In het bijzonder in de alternatieve geneeskunde worden er soms wanhopige mensen uitgebuit door zelfverklaarde wonderdoeners die hen verleiden met sterke verhaaltjes en verdachte therapieën, vaak tegen exorbitante bedragen. Een sceptische, wetenschappelijke blik kan ervoor zorgen dat de mensen die hiervoor vatbaar zijn beschermd worden tegen zichzelf.
We zouden hen bijvoorbeeld kunnen waarschuwen dat er geen bewijzen zijn dat een dergelijke therapie zou kunnen werken, of we kunnen zeggen dat een bepaald verhaal wel heel erg in tegenspraak is met het beeld dat de wetenschappen ons voorschotelen. Wetenschap is dan een middel om mensen te beschermen tegen andere mensen die misbruik willen maken van hun goedgelovigheid, of, om het in ‘SKEPP-termen’ te zeggen, van hun vatbaarheid voor irrationaliteit. Een mooi project.
Maar ergens in de toepassing van dat ideaal is er iets fout gelopen. Wie de laatste jaren gevolgd heeft wat een aantal SKEPP-leden in de media gezegd heeft, zal gemerkt hebben dat de focus grotendeels verschoven is van een strijd tegen misbruik van irrationaliteit naar een strijd tegen irrationaliteit op zich. Het is niet meer nodig dat mensen met zogeheten irrationele overtuigingen andere mensen uitbuiten om in actie te schieten.
Nee, het lijkt al problematisch te zijn wanneer sommige mensen überhaupt zogezegd irrationele overtuigingen hebben. Waarheid en wetenschap zijn dan niet meer middelen om mensen te helpen, maar worden doelen op zich. Het gaat niet meer om het bestrijden van mensen die misbruik maken van irrationaliteit, maar om het bestrijden van irrationaliteit zelf. Zo noemt SKEPP’er Luc Bonneux in een reactie op een artikel van Johan Sanctorum op DeRedactie.be zijn collega SKEPP’ers uit de Gentse vakgroep wijsbegeerte en moraalwetenschappen “strijders voor de waarheid”.
De formulering is belangrijk: ze strijden niet voor de slachtoffers, maar voor de waarheid zelf. Alsof de waarheid op zichzelf een goed doel is, dat bovendien nog eens bedreigd wordt ook. Denk bijvoorbeeld aan de vele teksten en standpunten van SKEPP’ers tegen creationisme. Zijn er in België mensen die grof geld verdienen met creationisme? Of mensen die andere mensen uitbuiten op basis van creationisme? Bij mijn weten niet.
Toch is volgens SKEPP het creationisme een sluipend gevaar dat moet bestreden worden. Waarom? Wel, omdat het irrationeel is, en dat is blijkbaar op zich al heel erg. Je mag nog niemand kwaad doen met je irrationele creationistische overtuigingen, het simpele feit dat je ze hebt is blijkbaar al een groot probleem. Hetzelfde geldt voor astrologie. Worden er fortuinen aan winst gemaakt door de opstellers van horoscopen in de Metro of de Flair? Neen. Zijn er mensen die zo verslaafd zijn aan hun horoscoop dat ze hun hebben en houden verliezen? Natuurlijk niet.
Toch is volgens veel SKEPP’ers astrologie iets dat om een of andere reden bestreden moet worden (zie bijvoorbeeld Etienne Vermeersch op DeWereldMorgen.be op 6/01/12, of op de website van SKEPP), alsof het een grote bedreiging voor onze maatschappij is.
Dit alles begint verdacht veel op de mythe van de vijfde colonne te lijken: de vijand is onder ons, weinig mensen merken er iets van en niemand heeft er eigenlijk last of problemen mee, maar als de moedige verdedigers van onze maatschappij (de radicale SKEPP’ers dus) er niet zouden zijn, zal er aan sneltreinvaart van alles mislopen. Zoals elke mythe van de vijfde colonne dient deze niet zozeer om de maatschappij te beschermen, maar vooral om het ego van haar zelfverklaarde verdedigers te strelen.
Parallel hiermee is er ook nog iets anders scheef gelopen. Wanneer SKEPP zich beroept op wetenschap zou je verwachten dat ze alle wetenschappen op een gelijkwaardige manier benaderen en bij ieder probleem zorgvuldig de relevante tak van wetenschap uitpluizen, vanuit een perspectief dat intern is aan die wetenschap zelf. Maar neen, een groot aantal SKEPP’ers propageert op dit moment een revisionistische visie op wetenschap. Ze pretenderen dat zij beter dan wetenschappers zelf weten wat goede en slechte wetenschap is, wat rationeel en irrationeel is. En ze doen dit op basis van een wereldbeeld, een ideologie, een op zichzelf onbewijsbare vooronderstelling over hoe de wereld in elkaar zit.
Dat wereldbeeld is reductionistisch en sciëntistisch: alle complexe fenomenen, menselijke relaties, ideeën, sociale structuren, kunnen ultiem gereduceerd worden tot uniforme deeltjes; individuen, adaptaties, cellen, neuronen, synapsen, moleculen, atomen,… Verder zijn ze ervan overtuigd dat zowat alle fenomenen volledig begrepen, verklaard en bewezen kunnen worden door natuurwetenschappelijke theorieën. Dat geldt volgens hen ook voor complexe menselijke fenomenen als cultuur, moraal en religie. Normaal gezien zou je verwachten dat ze die fenomenen behandelen op basis van cultuur- en menswetenschappelijke inzichten, maar neen.
Dé wetenschap bij uitstek, die volgens veel SKEPP’ers zowat alles verklaart, ook culturele fenomenen, is het ‘Darwinisme’. De mens- en cultuurwetenschappen zijn immers vaak nogal speculatief en geven dikwijls toe niet alles te kunnen verklaren. In de menswetenschappen zijn er vaak verschillende standpunten tegelijk mogelijk, en valt dé waarheid vaak niet te achterhalen. Onze SKEPP’ers moeten hier niets van weten, zij willen immers een onbetwijfelbare, harde wetenschap, waar niet aan kan getwijfeld worden. Daarom baseren ze zich exclusief op de natuurwetenschappen, die zich meer lenen tot het sciëntisme en reductionisme.
Volgens de radicale SKEPP-ers zijn enkel de natuurwetenschappen echte en serieuze wetenschappen, en dient ook de studie van het object van de menswetenschappen, de menselijke cultuur, op een natuurwetenschappelijke manier te gebeuren. Johan Braeckman, prominent SKEPP’er, noemde in dit verband menswetenschappers die het hier niet mee eens zijn “creationisten vanaf de nek” (De Standaard, 25/6/2009), en Geerdt Magiels verkondigde recent nog dat het slechts een kwestie van tijd is voor de “niet-empirisch onderbouwde” theorieën uit de menswetenschappen vervangen worden door de neurowetenschappen.
Voor veel SKEPP’ers staan de theorieën waarop een groot deel van de menswetenschappen gebaseerd is (denk aan structuralisme, postmodernisme, post-structuralisme, symbolisch interactionisme, (post-)marxisme, discoursanalyse, kritische theorie,…) op dezelfde hoogte als bijvoorbeeld creationisme. Dat ze een respectabele academische traditie hebben en veel interessante, relevante en engagerende resultaten hebben voortgebracht maakt voor hen niet uit. Het enige wat belangrijk is, is dat ze een ander wereldbeeld expliciteren, één waarin de mens een vrije wil heeft en wetenschap niet altijd voor zekerheid zorgt. Een wereldbeeld waarin waarden, politieke oriëntering en persoonlijk perspectief altijd een rol spelen en elk nieuw perspectief nooit het definitieve is. En al wie tegen het wereldbeeld van onze radicale SKEPP’ers is wordt als onwetenschappelijk bestempeld, of die nu een astroloog, creationist, psychoanalist, postkolonialist of een ‘gender theorist’ is.
Het grote probleem is uiteraard dat dit alles wishful thinking is. Biologen en andere wetenschappers proberen al meer dan een eeuw typisch menselijke fenomenen te verklaren vanuit de evolutionaire biologie. Voor de Tweede Wereldoorlog noemde men dit sociaal Darwinisme, na de Tweede Wereldoorlog werd dit sociobiologie, en sinds kort is de naam veranderd naar ‘evolutionaire psychologie’.
Net zoals een politieke partij wordt er af en toe van naam veranderd om de indruk te geven dat er iets nieuw gebeurt, maar eigenlijk verandert er niet veel. De toepassing van darwinistische modellen op de menselijke cultuur heeft nooit veel interessants opgeleverd, en de kans is klein dat ze dat ooit zal doen. Uit de neurowetenschappen is de voorbije jaren bijzonder veel interessante informatie gekomen, maar die heeft niet of nauwelijks betrekking op de problemen waar de menswetenschappen mee bezig zijn. Ik zie bijvoorbeeld niet meteen in hoe een neurologische verklaring van een sociale revolutie of een economische crisis er zou uitzien, moest zoiets überhaupt mogelijk zijn.
Het feit dat de SKEPP’ers hun eigen wereldbeeld als criterium voor rationaliteit gebruiken heeft als gevolg dat alles wat daar niet toe behoort, alles wat in hun termen niet rationeel is ook niet wetenschappelijk is en dus best van het toneel verdwijnt of toch tenminste niet teveel aandacht krijgt. Zo hield Joël De Ceulaer onlangs een pleidooi tegen de relevantie van kunst en cultuur en, uiteraard, voor meer darwinisme (De Standaard, 7 januari 2012).
Daarnaast ageert de radicale SKEPP-vleugel ook heftig tegen psychoanalyse, dat immers een ander beeld van de mens ophangt dan de reductionistische orthodoxie, een beeld waarin een mens niet zomaar reduceerbaar is tot wat er in zijn brein gebeurt of wat er in de evolutie van zijn soort gebeurd is. Psychoanalytisch geïnspireerde psychotherapie kan volgens deze SKEPP’ers niet omdat ze gebaseerd zou zijn op volgens hen onwetenschappelijke gronden (De Standaard, 13/12, De Geus september 2011).
Een aantal SKEPP’ers, onder wie de voorzitter, zijn daarbij niet te schuw om hun steun te verlenen aan een propagandafilm als ‘Le Mur’, onlangs door de rechter veroordeeld wegens verregaande manipulatie en schending van vertrouwen (De Standaard 3/12/11, 13/12/11, DeWereldMorgen.be 29/12/11) Dat onze radicale SKEPP’ers deze partisane en bedrieglijk film steunen is ook een teken dat het voor hen niet gaat om een zoektocht naar waarheid, maar wel om een ideologische strijd voor een bepaald wereldbeeld en tegen een ander. Alle middelen zijn blijkbaar goed om psychoanalyse te bestrijden, of die wetenschappelijk, retorisch of zelfs ronduit crimineel zijn.
Nu kan het zeker zo zijn dat er bepaalde psychoanalytische therapieën in landen als Frankrijk gebruikt worden die niet veel goeds doen. Het antwoord zou dan moeten zijn: bekijk voor elk land welke therapieën er gebruikt worden voor welke aandoeningen, en ga na of sommige niet overbodig of nutteloos zijn. Maar SKEPP doet het anders: omdat een beperkt aantal psychoanalytici in Frankrijk blijkbaar voor een bepaald type aandoening (autisme) een gecontesteerde therapie gebruikt, moet alle psychoanalyse ineens weg.
Niet alleen in Frankrijk, ook in België, en eigenlijk overal ter wereld. Meteen moeten ook volledige vakgroepen psychoanalyse aan de universiteiten eraan. Geerdt Magiels, in ‘Wonder en is gheen Wonder 2006’ (4), SKEPP’er Joel De Ceulaer (zo dadelijk meer over hem) maakte deze guilty association in De Standaard van 3 december en werd prompt precies daarvoor op de vingers getikt door Tom Naegels (De Standaard, 14/12/11). Dat weerhield er hem niet van om in een volgend artikel nog eens zijn grote gelijk te verkondigen (De Standaard, 17/12/11)
Een andere voorbeeld zijn Filip Buekens (zelf geen SKEPP’er, maar wel gretig door veel SKEPP’ers bewierookt omwille van zijn anti-psychoanalytische geschriften en persoonlijk bekend bij de meeste prominente SKEPP’ers) en Geerdt Magiels die onlangs kritiek hadden op de filosoof Slavoj Zizek, de huisideoloog van de indignados (De Standaard, 26 november 2011).
Kritiek is nog een vriendelijk woord, want voor ieder wie deze ‘scheldpartij’ leest, zal het onmiddellijk duidelijk worden dat Buekens en Magiels het niet zomaar oneens zijn met Zizek. Dat kan ook niet, want ze hebben hem helemaal niet proberen te begrijpen, ze schelden hem enkel de huid vol. Het gaat hier dus niet om een open en eerlijke discussie, maar om het afweren van dissidenten met alle mogelijke middelen, in dit geval retorische trucs. Nochtans, in een tijd van globale economische crisis, besparingen en protest zou men toch op zijn minst iemand die zo inspirerend is voor protest tegen de uitwassen van de financiële wereld serieus moeten nemen en op een meer inhoudelijke manier bekritiseren. En de boodschap van Buekens en Magiels is net het omgekeerde: neem hem niet serieus, luister niet naar hem, lees zijn boeken niet.
Hetzelfde patroon keert onder meer ook terug in het geval Barbara Van Dyck, lid van het activistische Field Liberation Movement (FLM), die haar steun betuigd heeft aan de poging tot vernieling van het aardappelveld in Wetteren en daarom ontslagen werd. Omdat ze een actie tegen (commercieel) wetenschappelijk onderzoek goedgekeurd heeft, is ze meteen een ‘luddiet’ (nvdr: iemand die het luddisme aanhangt, en zo tegen technologische vooruitgang is) en moet ze wel gedreven worden door irrationele overtuigingen (De Morgen, 31/5/11, De Standaard, 3/7/2011).
Het idee dat iemand om legitieme redenen tegen een bepaalde vorm van commercialiseerbaar wetenschappelijk onderzoek kan zijn, is iets dat er bij deze radicale SKEPP’ers blijkbaar niet ingaat. Ook hier gaat de boodschap verder dan het eenvoudige ongelijk van Barbara Van Dyck op dit vlak. Indirect zeggen de SKEPP’ers hier: luister niet naar Barbara Vandyck, alles wat ze zegt is a priori onzin.
Ook omgekeerd zijn er een aantal dingen die wel in het SKEPP-wereldbeeld passen en wel degelijk problematisch zijn. Met name de proces-, chemische en farmaceutische industrie gaan goed samen met het reductionistische aspect van de SKEPP-overtuiging. Ere-voorzitter Etienne Vermeersch schreef bijvoorbeeld een aantal jaren geleden een passionele verdediging van de asbestindustrie (De Standaard, 06/07/2006).
Of neem het boek ‘De Cholesteroloorlog’ van Dirk Van Duppen. In dat boek worden de farmaceutische sector en haar winstmarges op de korrel genomen. Het kreeg overal lovende recensies, onder andere in De Standaard. Toch schreef SKEPP’er Geerdt Magiels een tweede recensie in dezelfde krant (28/10/2004), waarin hij dit boek heftig bekritiseerde en voluit de kant van de farmaceutische industrie koos. Niet toevallig werkte Magiels ook als communicatie-adviseur bij een aantal farmaceutische bedrijven.
In datzelfde verband ageert SKEPP zoals gezegd heftig tegen psychoanalytische therapie, maar blijft het verdacht stil rond het toenemende en stilaan overdreven gebruik van psychofarmaca (nvdr: geneesmiddelen voor geesteszieken, anti-depressiva), waarin op basis van soms dubieuze wetenschappelijke theorieën winsten worden gedraaid die een veelvoud zijn van wat er in de psychoanalyse omgaat.
De reden is eenvoudig: puur fysiologische therapieën als het slikken van pillen zijn in overeenstemming met de radicale SKEPP doctrine dat onze hele psyche zomaar gereduceerd kan worden tot hormonen en de structuur van onze hersenen. Op de site van SKEPP wordt bijvoorbeeld enkel het gebruik van elektroshocks en anti-depressiva als bewezen therapie voor depressie vermeld (zie artikel van Patrick Vermeren: ‘Ernstige psychiater gezocht’). Zonder de vermelding dat de draagwijdte van de neveneffecten van elektroshocks (zoals aantasting van het geheugen) nog grotendeels onbekend is en dat elektroshocks meestal weinig zin hebben zonder begeleidende therapie. Zonder de vermelding ook dat het nemen van antidepressiva zonder begeleidende therapie net een heel groot risico op terugval, verslaving en andere problemen met zich meebrengt.
Het gebruik van antidepressiva is vanuit medisch oogpunt immers enkel aangewezen bij zware gevallen, en dan nog alleen wanneer dit ondersteund wordt door psychotherapie. Bovendien is vastgesteld dat het gebruik van antidepressiva bij jongeren resulteert in een toename van zelfmoordgedachten en -pogingen (zie prof. Kees Van Heeringen, in een interview door Liesbeth Van Braeckel op weliswaar.be). Maar voor SKEPP speelt dit alles blijkbaar niet zo’n grote rol, toch niet groot genoeg om het even te vermelden als ‘caveat’ (nvdr: latijn voor ‘wees op je hoede’).
In het kort: een aantal leden van SKEPP is dus in de eerste plaats bezig met het promoten van een bepaalde ideologische overtuiging die ze probeert voor te doen als dé wetenschap, of dé rationaliteit. En dit draagt zeker niet noodzakelijk bij tot het helpen van mensen of het vormen van een kritische maatschappij, integendeel zelfs. Wat het allemaal nog problematischer maakt, is dat SKEPP – op zich een kleine tot middelgrote organisatie met minder dan een duizendtal leden – een bijzonder sterk medianetwerk heeft.
Een duidelijk signaal hiervoor is dat er in het recente debat rond Zizek en psychoanalyse in de Standaard wel bijzonder veel SKEPP’ers en sympathisanten van SKEPP aan het woord kwamen. In de discussie rond psychoanalyse in de Standaard hebben er zelfs meer SKEPP’ers en aanverwanten hun zeg mogen doen dan psychoanalisten zelf. Met name Joël De Ceulaer zelf, Griet Vandermassen, Maarten Boudry en Filip Buekens, tegenover enkel Stijn Vanheule en Paul Verhaege als psychoanalisten.
Joël De Ceulaer, de betrokken journalist, is weliswaar om principiële redenen zelf geen lid, maar wel al jaren fan van SKEPP. En hij laat geen kans onbetuigd om het SKEPP-wereldbeeld in de media te verspreiden. In de periode waarin Joël De Ceulaer, als specialist filosofie nota bene, bij Knack werkte verscheen er interview na interview met evolutionaire psychologen, biologen en neurowetenschappers. Evolutionair psycholoog en menswetenschappen-basher Steven Pinker is bijvoorbeeld al vier keer mogen langskomen.
In elk van deze interviews maakte De Ceulaer van de gelegenheid gebruik om de SKEPP-ideologie (de wetenschap, waaronder het darwinisme, is en verklaart zowat alles; postmodernisten zijn charlatans of onnozelaars) te verspreiden. Verder laat hij geen gelegenheid onbetuigd om bijvoorbeeld het werk van mensen als Bricmont, tegen postmodernisme (Knack, 23/8/06), of dat van Filip Buekens, tegen de psychoanalist Jacques Lacan (Knack, 9/8/06), de hemel in te prijzen, of zogenaamde leestips te geven met toch wel heel erg veel boeken over Darwin en evolutionaire psychologie.
Naar aanleiding van de publicatie van het anti-psychoanalyse boek ‘Le livre noir du psychoanalyse’ schreef hij een lange reportage getiteld ‘Freud est Mort’, waarin de psychoanalyse van van alles en nog wat werd beschuldigd zonder ook maar een psychoanalist zelf aan het woord te laten (23/11/05). In zijn meer recente stuk tegen psychoanalyse, voert hij ook niet toevallig SKEPP’ster Griet Vandermassen op (De Standaard, 3/12/11).
Waarom? Niet omdat ze veel over psychoanalyse wist, wel omdat ze net een populair wetenschappelijk stuk van drie blazijden tégen psychoanalyse geschreven had. (In De Geus van september 2011). In zijn korte tijd in De Standaard is De Ceulaer er, naast zijn hetze tegen psychoanalyse, onder andere ook al in geslaagd een interview van verschillende pagina’s met jong SKEPP-talent Maarten Boudry te publiceren (26/11/11) en de gerechtspsychatrie verdacht te maken omdat ze niet wetenschappelijk (lees: niet neurologisch of darwinistisch) genoeg zou zijn (10/10/11).
Nog meer recent, op 10 februari 2012, maakte hij ook nog eens flink reclame voor het nieuwe boek van Sam Harris, waarin de stelling wordt verdedigd dat “de wetenschap binnenkort alle morele problemen zal opgelost hebben”.
Nog in De Standaard verschenen er recent niet één, maar twee wel heel erg lovende recensies over ‘De ongelovige Thomas heeft een punt’, een recent boek van twee SKEPP’ers, Johan Braeckman en Maarten Boudry, waarin de SKEPP-agenda wordt gepropageerd en psychoanalyse en postmodernstische filosofie door de mangel worden gehaald. Eén recensie was van Joël De Ceulaer, de andere was van SKEPP-er Geerdt Magiels.
Diezelfde Geerdt Magiels die co-auteur was van de scheldpartij op Zizek, psychoanalytisch geïnspireerd postmodernist. ‘De ongelovige Thomas heeft een punt’ is bovendien ook uitgeroepen tot boek van het jaar door de denktank Liberales, wat ook weer niet als een verassing komt voor wie weet dat Dirk Verhofstadt, grote bezieler van Liberales, in 2010 een doctoraat gehaald heeft met Johan Braeckman als promotor en ook een tweetal publicaties bij SKEPP heeft (boekbesprekingen, lovend uiteraard, van een boek over Darwin en een boek van twee Nederlandse skeptici).
Dirk Verhofstadt heeft niet toevallig recent ook een flink gepromoot boek met gesprekken met SKEPP-icoon Etienne Vermeersch uitgebracht. Verder had hij ook al op de website van Liberales zelf ‘De ongelovige Thomas heeft een punt’ de hemel ingeprezen, en verschenen er op diezelfde site al meerdere interviews met Johan Braeckman en (uiteraard) positieve recensies van Johan Braeckmans hoorcolleges over kritisch denken, zijn hoorcolleges over evolutietheorie en zijn handboek De Rivier Van Herakleitos. Daarnaast zijn er op Liberales al behoorlijk wat lovende recensies verschenen, vaak geschreven door SKEPP’ers zelf, van boeken van SKEPP’ers, (onder ander Luc Bonneux, Jan Verplaetse en Griet Vandermassen).
Ik zeg hier niet dat dit alles een bewust complot is. Allicht vermelden Dirk Verhofstadt en SKEPP’ers zoals De Ceulaer of Magiels andere SKEPP’ers uit oprechte interesse, omdat ze hun werk nu eenmaal het interessantst vinden. Logisch ook, het is net dit werk dat hun eigen wereldbeeld bevestigt. Er is ook niets mis met het uitbouwen van een medianetwerk, iedereen doet dat of probeert dat toch te doen.
De lezer verdient het echter te weten dat de overtuigingen die via dit medianetwerk uitgedragen worden door Magiels, De Ceulaer en hun collega SKEPP’ers niet meer zijn dan dat: ideologische overtuigingen. Het staat iedereen natuurlijk vrij om zijn eigen wereldbeeld te propageren. Maar het is iets anders wanneer een eigen visie voorgesteld wordt als het enige juiste, rationele en wetenschappelijke wereldbeeld, en wanneer iedereen die het hier niet mee eens is wordt verweten een creationist (zij het dan vanaf de nek) of pseudowetenschapper te zijn. Bovendien kan de argeloze lezer, door de kracht van dit medianetwerk, gaan geloven dat dit wereldbeeld de wetenschappelijke of filosofische consensus is, terwijl het enkel gaat om de overtuiging van een al bij al beperkte groep mensen.
Wetenschap kan wel degelijk gebruikt worden om mensen te helpen en te beschermen. Ik ben ervan overtuigd dat dit bij SKEPP al gebeurd is en dat het ook vandaag voor veel SKEPP’ers de eerste motivatie is om lid van SKEPP te zijn. Maar bij een aantal radicale SKEPP’ers, een deel dat veel in de media komt bovendien, is wetenschap enkel nog een slogan in dienst van een ideologie, een sciëntistisch en reductionistisch wereldbeeld.
Dit wereldbeeld moet koste wat het koste verspreid worden en al wie in de weg staat, heeft pech gehad. Deze ‘Kruistocht voor de rede’ kan uiteindelijk enkel fout aflopen, omdat ze een zo unitair mogelijk samenleving voorstaat, één waarin iedereen hetzelfde denkt, zonder alternatieven, zonder pluralisme, en zonder respect voor andersdenkenden. Het zou jammer zijn moesten de welwillende intenties die aan de basis liggen van een organisatie als SKEPP hierop uitdraaien.
Anton Froeyman
Anton Froeyman is verbonden als onderzoeker aan het Centre for Critical Philosophy van het department Filosofie en Moraal Wetenschappen van de UGent.