Vlaamse regering moet nu haar verantwoordelijkheid opnemen en ruimte gunnen voor een nieuw dubbelbesluit i.v.m. het BAM-tracé, gelet op
– de vraag hierover van de partij Groen (‘breekpunt’) en
– de vraag van de Stadslijst om Groen mee te blijven betrekken bij de coalitiegesprekken
Drie dagen na de verkiezingen vertelde Groen tijdens een eerste overleg met N-VA wat de partij verstond onder haar ‘breekpunt’ over het BAM-tracé. Vandaag legt een Groen bestuurslid in Gazet van Antwerpen uit dat de partij daarbij het voorbeeld van het dubbelbesluit over de Lange Wapper volgde: ‘Daarin stond dat er werd gekozen voor de brug, maar als een tunnel betaalbaar en technisch mogelijk is, krijgt die optie de voorkeur. We vragen alleen nieuwe onderhandelingen tussen de stad en de Vlaamse regering.’
Letterlijk zou in de toen bezorgde onderhandelingsnota van Groen het volgende staan: ‘Als uit het Milieu Effectenrapport blijkt dat het Meccanotracé aan de milieuvoorwaarden voldoet en als de aanleg niet significant duurder is, wordt de voorkeur gegeven aan de aanleg van het Meccanotracé.’ De partij vroeg dus niet om mordicus het BAM-tracé te schrappen, wel om vanuit Antwerpen binnen de Vlaamse regering een meer welwillende houding te bedingen tegenover het Meccanotracé. Die regering kan daarbij het BAM-tracé als uitgangspunt blijven hanteren, maar wanneer uit het MER-rapport zou blijken dat het Meccanotracé minstens gelijkwaardig scoort, krijgt dat tracé de voorkeur. Gelet op de harde campagne van Groen rond haar breekpunt over het BAM-tracé kan dit geen onredelijk voorstel worden genoemd bij de opstart van onderhandelingen.
Twee weken later, halfweg de novembervakantie, bezorgde Bart de Wever aan Groen en de andere partijen een bladzijde uit een formateursnota-in-voorbereiding. Op die bladzijde stond dat het op 28 september 2010 gesloten compromis tussen de Vlaamse regering en de stad Antwerpen – met keuze voor het BAM-tracé – het uitgangspunt bleef voor de mobiliteitsoplossing in en rond Antwerpen. Over een mogelijk perspectief op nieuwe gesprekken met de Vlaamse regering werd niet gerept. De vroegtijdige bezorging van die ene bladzijde had niet als doel om te achterhalen wat Groen ervan vond, want het standpunt van die partij was al duidelijk. Wellicht was het een tactische zet van Bart de Wever om de Stadslijst kleur te doen bekennen. Vandaag beschrijft Liesbeth Homans (N-VA) in Gazet van Antwerpen de onduidelijkheid terzake binnen de Stadslijst: ‘CD&V wil niet raken aan het Vlaamse akkoord over het Masterplan 2020. Sp.a wil Groen mee aan de onderhandelingstafel, terwijl deze partij tegen het akkoord is.’
De Wever had de diverse partijen gevraagd om tegen vrijdag 2 november te reageren. Wat de partijen hebben geantwoord blijft voorlopig onbekend. Enkel Groen maakte haar standpunt publiek, nadat de inhoud van die ene verspreide bladzijde was gelekt in de media. In een persbericht klonk het op zaterdag 3 november aldus: ‘Bart De Wever blijft kiezen voor het BAM-tracé. Hiermee wil de toekomstige burgemeester alle doorgaand verkeer verder dwars door onze stad blijven sturen en kiest hij voor de aanleg van een paperclip van 19 baanvakken in Deurne.’ Voor de groenen was de bladzijde daarom onverteerbaar, legden ze uit op radio en televisie.
Desalniettemin ontving Groen in de nacht van zaterdag 3 op zondag 4 november toch de volledige formateursnota van Bart de Wever, met vraag om een inhoudelijke reactie. Op dat moment bleek Groen dus nog niet buitenspel geplaatst: voor N-VA was de partij formeel nog steeds een mogelijke deelnemer aan de coalitiegesprekken.
Op zondag 4 november wees stRaten-generaal in een persbericht op de dreigende impasse (zie bijlage). We schreven dat Bart de Wever niet zozeer Groen dan wel zichzelf en misschien de stad voor het blok zou zetten door geen tegemoetkoming te doen aan de groenen. We legden uit waarom en op welke manier dergelijke tegemoetkoming minder hoog gegrepen was dan doorgaans wordt gedacht. We schreven dat formateur De Wever ruimte zat had om gesprekken aan te knopen met de regering over de toekomstige omgang met het MER-rapport, zonder daarbij nu reeds het BAM-tracé te moeten afvoeren.
Op maandag 5 november verklaarde minister-president Kris Peeters in het radioprogramma De Ochtend niet af te zullen wijken van het BAM-tracé, omdat daarover duidelijke afspraken waren gemaakt. Nieuwe gesprekken waren volgens hem niet mogelijk. Daarmee sloeg hij de deur dicht voor formateur De Wever, die ’s anderendaags noodgedwongen communiceerde dat Groen niet langer kon worden uitgenodigd voor coalitiegesprekken.
Stel dat Kris Peeters een opening had gecreëerd op maandagochtend, dan zouden nu coalitiegesprekken kunnen worden gevoerd in Antwerpen. Gazet van Antwerpenschrijft vandaag dat Bart de Wever vindt dat sp.a en CD&V naar een compromis moeten zoeken over de vraag van Groen, als de Stadslijst Groen mee wil in de coalitie. De Stadslijst kaatst echter de bal terug: ‘Het is De Wever die een coalitie moet vormen, niet wij,’ luidt het.
Dat laatste is te gemakkelijk. Zonder medewerking van beide partijen op regeringsniveau kan niet worden ingegaan op de vraag van Groen. Hier ligt dus minstens een gedeelde verantwoordelijkheid: erken dat de sleutel voor Antwerpen in Brussel ligt, en handel ernaar.
Welke Vlaamse regeringspartij durft het initiatief te nemen om de Antwerpse coalitiegesprekken te deblokkeren? En kan minister-president Kris Peeters voldoende souplesse tonen om af te stappen van de eigen voorkeur voor het BAM-tracé?
Wie zegt het MER-rapport te willen afwachten, hoeft toch niet bang te zijn voor de redelijke vraag van Groen? Niet ingaan op die vraag heeft niets van doen met het respecteren van gemaakte afspraken, wel met het, welja, mordicus vasthouden aan het BAM-tracé. Een dergelijke houding belooft alvast weinig goeds voor het moment waarop de resultaten van het MER-rapport zullen worden vrijgegeven, ergens vlak voor de zomer van volgend jaar.
Manu Claeys en Peter Verhaeghe,
voor stRaten-generaal