Nieuws, Cultuur, Lokaal, Boek, Recensie, Didi De Paris, Engagement, Boekrecensie, BOKS, Dichtkunst, Verzoenen -

‘Boks’ van Didi de Paris: de linkse uppercut van de performer-poëet

'Het leven had zoveel mooier kunnen zijn als ik altijd thuis had kunnen blijven om poëzie te schrijven', lezen we in 'Boks', de dichtbundel van enfant terrible Didi de Paris (°1957). Maar telkens weer moest de schrijver, performer en dichter, zijn huis en Leuven uit om te 'vechten tegen de slechten'.

dinsdag 10 april 2012 11:18
Spread the love

Zijn engagement en dichtkunst wel te verzoenen? Zuigt woede elke poëzie uit literaire teksten? Maar vooral: hoe sterk en hoe subversief is het dichtwerk van dit gedreven podiumbeest?

Ik mag ze wel, de dichters die onder het motto ‘ik ben een bijl’, kritisch willen inhakken op mens en maatschappij. Niet dat hun overduidelijk geëngageerde poëzie ook altijd ‘gevaarlijk’ is, doch vaak is hun betrokkenheid lovenswaardig maar zijn de gedichten waarmee ze ten strijde trekken eerder braaf dan ontluisterend, eerder nadrukkelijk dan subversief. Of hoe de weg naar vervelende drammerigheid geplaveid kan zijn met goede bedoelingen; getuige Joke van Leeuwen.

Maar af en toe duiken er dichters op die lijken te beseffen dat engagement in de vorm zit, ook al zorgt verontwaardiging voor een sporadische uitschuiver. Hier komt Didi de Paris in beeld. Didi is geen geniaal dichter maar een prettig gestoorde rebel die krachtig om zich heen schopt, gedreven door het ritme van de taal, om even later te pronken met zijn politieke correctheid. Hij verzacht constant radicaliteit met een will to please, een van de performer geërfd verlangen om te entertainen.

Jekyll and Hyde

Als geëngageerd kunstenaar houdt Didi de Paris van Paul van Ostaijens ‘Bezette Stad’ én van de Occupy-beweging. Hij bekampt  de ‘Lange Wapperbrug’ met gedichten en toont begrip voor het gebruik van geweld; hij wil het socialisme propageren en de poëzie naar ongewone plaatsen brengen. Zijn dichtbundel ‘Boks’ is een drieluik waarin België gepresenteerd wordt als een boksring of strijdgebied en braakland (‘Zeer’), lyrische performances over de lezer rollen (‘Vrijgevochten’) en een boksende dichter als inspiratiebron fungeert (‘Naar Cravan’): wervelend en complex maar ook ongelijk en soms mislukt, op papier en op dvd (met een 20-tal experimentele filmpjes).

Didi de Paris is Jekyll and Hyde. Enerzijds is hij het prototype van de saaie, vervelende, geëngageerde dichter, maar altijd gewapend met woede en rechtvaardigheidsgevoel aan de juiste kant van de strijd. Lappersfort, Hoppebos, Kleine Broghel en Semira Adamu zijn de strijdnamen die vallen. Maar anderzijds probeert de dichter zijn publiek te amuseren: vrolijk Erik, Jan Harmens ‘entertainment is geen kunstdiscipline’, negerend. In zijn manifest voor een geëngageerde dichtkunst stelt de Nederlandse dichter en criticus: dichters die eigenlijk willen entertainen, moeten een ander vak kiezen; ze zouden komediant moeten worden en de mensen moeten gaan vermaken, in plaats van gedichten schrijven. Maar dat de wereld een spiegel voorhouden, ook leuk kan zijn, bewijst Didi in zijn meer bevlogen werk.

De twee gezichten van de door ‘dadaïsme en punk’ beïnvloede ritmische dichter houden verband met de spanning tussen het puur esthetische en de maatschappelijke betrokkenheid die, volgens Adorno, niet enkel onoplosbaar is, maar ook de motor van elk kunstwerk vormt. De niet-vrijblijvende poëzie van Didi de Paris draait eerst en vooral om de vorm. Vandaar zien we de technische trucjes zoals beeldspraak, klank en rijm maar ook archaïsch taalgebruik en een heel eigen spelling; soms werkt het, soms niet.

Uppercut

Dat vinden we meer in ‘Boks’ dan in de vroegere romans en verhalenbundels, zoals ‘Maladie d’Amour’, ‘Hors d’Oeuvre’ en ‘Voyeur’. Het eerste deel zet meteen de toon met een speelse ode aan de mysterieuze dichter-bokser Arthur Cravan en een gekunsteld portret van studentenstad Leuven (later moet Gent er aan geloven). Eindeloze opsommingen vormen de achilleshiel van De Paris: soms zorgen ze voor een roes, op andere momenten voor verveling. Hier is de performer aan het werk die wat te nadrukkelijk ritme gebruikt om samentrekkingen te doen werken.

In het tweede deel verzoent de dichter poëzie met historische feiten in gedichten die beeld- en woordspelletjes zijn. Dat leidt tot humor (‘voorzichtigheid is geboden als een bokser u een rondje aanbiedt’), poëtische metaforen (‘meer ring-inzicht dan een huwelijk vergt een boksmatch’) en nazinderende zinssneden (‘oorlog is als literatuur: de belangstelling ervoor is niet groot’). In het hallucinante ‘Ode aan de oorlog’ en het even briljante ‘Nostradamus’, schakelt De Paris ook de typografie in om het beoogde schokeffect te bereiken, terwijl hij in ‘De val van Antwerpen’ verrast door een ‘out of context‘ Buffalo Bill, naadloos te integreren. De Paris zoekt de uppercut, maar zijn humor belet dat de dichter een predikant wordt.

Deel drie is een biografie in gedichten met een gekke, agressieve en opgewonden toon: boksen is gezonder dan schrijven; elke mep is een uitlaatklep en geeft stukken minder kans op letsels. De toon is die van de man en mysterie, Arthur Cravan, wiens einde pakkend verwoord wordt door De Paris: ‘zo kan het verhaal voor eeuwig en drie dagen alle kanten uit’. Dit slotakkoord is tegelijk ook een eindpunt voor de auteur, die de geëngageerde geloofsbelijdenis achter zich gelaten heeft door zelfspot te injecteren in verontwaardiging. Pas wanneer Didi de Paris het lef heeft om niet met zijn engagement te pronken, is ‘Boks’ ècht subversief en great fun; maar dan ook very great fun!

‘Boks’ is verkrijgbaar in onze shop.

Bekijk het filmpje ‘Ode aan de oorlog

Ivo De Kock

take down
the paywall
steun ons nu!