Grote poëtische gevoeligheid op sublieme wijze verwoord

Grote poëtische gevoeligheid op sublieme wijze verwoord

donderdag 5 april 2012 16:13
Spread the love

Katelijn Vijncke (°1959) schrijft vanaf haar veertiende poëzie. ‘Mij naar buiten geschreven’ is haar negende bundel.
Poëzie is haar leven. Katelijn schrijft niet op papier; ze schrijft haar gedichten met heel veel geduld via een speciaal aangepaste computer.

Ze is fysiek gehandicapt. Zij kan zich moeilijk mondeling uitdrukken, maar in haar gedichten kan zij heel veel dingen kwijt. Haar poëzie verwoordt in de eerste plaats gevoelens. Zij creëert diepgang. Er is meer dan wat er staat.
Al schrijvend kan zij uitdrukken wat zij niet over de lippen krijgt. Schrijven geeft haar zelfvertrouwen. Door haar motorische handicap heeft zij een specifieke kijk op de wereld. Haar beperkingen hebben ongetwijfeld haar poëzie beïnvloed. Dit is een meerwaarde.

‘Mij naar buiten geschreven’ omvat acht luikjes: vrijheid, mijn liefde, hemel, pijn en angst, schrijven in alle vormen, natuur, relatie en vrouw zijn.

Vrijheid krijgt in haar poëzie een aparte inhoud: zij is in hart en ziel vrij, begaafd met een vrije geest. Vrijheid bij haar is anders zijn, anders doen. Vrijheid is ook voelen wat haar heeft vrijgemaakt: haar zelfvertrouwen, haar verbetenheid. In haar beperkte vrijheid creëert zij kosmische ruimte waardoor zij zich vrijer voelt dan wie zich verengt en verkrimpt. Zij bevrijdt zich van angsten; zij laat niet toe dat haar gedachten worden vastgepind, gepleisterd. Je merkt ook hoe graag zij vrijheid afstaat om niet te verstikken.
Haar hoofd is vrij en in deze lichtheid ziet zij toe hoe een rode paradijsvogel in stijl komt aangestoven en plannen smeedt. De dichter knapt op wat was gebroken. En hoe doet zij het? Met uitgehouwen letters.
De wijze waarop zij de geliefde beschrijft, is bijna geniaal: zij geeft ons het gevoel dat zij zichzelf opsplitst in geliefde en beminde.

jij smelt mijn handen
ik lijm je hoofd samen

in een oogopslag
wagen we elkaar
lossen we op

elegant en bevallig
in kippenvellen
extase

tot ons doeleind.
(p. 14)

Ook haar observatie getuigt van intens kijken, bevlogen zien, innerlijk waarnemen wanneer zij dicht op het raamkozijn: ‘in boekband’, ‘slaapt een berg stil’, ‘zijn wit-hete kiezelstenen’, ‘vlijen’, ‘zich tussen de deurspleten’.

Enkele gedichten in het 2de luik, ‘mijn liefde’, zijn van de puurst verwoorde en bewogen liefdesverzen die ik ken. Katelijn Vijncke beleeft de wereld, het leven en ook de liefde op een eigen wijze. Liefde betekent diepe genegenheid voor, welgezindheid tot en toewijding voor een ander. De actoren van haar liefde overstijgen het menselijke; ze zijn kosmosgevoelig. De betekenissen die zij er aan geeft, zijn enerzijds lichamelijk en anderzijds zielsgroot geïnspireerd, ontvroomd, ontvleesd, vergeestelijkt. Dit eilandje van poëzie over de liefde is een halte in eenvoud, daar er niet de tijd is om een oogstrelende gedichten-site te maken.

baardhaartjes zijn welkom
nevelparels in je gezicht
spreken het landschap uit
dat tintelende sterren
over mij uitstrijkt.
(p. 21)

steeds met open armen
het onvermengde optillen
en het kroelen.
(p. 24)

De twee gedichten uit ‘hemel’ verwoorden haar angst om afscheid te nemen van wat voor haar geluk is geweest en ook onuitwisbaar verdriet.

verdriet onuitwisbaar
evenals je gulle lach

die ik bedenk
op je doodsprent
te vroeg gedrukt.
(p. 28)

De dichteres bestrijdt met innerlijke kracht ‘pijn en angst’ in het volgende luik. Zij bevecht ‘het ellendig spook’: zij kijkt niet achterom, verheven knuffels raken haar. Hoe mooi is het beeld van de wijze uil die met zijn blik ‘op de schouders tikt’, mij met ijver en hoop ‘in een potje yoghurt legt’ waarin ik kan drenken.

Katelijn Vijncke schrijft ‘in alle vormen’. Zij schrijft het zelf: ze is er zich goed van bewust hoe haar beperktheid haar eigen mogelijkheden biedt. Deze vormen gebruikt zij ook om haar gramschap te ventileren en haar eigen gedacht te zeggen. Het gedicht ‘oestergamma’ is mij niet vreemd: zij schreef het na de voorstelling van het 2de jaarboek van ‘De 50 Meester-dichters’, waar zij terecht bij hoort.

Welke waren haar indrukken? Zij ontmoette een ‘door de onbevaarbare’, ‘verwaande poëtische dame’, ‘mijn woorden keren’ haar ijzig de rug toe. Maar toch is het feest geslaagd: het uitgelezen gezelschap ‘deint voldaan uit’, ‘in de hotelschool’, tot hoge waardering.

Zij schrijft ‘in alle vormen’: als meester-dichter in blauwe inkt op een vlonder, met een pen die uitloopt door beweging van de golven die de zee schrijft om te vergeten.

Ook de natuur is een onderwerp met een aantal prachtige beelden, zoals ‘knoppen springen uit hun vlies’ of ‘voedzaam als bezielde appelen’ of ‘de bries die tot zweven tilt’. ‘Een klare kinderwens doet bomen blozen door vensters’; Pissaro heeft ze allen in bed gestopt.

Het spreekt vanzelf dat de menselijke problematiek van liefde, natuur en relatie haar, zoals elke dichter, beroeren. Zij kiest bovendien een apart luik “relatie”. Op een ongedwongen wijze, met alweer mij naar buiten geschreven, schrijft zij over een vingerkoek, knapperig, met een toefje slagroom, liefde likt haar weg.

Ook contrasten, net zoals in het leven, in poëzie vervat, doen Katelijn mijmeren: gedichten met een warme gloed of gedichten waar het verdriet zich onderliggend verschuilt, fantasie of dromen, wat is en niet is, verleden, heden en toekomst.
De dichteres creëert een eilandje tussen de grote dichterlijke eilanden waar zij kan aanmeren tijdens haar reis over de golven op zoek naar dat wat zij zelf graag invult.

Wat is schrijven voor Katelijn Vijncke? Schrijven is als een wolk/waaraan de zon hangt. Zij schrijft haar eigen wolk.

De prachtige bundel (de beste tot op heden) eindigt met enkele schitterende gedichten over “vrouw zijn”. Vrouw zijn in zoveel verscheidenheid maakt haar rijk en vlammend.

als het winter wordt is je haar wit.
je schildert woorden in de sneeuw
te dicht bijeen zodat ze vervagen.
je maakt hen spiegelglad en afgerond

het licht klaart je steeds met pit
ik zie telkens een jonge geeuw
die de tijd heeft opgedeeld in lagen
zodat hij rustig blijft liggen, terstond.
(p. 62)

Het nawoord van Catherine Claeys getuigt van inleving. Zij doet er mij aan herinneren dat Katelijn ook tekeningen maakt. Uit zoveel dingen, verrassende dingen, leid je af hoe veelzijdig zij is.

Thierry Deleu

Katelijn Vijncke, mij naar buiten geschreven, www.writehistory.be, ISBN 9789460790607, 2012

take down
the paywall
steun ons nu!