Mijn naam is Tess Van Deynse.  Ik ben een persoon met autisme en een normale begaafdheid.  Ik doe mee aan de wedstrijd Comedymania, voor Limburgse stand-up comedians.  Ik vertel daar grappige situaties over misverstanden in de communicatie als persoon met autisme.  Ze zijn op het moment zelf niet grappig, maar achteraf wel.  De activiteit vindt plaats op 10 november om 20u in Kunstencentrum België, Burgemeester Bollenstraat 54 te Hasselt.  Wat ik ga vertellen, is nog een verrassing.  Maar superveel moppen gaan dat niet zijn, want ik krijg maar 5 minuten de tijd.

Voorbeelden van anekdotes:

 In 1992 ging ik op kamp naar Neeroeteren.  Vooraleer ik op kamp vertrok, kreeg ik een lijst mee van de spullen die mee moet nemen.  Op de lijst stond er o.a. toiletgerief.  Meteen associeerde ik dat met WC-papier, omdat het bij het toilet thuishoort.  En niet tandenborstel, shampoo, zeep en dergelijke wat je nodig hebt om je te verzorgen.

’s Avonds kreeg ik in de leefgroep, als taak: koffie zetten.  Die koffie was bedoeld voor het ontbijt.  Ik wist hoe je koffie moest zetten, en ik voerde die taak volledig uit!  Zelfs het machine met de koffie erin, effectief aanzetten!  Dat heb ik ook gedaan, maar de opvoeder betrapte me daarop.  Dat mocht niet, omdat het voor de volgende dag was.  De laatste stap van deze taak, was het koffiemachine aanzetten.  En daarom deed ik het ook, omdat de taak dan pas volledig was gedaan.

Vroeger had ik een toets van W.O. !  Voor dat ik en mijn klasgenoten aan de toets mochten beginnen, overliepen die wij die klassikaal.  Voor de grap vertelde de meester, dat er in de verbrandingsoven frieten (patat) worden gebakken en ook dat zwaluwen pinkers hadden.  Ik had dat niet door en schreef dat natuurlijk op mijn toets, terwijl ik achteraf ben te weten komen dat het een fout antwoord was.   Stel dat ik meer had nagedacht, had ik eigenlijk moeten weten dat de meester loog.

Het was smerig in de living.  Mama poetste daar en zei: “’t Is hier proper!”  Ik geloofde haar niet, omdat de ruimte er echt vuil uit zag.  Ook begreep ik niet waarom zij het tegenovergestelde zei, terwijl ze het ironisch bedoelde.

Tijdens een les W.O. leerde ik over koppen van de vogels.  En toen ik van dat vak toets had, moest al die namen van die vogels leren, en bij de juiste kop schrijven.  Ik leerde de koppen en de vogelnamen vanbuiten zoals ze in de boek stonden.  Zo schreef ik dat ook op mijn toets.  Ook al stonden de koppen anders gerangschikt.  Dus maakte ik op die proef veel fouten.

In de tweede leerjaar leerde ik in een speciaal schrift hoofdletters schrijven.  Dat gebeurde tijdens het vak schoonschrift.  Omdat ik in dat schrift hoofdletters leerde schrijven, dacht ik niet aan om het ook toe te passen op mijn huiswerk van taal.  Dus schreef ik alle woorden in kleine letters, als ik zinnen schreef.  Ook was het gebruik voor hoofdletters voor me nieuw.  Daardoor vergat ik regelmatig elders te gebruiken.  Maar als mijn zus zag dat ik de hoofdletters niet gebruikte, betrapte ze me erop.  Dus gebruikte ze in het vervolg altijd!

In het kinderrechtenhuis was er eens een bijeenkomst van Belgische en internationale gasten.  Iedereen kwam een week logeren  Op een avond was er een uitstap gepland om Belgische gezinnen te bezoeken voor de internationale gasten.  En de Belgische gasten keken ondertussen naar een videofilm.  Men veronderstelde dat je wist, dat de uitstap naar de gezinnen alleen bedoelt was voor de internationale mensen was.  Ook dat had ik niet door, omdat er op het dagschema er niet op stond, dat de uitstap niet voor iedereen bedoeld was.  Terwijl de andere uitstappen van de week voor heel de groep bestemd waren, tenzij het vermeld stond.

Ik hoop dat jullie genoten hebben van dit voorsmaakje.  Zo lok ik jullie uit om naar mijn optreden te kijken.