Het gaat om 82 incidenten voor een totaal verlies van 49,2 miljoen euro, waarvan 30 miljoen rechtstreeks van Europese hulp afkomstig is. Het Britse Europarlementslid Chris Davies vroeg ernaar bij de Europese Commissie, en publiceerde de lijst prompt op zijn website.
De meeste schade werd aangericht tijdens de Tweede Intifada (2000-2005) en de Israëlische aanval op de Gazastrook in de winter van 2008-2009. Bij de vernieling van de internationale luchthaven in Gaza in 2001 bijvoorbeeld, zagen Spanje, Zweden en Duitsland de 9,5 miljoen euro die ze hadden bijgedragen verloren gaan.
Bouwvergunning
Los van de Europese projecten worden huizen en scholen in Gebied C op de Westelijke Jordaanoever op regelmatige basis afgebroken. Dit gebied valt volledig onder Israëlische controle. Er wonen 150.000 Palestijnen en 300.000 joodse kolonisten.
Het Israëlische leger en de autoriteiten behouden zich het recht voor om elk gebouw zonder vergunning neer te halen. Zowel internationale als Israëlische en Palestijnse mensenrechtenorganisaties benadrukken dat het nagenoeg onmogelijk is om een bouwvergunning te krijgen. Zo werden in 2011 alleen al 746 Palestijnse bouwwerken en 46 regenwatercollectoren vernield door Israëlische soldaten.
Activisten noemen het cruciaal om Palestijnen in Gebied C te helpen op hun land te blijven. Solidariteitsproject voor de Jordaanvallei is zo’n organisatie die helpt de nodige infrastructuur op te bouwen, ondanks de voortdurende dreiging van vernieling.
Zonnepanelen
Uit de lijst van de Europese Commissie blijkt dat EU-lidstaten geen projecten financieren in Gebied C, hoewel de nood daar het hoogst is. De Universiteit van Birzeit kwam vorig jaar tot dezelfde conclusie in een studie over de doeltreffendheid van ontwikkelingshulp: de meeste internationale hulpagentschappen kiezen ervoor om niets te bouwen zonder vergunning omdat ze anders de politieke confrontatie over de bezetting aangaan.
Er zijn uitzonderingen. De Spaanse en Duitse regeringen hebben geld gegeven voor zonnepanelen van dorpen in Gebied C. Maar tot ieders verbazing werd dit jaar het bevel gegeven om beide projecten af te breken.
Peter Lundbergh van het Zweedse Agentschap voor Internationale Ontwikkelingssamenwerking is kritisch over de hulp aan de Palestijnse gebieden: “Ontwikkeling zou de Palestijnen moeten helpen om op hun land te blijven. Al te veel Palestijnen hebben Gebied C verlaten.”
