De Vlaamse betogers aan het gemeentehuis van Linkebeek op 18 september wisten niet goed waartegen ze nu precies betoogden, zegt Ignaas Devisch
Essay, Nieuws, Politiek, België, BHV, Communautaire problemen, Belgische politieke impasse, Formatiegesprekken, Ignaas Devisch, Linkebeek, Frontvorming, Vlamingen, Franstaligen, Politiek akkoord, Ideologische keuze - Ignaas Devisch

Politieke frontvorming, een verdienste?

Er is die oude mop over een psychoanalyticus en een hoer die samen de nacht doorbrengen, waarna ze ‘s ochtends allebei dezelfde som geld aan elkaar vragen: 150 euro aub. Beiden zijn blijkbaar overtuigd de ander een dienst te hebben verleend en willen natuurlijk baar geld in ruil hiervoor. Welnu, zo ongeveer beeld ik mij in hoe iedereen zich voelt de ochtend na de BHV-formatiegesprekken.

donderdag 22 september 2011 18:52
Spread the love

De ochtend na de formatiegesprekken over het BHV-akkoord is iedereen moe van het vele werk, maar omdat iedereen denkt dat daarmee de ander tevreden is gestemd, is er een akkoord. Iedereen geeft en iedereen krijgt en omdat het bedrag dat ze aan de ander vragen ongeveer overeenstemt met wat ze zelf van die ander krijgen, wordt het akkoord goed genoemd.

Typisch voorbeeld van Belgische status-quo?

De cynicus roept natuurlijk al meteen: evenveel geven als krijgen, is dat geen nuloperatie? Is dat niet bij uitstek een typisch voorbeeld van de Belgische status-quo, zoals Jean-Pierre Rondas het in zijn column in alweer de meest geagiteerde modus voorstelde eerder deze week? (De Morgen, 20 sep 2011).

Hoe belangrijk ook de inhoud van het akkoord, met alle details van dien, er is hier meer in het geding dan een geven en nemen om uiteindelijk evenveel over te houden. Bovenal gaat het om de symboliek van de transactie op zich, want het was al een tijdje geleden dat er nog zaken konden gedaan worden in dit land. Immers, er moest en mocht alleen nog front worden gevormd.

Nu de fronten minstens barsten vertonen, kan politiek opnieuw gebeuren. Het waanidee dat we moeten een (Vlaams of Franstalig) front vormen om aan politiek te doen, is daarmee hopelijk van de baan.

Politiek gaat over inhoudelijke keuzes vanuit welbepaalde overtuigingen, ideologische keuzes dus. Het Vlaams front werd en wordt voorgesteld als een niet-ideologische aangelegenheid van het gezonde verstand ten gunste van alle Vlamingen, terwijl dat front natuurlijk bij uitstek een politieke keuze is en de winst voor de Vlamingen minstens voor discussie vatbaar is.

Wie het communautaire besluit te benaderen vanuit een Vlaams front, sluit niet alleen andere politieke opties uit, bijvoorbeeld dat niet alle Vlamingen absoluut even radicaal zijn als de N-VA graag wil laten uitschijnen, wat de facto zo is; bovendien leeft het van de waanidee dat er een Vlaamse gedeelde visie bestaat over van alles en nog wat en dat dat een goeie of zelfs noodzakelijke optie zou zijn ook.

Te bedeesd geweest om politiek programma naar voren te schuiven

Gelukkig is dat laatste niet het geval, al zijn alle Vlaamse partijen – Groen! uitgezonderd – de laatste jaren wel vreselijk bedeesd geweest om zoiets als een politiek programma naar voren te schuiven. Daarom bestaan ze vandaag nog nauwelijks en zullen ze de volgende verkiezingen ook verliezen: als je flamingant bent of mee bent opgezweept door de discussies van de laatste jaren, kies je toch voor degene die op dat vlak tenminste duidelijk is, en niet voor degene die het ook een beetje is, maar toch ook weer niet helemaal? Wie migranten terug wou sturen, stemde toch ook voor het Vlaams Blok?

“Daarom bestaan ze [de partijen] vandaag nog nauwelijks en zullen ze de volgende verkiezingen ook verliezen”

Ter herinnering, de vorige federale verkiezingen (13 juni 2010) zijn gewonnen door N-VA vanuit de slogan dat communautaire problemen ook sociale problemen zijn. Dat werkte blijkbaar bij velen en ik vermoed nog steeds.

Indien bijgevolg de andere partijen nog een bestaansreden willen hebben, dan zullen ze toch minstens moeten aantonen dat niet alle sociale en economische problemen tot communautaire kwesties te herleiden zijn. In die waan hebben we nochtans enkele jaren geleefd: Vlamingen tegenover Walen, alsof politiek uitsluitend daartoe te herleiden valt, alsof alleen die breuklijn België intern zou verdelen.

Zijn we het dan levensbeschouwelijk over alles eens of zo? En staan onze sociale en economische visies dan allemaal op dezelfde lijn? Me dunkt van niet. Vlaams zijn is politiek gesproken op zich geen verdienste, zoals Belgisch zijn dat evenmin is en de twee posities bezoedelen zich aan dezelfde zonde: ze prijzen zichzelf groot omdat ze niets toegeven, terwijl die attitude natuurlijke elke politieke transactie onmogelijk maakt.

“Vlaams zijn is politiek gesproken op zich geen verdienste, zoals Belgisch zijn dat evenmin is en de twee posities bezoedelen zich aan dezelfde zonde: ze prijzen zichzelf groot omdat ze niets toegeven”

Er is dus een akkoord. En hoe voorlopig ook, voor het eerst sinds lang bestaat de mogelijkheid dat we het in dit land over zaken hebben die onwaarschijnlijk urgent zijn, economie bijvoorbeeld, zonder dat dit noodzakelijkerwijze vanuit communautair perspectief moet worden begrepen, al zullen sommigen dat natuurlijk altijd doen.

Het symbolisch belang van het akkoord – opnieuw: het is voorlopig en het is slechts fragmentarisch en het is ook niet zonder meer goed – is daarom dat politiek opnieuw mogelijk lijkt te worden, dat er dus opnieuw (andere) akkoorden mogelijk zijn.

Een (goed) akkoord staat voor een politieke uitwisseling van zaken – geld, bevoegdheden, functies, noem maar op – die alle betrokken partijen beter maakt, de omgang tussen de partijen gaande houdt en weer vlot trekt, zodat vooral de bevolking beter af zou zijn.

Al lang niet meer aan politiek gedaan …

Voor mij mogen er gerust velen tegen dit akkoord zijn en we moeten evident over alle details in debat treden, maar het is minstens prijzenswaardig om opnieuw aan politiek te doen, een kunde die al te lang in dit land niet gebezigd is, en dit terwijl ondertussen de wereldwijde economische crisis volop heeft toegeslagen.

Het is dus nog mogelijk, dat is op zich een verademing. Enfin, niet voor iedereen natuurlijk, want het is opvallend hoe veel ongemak menige tegenstanders van het huidige BHV-akkoord vertonen, vaak omdat ze natuurlijk in oorsprong de aanklagers zijn van een gebrek aan akkoord. Tja, wat moet een mens dan doen nu er toch een akkoord is?

Tegen het akkoord zelf zijn natuurlijk, ook al weet men bij de goden vaak nog niet waarom men er nu in feite tegen is. Dat was afgelopen weekend duidelijk te merken aan de betoging in Linkebeek: oei, waar moeten we nu precies tegen zijn? Euh, het is een slecht akkoord. Wat is er slecht aan? Het zou kunnen slecht uitdraaien en dus euh is het slecht, punt.

Of zoals Ben Weyts (N-VA) het verwoordde: “Want er is de prijs die we kennen, er is de prijs die we niet kennen en er is een prijs die nog zal volgen. Door die hoeracommunicatie wordt vanalles verzwegen, we hebben ook nog geen enkele tekst gezien.” (Radio 1, De Ochtend) Anders gezegd: we betogen omdat we niet weten wat er in het akkoord staat en daarom zijn we ertegen. Nou.

“We betogen omdat we niet weten wat er in het akkoord staat en daarom zijn we ertegen. Nou”

Indien de onderhandelende partijen willen dat (1) ze zelf blijven bestaan en (2) dat dit land blijft bestaan en goed wordt bestuurd, dan stel ik voor dat ze zich voortaan opnieuw met politiek bezig houden en niet met frontvorming.

Dat zal lastig zijn, want voor de tegenstanders is het altijd makkelijker: zelfs al is de prijs van het akkoord nog niet bekend, ze zal principieel en altijd te hoog zijn. Daarom duikt in het kamp van de tegenstanders de psychoanalyticus zeker niet in bed met de hoer.

Immers, welke diensten de een de ander ook zal aanbieden, de prijs zal altijd te hoog liggen. De vraag luidt natuurlijk om welke prijs het gaat: is het de prijs die de zogenaamde ‘Vlamingen’ moeten betalen voor een akkoord of veeleer de prijs die de N-VA niet wenst te betalen omdat ze überhaupt niet in bed wil met een andere partij?

Immers, wie betaalt nu voor een dienst die hij bij nader inzien niet eens wil? Juist. Alleen spijtig dat die hotelkamer al gereserveerd was. Misschien is het Vlaams Belang wel geïnteresseerd in een tweepersoonsovernachting met ontbijt?

Ignaas Devisch

Ignaas Devisch is als filosoof verbonden aan de Universiteit Gent en de Arteveldehogeschool in Gent.

take down
the paywall
steun ons nu!