Professor Gilbert Eggermont kwam er onlangs achter dat het FANC (Federaal Agentschap voor de Nucleaire Controle) in alle stilte een rapport voor de federale regering voorbereidt waarin de levensduurverlenging van de oudste Belgische centrales wordt onderzocht en een mogelijke veiligheidsupgrade wordt gesuggereerd om de kerncentrales langer open te houden dan de wet op de kernuitstap voorschrijft.
“De in de wet voorziene optie, de ontmanteling, wordt nauwelijks voorbereid.”
Volgens de wet van 31 januari 2003 dooft de productie van kernenergie in België gefaseerd uit, met de sluiting van Doel 1 (op 15 februari 2015), Tihange 1 (1 oktober 2015), Doel 2 (1 december 2015) en zo voort. Doel 1, Doel 2 en Tihange 1 zullen dan veertig jaar in gebruik zijn geweest. Op 1 september 2025 zou de laatste kerncentrale van het land (Tihange 3) het licht uitdoen.
“Ik vind het een probleem wanneer een overheidsinstelling als het FANC de wet niet volgt,” zegt prof. Eggermont. “Het debat over de sluiting van de kerncentrales wordt in België zeer eenzijdig ingevuld. Het FANC stuurt de regering in de richting van een upgrade van de kerncentrales, met een scenario dat uitgaat van 1 miljard euro aan veiligheidsinvesteringen. Ondertussen wordt de in de wet voorziene optie, de ontmanteling, nauwelijks voorbereid.”
Kernenergie na Fukushima
Door de onzekerheid en het getreuzel over de kernuitstap, mede in de hand gewerkt door energiereus Electrabel, dreigt België willens nillens afhankelijk te blijven van kernenergie, iets waar Eggermont het erg moeilijk mee heeft. Professor Eggermont is sinds Fukushima anders gaan denken over kernenergie, legt hij uit. “Wat gebeurd is in Fukushima, was er voor mij te veel aan. Ik voel een radicalisering in mijn standpunt. Als expert en humanist kan ik niet voor of tegen een technologie zijn, vind ik, maar ik wil wel de krijtlijnen bewaken. Ik vraag me met name af of het FANC wel onafhankelijk genoeg is van de exploitant.”
Karina De Beule, woordvoerster van het FANC, relativeert: “In 2010 bezorgden we een strategische nota aan de regering die erop aandrong om dringend een beslissing te nemen over de kernuitstap. Zowel bij levensduurverlenging als bij beëindiging is er kennis nodig. Het FANC neemt de beslissing niet zelf. Wij willen op een correcte manier de dossiers opvolgen en de nodige tijd geven om dat op een goede manier te doen.”
Professor Eggermonts vertrouwen in de zelfregulering van de nucleaire sector heeft sinds Fukushima een paar deuken opgelopen. “We hebben te weinig Europa in de kernenergie, net zoals in de financiële sector. We laten de controle grotendeels over aan de exploitanten zelf. Ik ben geen voorstander van dat soort self-assesment.” De nucleaire wereld is volgens professor Eggermont een schoolvoorbeeld van ‘expertcultuur en eilandcultuur.’ “De sociale psychologie leert ons dat een groep experts die de spiegel krijgt voorgehouden wanneer een ramp van de omvang van Fukushima zich voordoet, de neiging heeft om de rangen te sluiten en verdedigend te denken. Ook nu neemt de kritische zin af onder nucleaire experts.”
Voor alle duidelijkheid: prof. Eggermont is niet radicaal tegen kernenergie, maar hij heeft fundamentele bedenkingen bij de oudste Belgische centrales, hun ligging en het overwicht van het nucleaire in de Belgische stroomproductie. “Kleinschalige reactoren met 80 procent efficiëntie zijn bijvoorbeeld wel een optie,” zegt hij. “Maar nu hebben we des Guten zu viel, en daardoor zijn we heel kwetsbaar geworden.”
De relativiteit van de stresstests
Volgens professor Eggermont geven de stresstests van de kerncentrales die in Europa zijn uitgevoerd na de ramp in Fukushima een vals gevoel van veiligheid. “Het idee van de stresstest voor kerncentrales is gebaseerd op de Europese stresstests voor de bankwereld. We weten allemaal hoe het is afgelopen met een van onze banken met de hoogste rating. (lacht)
“We weten allemaal hoe het is afgelopen met een van onze banken met de hoogste rating.” (lacht)
De scope van de nucleaire stresstests was zeer beperkt: ze gingen de robuustheid van de veiligheid na, die in ons land al heel groot is. Maar dat volstaat niet. We moeten weten wat er gebeurt wanneer het misloopt met een kerncentrale en het is al drie keer misgelopen in de wereld. We weten niet wat een terroristische aanslag in een kerncentrale zou kunnen aanrichten. Ik begrijp trouwens dat men daar voorzichtig mee is: we willen geen terroristen op ideeën brengen.”
“Risk assesment heeft een groot gebrek aan verbeelding.”
De drie grote nucleaire ongelukken uit de geschiedenis van de laatste 35 jaar bewijzen voor professor Eggermont één ding: “Risk assesment heeft een groot gebrek aan verbeelding. In Harrisburg (centrale van Three Mile Island, red.) bleek dat menselijke fouten niet ingecalculeerd waren. In Tsjernobyl schortte het aan de organisatiefactor. In Fukushima had men de factor natuur over het hoofd gezien.”
Ook in eigen land werkt de risico-analyse met oogkleppen, vervolgt Eggermont. “We hebben voor Doel nooit een rampscenario durven opstellen waarin de wind richting Antwerpen waaide. Bij het risico op kernsmelting kijken we alleen naar contaminatie in de lucht, niet naar de effecten op de ondergrondse waterlagen. In Antwerpen zou je in geval van kernsmelting stoomexplosies krijgen, maar ook dat is nooit meegenomen in het risk assesment.”
De conclusie van prof. Gilbert Eggermont is duidelijk: “We moeten de oudste reactoren, Doel 1 en Doel 2, onmiddellijk sluiten vanwege hun ligging vlak bij Antwerpen. Zelfs met een tiende van de omvang van de ramp van Fukushima, zien we ons geconfronteerd met een niet-evacueerbare grootstad en het lamleggen van een vitale verkeersknoop in een economische pool als Antwerpen. Vanuit het voorzorgsprincipe is dat niet aanvaardbaar.”
Professor dr. Gilbert Eggermont (VUB) is een expert in nucleaire veiligheid en oud-directielid van het SCK