Naarmate de historische datum van 9 juli nadert, de dag waarop Zuid-Soedan in uitvoering van het referendum van januari volledig onafhankelijk moet worden van het noorden, nemen ook de spanningen en de wederzijdse propagandastrijd toe.
Nadat op 21 mei het noordelijke regeringsleger (SAF) met veel machtsvertoon de regio Abyei binnenviel en meer dan 15.000 inwoners van de olierijke regio op de vlucht sloegen, braken op zondag 5 juni zware gevechten uit tussen het SAF en elementen van het zuidelijke Sudan People’s Liberation Army (SPLA) en lokale milities rond de stad Kadugli, de hoofdstad van Zuid-Kordofan.
Strijd om controle over Zuid-Kordofan
De gevechten breidden zich snel uit naar Tolodi, Dilling en andere stadjes en dorpen van Zuid-Kordofan. Met aanvallen van tanks en bombardementen wilde het regeringsleger de controle behouden over de staat. Volgens rapporten van mensenrechtenorganisaties en de VN werden daarbij burgers gedood en eigendommen geplunderd en in brand gestoken.
Vooral de soldaten van de Popular Defense Forces, een gevreesde lokale militie die het noorden steunt, zouden zich te buiten zijn gegaan aan wreedheden tegen de burgerbevolking. Een inwoner van Kadugli, zei aan de telefoon aan Human Rights Watch, dat de stad een spookachtige indruk gaf: “No one knows who is fighting whom, heavy shelling is all over the place. The city will never be the same again.”
VN-missie spreekt van humanitaire ramp
Sinds vorige vrijdag is de toestand in Zuid-Kordofan zodanig verslechterd dat de medewerkers van UNMIS, de VN-missie in Soedan, zich moesten terugtrekken en de hulpverlening is stilgevallen. De recente gevechten hebben 53.000 mensen uit hun woonplaatsen verdreven en een nog onbekend aantal slachtoffers gemaakt. De stad Kadugli zou zo goed als verlaten zijn door de oorspronkelijke inwoners. De VN spreekt van een humanitaire ramp.
Dinsdag voerden Antonov-gevechtsvliegtuigen van het SAF bombardementen uit op de luchthaven van Kauda, in de buurt van een UNMIS-basis in die regio. VN-woordvoerder Kouider Zerrouk riep woensdag alle strijdende partijen op om “onmiddellijk de gevechten te staken en de humanitaire hulpverlening in overeenstemming met het humanitaire recht toe te laten”.
Herverkiezing van gouverneur
De nieuwe gevechten volgden op spanningen tussen de regerende National Congress Party (NCP) van president Omar al-Bashir en de Sudan People’s Liberation Movement (SPLM), de leidende beweging van Salva Kiir in het zuiden. Onder meer de herverkiezing van Ahmed Haroun als gouverneur van Zuid-Kordofan zette veel kwaad bloed. Tegen Haroun loopt een internationaal aanhoudingsmandaat door het Internationaal Strafhof (ICC) wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid begaan tussen 2003 en 2005 in de oorlog in Darfur.
Net als Abyei en de Blue Nile State is de multi-etnische staat Zuid-Kordofan gelegen op het grensgebied tussen noord en zuid. Zuid-Kordofan is eveneens een olie- en waterrijk gebied en dus van groot strategisch belang in de aan de gang zijnde onderhandelingen over de boedelscheiding.
Ondertussen is een groot deel van de 2.100 km-lange gemeenschappelijke grens afgebakend onder toezicht van de VN-missie in Soedan, maar over de resterende 20 procent blijft nog grote onenigheid bestaan. Beide kampen beweren niet te willen terugkeren tot een openlijke burgeroorlog, maar pogen wel het onderste uit de kan te halen bij de boedelscheiding. Dat daarbij bruut geweld en de inzet van milities aan beide kanten niet wordt geschuwd, bleek duidelijk de voorbije dagen.
Dreigende taal van minister van Financiën
“Soedan zal na 9 juli 36,5 procent van zijn inkomsten verliezen. Dat is het percentage van de olie-inkomsten dat de overheid haalt uit de geproduceerde ruwe aardolie in gebieden die na de afscheiding tot Zuid-Soedan zullen behoren”, verklaarde de Soedanese minister van Financiën, Ali Mahmoud, dinsdag op een persconferentie. Soedan wordt momenteel geconfronteerd met hoge inflatie, een schuldenberg van 38 miljard dollar, toenemende werkloosheid en overheidstekorten. Die leidden al tot sociale protesten in de hoofdstad Khartoem en andere steden van het noorden.
“We stuurden een brief naar de autoriteiten van Zuid-Soedan om hen te informeren dat ze onze oliepijpleidingen, onze raffinaderij en onze havens aan de Rode Zee niet meer mogen gebruiken na 9 juli, tenzij alsnog een akkoord wordt bereikt over de prijs die als compensatie moet dienen voor het verlies aan inkomsten die we zullen lijden door de afscheiding van het zuiden”, voegde de minister er dreigend aan toe.
Onderhandelingen in cruciale fase
Zuid-Soedan produceert ongeveer driekwart van de 470.000 vaten ruwe olie die Soedan elke dag produceert. Het is duidelijk dat de onderhandelingen in Addis Abeba zich in een cruciale fase bevinden en erg werden vergiftigd door het geweld in de grensregio’s van de voorbije weken.
Beide delen beseffen maar al te goed dat ze er alle belang bij hebben om in onderlinge overeenkomst een oplossing te vinden. De meeste olievelden liggen in het zuiden, maar infrastructuur om die olie te verwerken en te exporteren is bijna volledig in het handen van het noorden. Economisch zijn noord en zuid tot samenwerking veroordeeld.
De bevolking van Zuid-Soedan koos in januari met een overweldigende meerderheid van 98,83 procent voor volledige autonomie, wat normaal volgens schema op 9 juli moet leiden tot de definitieve afscheiding van het zuiden. Het over het algemeen rustig en correct verlopen referendum kwam er in uitvoering van het algemeen vredesakkoord uit 2005 dat een einde maakte aan een van de langst aanslepende burgeroorlogen in Afrika.
Op zwarte lijst van VS en George Clooney
Soedan valt ook nog altijd onder Amerikaanse sancties. Het land staat op een zwarte ‘lijst van landen die het terrorisme steunen’. De regering-Obama heeft al voorzichtig aangegeven die sancties te willen schrappen als het noorden de afscheiding van het zuiden niet in de weg staat.
Onder meer Hollywoodacteur, George Clooney, is een van de boegbeelden van de Amerikaanse Not On Our Watch-campagne, die uitgesproken het zuiden steunt onder meer met het erg omstreden Satellite Sentinel Project, waarbij satellieten de grensregio in het oog houden en eventuele troepenbewegingen en schendingen van het vredesakkoord moeten detecteren.
Einde mei lieten Clooney en zijn collega John Prendergast van de Amerikaanse NGO Enough zich nog zeer kritisch uit over de regering-Bashir in een opiniestuk onder de titel ‘Dancing with a dictator in Sudan’ dat verscheen in The Washington Post. Woensdag heeft Obama in een radiotoespraak de regering van het noorden nog gewaarschuwd voor verdere escalatie van het geweld in de grensregio.
“Geen strijd van goeden tegen kwaden”
Tendai Marima, een Zimbabwaanse blogger die een doctoraat voorbereidt aan de universiteit van Londen, maakte zich vorige week in een opmerkelijk opiniestuk op de website van de pan-Arabische nieuwszender Al-Jazeera, kwaad over de eenzijdige berichtgeving over het complexe conflict in Soedan in de media.
“Al te gemakkelijk maken journalisten zich er vanaf door het voor te stellen als een strijd tussen de ‘goeden’ (het zuiden) en de ‘kwaden’ (het noorden). Ongetwijfeld heeft Al-Bashir veel bloed aan zijn handen en begaan zijn troepen wreedheden, maar de trendy activisten en beroemdheden die zich kritiekloos achter het zuiden scharen, zouden beter ook eens naar de misdragingen van het zuidelijke leger tegen de burgerbevolking kijken in plaats van zich met satellieten blind te staren op troepenbewegingen in de grensregio.”
Het vroegere SPLA-rebellenleger van John Garrang kreeg militaire steun van onder meer Israël, Oeganda en de VS. Vanuit het diepe zuiden van de VS werden de voorbije jaren massaal bijbels en fundamentalistische missionarissen naar het zuiden van Soedan gestuurd om er “de christenen te ondersteunen in hun strijd tegen de islam”.
“Waar waren de anti-genocide paparazzi?”
Uit een vertrouwelijk VN-rapport dat vorige week uitlekte bij AP blijkt dat tientallen burgers van een rivaliserende etnische groep, die er van verdacht werd het noorden te steunen, in een dorp aan de Nijl in Zuid-Soedan werden afgeslacht door soldaten van het SPLA. Volgens niet door onafhankelijke bronnen bevestigde getuigenissen van dorpelingen zouden daarbij misschien wel 254 mensen zijn gedood. Tendai Marima vraagt zich daarom af waarom het Enough Project daarover geen beelden heeft vrijgegeven. “Clooney’s ‘anti-genocide paparazzi’ waren blijkbaar niet in de buurt om beelden te maken van het SPLA in actie, maar de VN kon dit bloedbad wel registreren. Wie houdt hier wie voor de gek?”
Bovendien heeft Zuid-Soedan de voorbije week te kampen met grootschalig geweld tussen nomadische veehouders en sedentaire landbouwers over de controle van schaarse waterbronnen en graasvelden.
Veedieven houden lelijk huis
Regio’s in het zuiden worden in toenemende mate geteisterd door georganiseerde bendes van zwaarbewapende veedieven en dissidente milities van het vroegere SPLA-rebellenleger. In de staat Warrap werden maandag bij een aanval minstens 29 burgers gedood door de rebellengroep van Peter Gadet, een vroegere SPLA-generaal die nu een eigen militie leidt.
Bij diverse raids van veedieven in het grensgebied met Kenia zijn vorige week volgens lokale bronnen 71 mensen omgekomen. Het is duidelijk dat de nieuwe machthebbers in Juba ook na 9 juli nog veel werk zullen hebben om hun nieuwe land enigszins te stabiliseren.