Lula hield een pleidooi voor meer transparantie in het bancaire systeem, grotere financiële controle op grote bedrijven, een doorgedreven strijd tegen fiscale paradijzen en een betere bescherming van de openbare financiën.

“De wereld mag niet toestaan dat er een einde komt aan de Europese Unie”, want wat het Europese blok bereikt heeft na de Tweede Wereldoorlog “maakt deel uit van het democratische patrimonium van de mensheid”, zei Lula.

Hij noemde het onaanvaardbaar dat de Griekse financiële crisis, gezien zijn kleine economische gewicht, het bestaan van de EU in gevaar brengt. Het is “alsof mijn pinknagel mij zou kunnen doden.”

Lula ziet twee mogelijkheden: ofwel regeren de markten, “of de conservatieven, wat meestal op hetzelfde neerkomt”, ofwel “regeren wij, dat zijn de burgers.”

Gordon Brown

Luiz Inácio Lula da Silva, die president was van Brazilië van 2003 tot 2010, was op de conferentie samen met de voormalige socialistische premiers Gordon Brown (Groot-Brittannië) en Felipe González (Spanje). De conferentie is een initiatief van de Spaanse Stichting Ideas, die ideeën wil aandragen voor de progressieve agenda.

De socialistische kandidaat voor de Spaanse verkiezingen op 20 november, Alfredo Pérez Rubalcaba, was ook aanwezig. Hij gaf rechts de schuld van de huidige economische crisis. Een actieve rol van de staat is noodzakelijk, “als garantie voor sociale bescherming, herverdeling, werkgelegenheid en als antwoord op de aftakeling van het milieu en de strijd tegen de armoede.”

Rubalcaba maakt weinig kans bij de verkiezingen. Alle peilingen geven zijn centrumrechtse tegenstrever Mariano Rajoy de meeste kansen. Die geeft juist de socialisten de schuld van de crisis in Spanje.