De vrees voor de nieuwe media heerst vooral in de krantenindustrie, waar veel uitgevers denken hun lezers te zullen verliezen aan bijvoorbeeld het internet. Een studie uit 2002 bij krantenlezers toont dat die vrees misschien niet terecht is. 72 procent van de ondervraagden geeft aan nog steeds even vaak de (papieren) krant te lezen als voordien. Slechts 22 procent leest vaker nieuws online dan in de krant en 3 procent zegt zelfs vaker de krant te lezen dan nieuwswebsites te bezoeken.
De impact van de nieuwe media op de traditionele media kan worden gemeten bij kranten en dagbladen die starten met een website waar ze nieuws aanbieden. De vraag die onderzoekers dan stellen, is of de beide producten – online en offline – complementair, substituten of onafhankelijk van elkaar zijn.
Ze willen dus weten of een website van een dag- of weekblad de verkoopcijfers beïnvloedt of er helemaal geen invloed op heeft. De algemene trend van de resultaten wijst op een negatieve invloed op de verkoopcijfers van de papieren bladen. Filistrucchi (2001) en Kaiser (2006) hebben het over verliezen van 3,1 procent, respectievelijk 4,2 procent.
De studie van Filistrucchi wees echter uit dat de verliezen zich niet beperkten tot het eigen product, want ook de concurrent leed een gemiddeld verlies van 1,5 procent. Kadiyali en Simon (2006) zeggen op hun beurt uitdrukkelijk: “We find strong evidence that digital content cannibalizes print sales. On average, a magazine’s print circulation declines about three percent when it offers a website. […] We find no evidence that digital content complements print magazines.”
George (2006) vindt in haar studie de resultaten van de vorige onderzoeken terug: online nieuws doet het aantal verkochte kranten dalen. Ze geeft als mogelijke verklaring dat online nieuws aantrekkelijker is voor een jong publiek. Dankzij een meer lokale en gepersonaliseerde berichtgeving zijn nieuwswebsites in staat een jonger, hoger opgeleid en stedelijker publiek aan te trekken.
De verklaring van George komt terug in de studie van Deleersnyder, Geyskens, Gielens en Dekimpe (2001). Deze onderzoekers zijn echter van mening dat de nieuwe media niet de kannibalen zijn waarvoor zij versleten worden: “We find that the often-cited cannibalization fear has been largely overstated. Relatively few newspapers in our sample experience a significant drop in their circulation or advertising revenues. This result may imply that there is only little overlap between customers using the traditional channel and those preferring the online channel.“
Waar alle onderzoekers het echter wel over eens zijn, is dat de opkomst van de nieuwe media niet per se de doodsteek zal betekenen voor de traditionele media. De oude media hebben zich de laatste jaren voortdurend aangepast aan de digitale wereld. Ze pasten bijvoorbeeld de inhoud van hun bladen aan om die meer af te stemmen op het publiek dat op zoek gaat naar online content. Of de gedrukte bladen hun lezers op die manier bij zich kunnen houden, zal de tijd moeten uitwijzen.
De meerderheid van de wetenschappelijke onderzoeken naar dit onderwerp toont aan dat online content een negatieve invloed heeft op de verkoopcijfers van de traditionele (papieren) kranten en weekbladen. De oude media voelen de hete adem van de digitale evolutie in hun nek, maar de onderzoekers zijn van mening dat zij zich niet zomaar zullen overgeven.
Als de kannibalen onder de nieuwe media op zoek zijn naar een snelle snack, zijn zij dus aan het verkeerde adres.
Gunther Malin
Gunther Malin is masterstudent Journalistiek aan de Hogeschool-Universiteit Brussel (HUB).
Lees ook Malins blog: www.dewereldmorgen.be/blogs/guntherm/2011/11/09/dat-een-smartphone-ne-smartwadde