Misschien eerst iets over de plaats. Zucotti Park ligt in de schaduw van één van de nieuwe gebouwen die oprezen uit de as van 9/11. Het plein ligt langs Broadway op 200 meter van Wall Street, een grote naam maar in de feiten een onooglijk zijstraatje dat de New York Stock Exchange huisvest.
De actievoerders hadden symbolisch geen betere plaats kunnen kiezen. Te meer daar Zucotti Park enkele jaren geleden nog Liberty Plaza heette wat natuurlijk doet denken aan Tahrir Square (Bevrijdingsplein) in Egypte, de grote inspiratiebron voor de Occupy Wall Street.
Zucotti Park is een plein dat vrij toegankelijk is (iets kleiner dan de Grote Zavel in Brussel), maar dat wel privé-eigendom is van Brookfield Properties. Het is ook genoemd naar John Zucotti, de voorzitter van dat bedrijf.
Het plein is door de politie afgezet met dranghekkens. Agenten zorgen er voor dat de straten en voetpaden langs het plein vrij blijven, maar laten de bezetters verder met rust.
Vrijdag zag het er nochtans wel even benard uit. Brookfield Properties had de hulp van de politie ingeroepen om het plein te ontruimen. Een massale steuncampagne met een petitie en een mailactie én de aanwezigheid van meer dan 3000 sympathisanten die al om 6u op het plein stonden, deden het bedrijf – althans voorlopig – afzien van een gewelddadige ontruiming.
De Occupy Wall Street-beweging kreeg zo voor de tweede keer een boost na een aanvaring met de politie. De eerste keer was toen enkele weken geleden de politie 700 betogers op Brooklyn Bridge oppakte. De massa-arrestatie verbrak de mediastilte die tot dan rond de bezetting heerste.
Deze keer verdubbelde de dreiging met een ontruiming het aantal aanwezigen op het plein. Waren er donderdag vooral geroutineerde actievoerders te zien, dan liepen er vrijdag plots heel veel ‘gewone’ New Yorkers rond die hun steun kwamen betuigen aan de bezetters.
Wat gebeurt er op het plein? Het bruist er van de bedrijvigheid. Er is een volksbibliotheek en -keuken, een mediacentrum en een ziekenboeg. Er wordt een speciale krant ‘The Occupied Wall Street Journal’ uitgedeeld, geen haastig bijéén geschreven vodje, maar een professioneel gemaakte krant.
Maar wat vooral opvalt, zijn de talloze groepjes mensen die staan te discussiëren. Sommigen luisteren geduldig naar iemand die een speech geeft. Anderen zijn in hevige discussies verwikkeld. Nog anderen wisselen rustig ervaringen uit.
Niemand kijkt op als je gewoon bij een groepje komt staan en meedoet aan de conversatie. Af en toe waagt zelfs een ‘conservative’ zich tot aan de rand van het plein waar hij begint te discussiëren met de actievoerders.
Ik heb een tijdje bij Mark gestaan. Hij droeg een stuk karton waarop geschreven stond: “Do you want to discuss civil disobedience?” en was daardoor een magneet voor iedereen die met een pak vragen zat over de actie.
Een bejaard koppel wierp hem voor de voeten: “Dit gaat niets uithalen. De burgerrechtenbeweging van de jaren ’60 behaalde alleen maar resultaat door heel duidelijke doelwitten te kiezen en die dan met boycotcampagnes te bekampen.”
Mark: “Mochten we een paar specifieke bedrijven geviseerd hebben, zouden we hier nooit zoveel mensen bijéén gekregen hebben. Dit is geen actie, maar een bezetting, een microcosmos van echte democratie. Hier kunnen wel specifieke acties ontstaan, zelfs boycotacties, maar dit plein zelf is meer dan dat. Wat wij aanklagen gaat ook verder dan de wantoestanden van de jaren ’60. Wij vinden dat het systeem failliet is. Er moet iets veranderen aan het systeem en dat doe je niet met enkele duidelijke eisen of door enkele bedrijven te viseren.”
Een jonge vrouw: “Waarom sturen jullie geen woordvoerders naar de tv-studio’s. Ik lees al enkele weken over dit plein maar het is pas door hier met mensen te komen discussiëren dat ik begrijp waarom jullie hier zijn.”
Mark: “Met enkele woordvoerders worden we te snel een klassieke actiegroep die dan kan uitgenodigd worden door politici om een oplossing te vinden. Door onze democratische methodes zijn we juist heel inclusief en kunnen verschillende mensen met verschillende meningen en achtergronden aansluiten. Het is toch juist goed dat jij naar hier bent gekomen om te luisteren en te discussiëren?”
Dat laatste klopt zeker. In Zucotti Park vind je van alles. Veteranen van de Vietnamoorlog en zelfs van de Tweede Wereldoorlog, ngo’s zoals Avaaz.org, de milieubeweging (onder andere 350.org), mensen die actief zijn in vakbonden, militanten van communistische of socialistische partijen, religieuzen, antiglobalisten, anarchisten, burgerrechtenactivisten, etc.
Tot spanningen heeft die bijzondere mix voorlopig nog niet geleid. Die openheid oefent duidelijk ook een aantrekkingskracht uit. “Het is moeilijk om deze mensen niet te respecteren. Ze gedragen zich zo goed, ze werken zo goed samen. Er heerst zo’n menselijke en fatsoenlijke sfeer, dat ik hier elke dag een paar uur probeer bij te zijn”, zegt de gepensioneerde Debby.
De mensen die naar het plein komen, delen één gevoel. Er loopt iets grondig fout in de VS waar 400 miljardairs evenveel bezitten als hun 150 miljoen armste landgenoten, waar de winsten van de financiële sector en de bijhorende bonussen drie jaar na de vorige crisis en de bijhorende bail outs met belastinggeld en aan de vooravond van mogelijk een nieuwe crash weer naar recordhoogten stijgen.
“Wij zijn de 99 procent.” En af en toe komt zelfs iemand van de 1 procent zijn steun betuigen. Hiphop-miljonair Russell Simmons (oprichter van het label Def Jam en de kledinglijn Phat Farm) was er vrijdag bijna de hele dag bij om een ontruiming te helpen vermijden. Dat lokte enkele negatieve reacties uit van een paar zwarte jongeren die vonden dat zo’n rijke rapper niet thuishoorde op Occupy Wall Street, maar ook heel veel schouderklopjes van anderen.
Russell Simmons weigerde alle interviews. “Ik ben geen woordvoerder. Spreek met de andere mensen die hier zijn. Wij willen enkel de macht over het land wegnemen uit Wall Street en teruggeven aan het volk. Dit is dus een patriottische beweging en ik ben een patriot,” aldus Simmons.
Natuurlijk zijn er veel vragen. Hoe moet het verder met de actie als de winter begint? Hoe word je een grote beweging op een plein dat maar enkele duizenden mensen kan bevatten? Hoe belet je dat de beweging langzaam doodbloed?
Maar toch is er voor het eerst sinds lang een sprankeltje hoop. Bijna iedereen verwijst voortdurend naar eerdere bewegingen zoals de bewegingen voor burgerrechten in de jaren ’60. Ook die begon klein (denk aan Rosa Parks die in 1955 weigerde haar plaats in de bus af te staan aan een blanke medepassagier), maar bereikte veel.
“Ik heb zondag mijn drie kinderen meegebracht zodat ze later kunnen zeggen dat ze er bij waren. Want ik heb echt het gevoel dat dit iets historisch is”, zegt Thomas McAllister, een lid van de legendarische vakbond The Teamsters. McAllister was chauffeur bij Sotheby’s maar zit al drie maanden zonder loon door een lock out bij het veilinghuis omdat de eigenaars van het bedrijf de lonen willen verlagen.
“De Amerikaanse droom, dat is niet alleen een huis hebben dat je niet kan afbetalen. Dat is ook een goed leven leiden en een toekomst hebben voor je kinderen. Als dat hier niet kan in het rijkste land ter wereld, waar dan wel?”, aldus McAllister.