkeringen jaagt alleenstaande ouders, vooral vrouwen, de armoede in. Andere maatregelen zoals het feit dat men geen werk mag weigeren binnen een straal van 60 km en die de werknemer maximaal 12 uur per dag van huis houdt zijn rampzalig voor alleenstaande moeders.

Kitty Roggeman verwijt de overheid voorbij te gaan aan de precaire situatie van veel vrouwen in deze economisch moeilijke tijden. Het is aan de overheid om oplossingen te bieden.

Ann Demeulemeester roept de overheid op om terug greep te krijgen op de banksector en ruimte te bieden aan de transitiebeweging, aan initiatieven zoals The New Economics Foundation, blauwe economie, duurzaam ondernemen, stadslandbouw, enz.

Ilse Laurijssen wijst erop dat de combinatie van arbeid en gezin verre van evident blijkt als beide ouders werken. De keuze voor deeltijds werk hangt nauw samen met de situatie ban vrouwen en met de kwaliteit van hun werk. Deeltijds werk resulteert niet in kwalitatief minderwaardig werk, maar andersom. Ze pleit dan ook voor zingeving op het vlak van arbeid.

Minister Deconinck toont zich het hele debat lang opvallend gepikeerd: ‘Ik word hier echt met m’n rug tegen de muur gezet.’, reageert ze verontwaardigd. Ze wijst op de individuele verantwoordelijkheid van elke burger en op het feit dat het nu eenmaal moeilijke tijden zijn. Verworven rechten behouden kost erg veel moeite en geld. De minister hekelt de ‘cupcakemama’s’, ‘thuisblijvende vrouwen van goed verdienende partners die thuisblijven als statussymbool…tot ze op hun veertigste aan de kant worden gezet en ingeruild voor een andere vrouw.’ Deeltijds werken houdt volgens haar dan weer het reële gevaar in dat je op een gegeven moment niets hebt om op terug te vallen. Vrouwen moeten onderhandelen met hun partner over een betere en evenwichtige verdeling van de zorgtaken. Met wie alleenstaande moeders moeten onderhandelen, dat blijft onduidelijk.

Deconinck vraagt zich duidelijk geïrriteerd af of werkelijk alles de schuld is van de overheid. Ze herhaalt dat we het hier prima hebben, dat we genieten van een uitstekend sociaal stelsel, dat de toestand elders in Europa schrijnend is. Het probleem van Europa is dat Europa een economische unie is. Er is nauwelijks geïnvesteerd in een sociaal Europa. Een andere wereld is de verantwoordelijkheid van iedereen. Ze pleit voor meer diversiteit, op alle gebied. De toekomst ligt bij kleine kmo’s, coöperatieven, blauwe economie, cradle to cradle-initiatieven. Onze economie is vergrijsd en verttrekt vanuit een conservatieve, negatieve en weinig creatieve visie.

Als uitsmijter een opmerkelijke quote van een vrouwelijke minister van een progressieve partij op een vrouwendag: ‘Alles wat ik doe is bljkbaar gevaarlijk en ik ben niet diplomatisch, maar het schijnt dat dat typisch vrouwelijk is.’

Jammer dat er niet beter werd geluisterd naar de verzuchtingen van het middenveld. Jammer ook dat de minister zo in het verweer ging. Het debat had een constructiever niveau kunnen bereiken met een minder defensieve toon en een opbouwende en verbindende houding.

take down
the paywall
steun ons nu!