In het uiterste zuiden van Bahia, een deelstaat in het oosten van Brazilië, is er een ware opmars van grootschalige eucalyptusplantages aan de gang. Deze snelgroeiende boomsoort is uiterst geschikt voor de productie van cellulose, de grondstof voor papier. In deze vruchtbare regio met veel zon en water is een boom al na 7 jaar 30 meter lang en oogstrijp. Om aan onze toenemende papierhonger te voldoen, ontwikkelen papierreuzen nu een boom die op 5 jaar tijd klaar moet zijn voor productie.
Veracel is de nieuwste en modernste cellulosefabriek in deze streek. Voor een jaarlijkse productie van 1 miljoen ton cellulose of papierpulp, heeft het bedrijf 96.000 hectare eucalyptus aangeplant. In de wereld van papier staat Veracel bekend als een toonbeeld van duurzaamheid.
Daardoor kon het bedrijf rekenen op goedkope leningen van de Braziliaanse ontwikkelingsbank en de Europese investeringsbank. Samen financierden die ongeveer de helft van de 1,25 miljard dollar die de fabriek gekost heeft. Het FSC-label dat Veracel in 2008 behaalde, kadert in dit streven naar duurzaamheid.
Gelabelde ‘bosaanplantingen’
“FSC is ontstaan in 1993 en opgericht door actoren uit drie sectoren: milieuorganisaties, actoren uit de sociale sector en uiteraard ook economische vertegenwoordigers zoals hout- en papierbedrijven,” legt de Belgische FSC-directeur Bart Holvoet uit in zijn kantoor in Holsbeek.
“Het doel is verantwoord bosbeheer wereldwijd nastreven, als reactie op de wantoestanden ie tegenwoordig nog steeds aan de gang zijn: gigantische ontbossing en slecht bosbeheer, vooral in de tropen maar niet enkel daar.”
Aanvankelijk werden alleen natuurlijke bossen gelabeld mits ze voldeden aan negen principes en criteria. Later ontwierp FSC een tiende principe voor boomplantages. Sindsdien kunnen ook industriële boomplantages doorgaan als verantwoord beheerde bossen.
Zé Fregoso, de leider van de Pataxó indianen in Tibá, neemt ons mee naar zo’n ‘bosplantage’. De kaarsrechte eucalyptusbomen staan in lijnrechte rijen die eindeloos ver reiken. De ranke stammen hebben bijna geen kruinen of zijvertakkingen. Ze zijn zo gekozen om een optimale productiviteit van cellulose te verkrijgen.
“Ik begrijp niet dat ze dit een bos noemen,” zegt de indianenleider. “Een bos waar geen vruchten zijn is voor mij geen bos. Het is hier volkomen leeg. Welk dier kan leven waar er niets te eten is? Je ziet zelfs geen vogels in de bomen. En zij spreken over ‘bossen’.”
Hoezo biodiversiteit?
De enige soort die in deze plantages wordt getolereerd is de eucalyptusboom. Het beschermen van de biodiversiteit, één van de tien FSC-principes, zien deze gemeenschappen als holle woorden op papier die niet stroken met de realiteit.
Enkele tientallen kilometer verderop wordt Guaxuma, een ander dorp van Pataxó-indianen, door Veracels FSC-gecertificeerde plantages omsingeld. Zolang hun territorium niet wettelijk wordt vastgelegd, staan de Guaxuma machteloos tegenover de eucalyptusplantages die steeds dichterbij komen. Kuhupyxa neemt ons mee naar de omheining vlakbij zijn huis.
“Tot hier wilden ze eucalyptus planten en hebben ze gif gespoten. Terwijl hier mensen wonen en kinderen spelen. Toen hebben we de gemeenschap opgetrommeld en hebben we hen met pijl en boog weggejaagd. Ze hebben geen greintje respect voor de mensen die hier wonen.” Nochtans is het respecteren van de rechten van inheemse gemeenschappen eveneens één van de tien FSC-principes.
Liever familiale landbouw
“In deze regio hebben we 550.000 hectare eucalyptusplantages. Die bedrijven hebben heel veel grond nodig en het liefst zo dicht mogelijk bij de fabriek. Maar tegelijk is er hier een enorme vraag naar landhervorming,” zegt Winfridus Overbeek van Cepedes, een lokaal onderzoekscentrum dat al vijftien jaar onderzoek doet naar de impact van eucalyptus op de regio.
Veracel beweert dat onbruikbaar land werd opgekocht om eucalyptus op te planten, maar volgens de landloze boerenorganisatie MST heeft het bedrijf vooral vruchtbare landbouwgrond in gebruik. Nu importeert de regio voedsel en exporteert het eucalyptus. Maar de boeren willen dat de landbouwgrond opnieuw gebruikt wordt voor voedingsgewassen in familiale landbouw om zo opnieuw de lokale markt te bevoorraden.
Regelmatig kappen de landloze boeren stukken eucalyptusplantage om er bonen, mais en andere voedingsgewassen te kweken. Veracel berekende dat deze ‘vandalestreken’ van de landloze boeren het bedrijf sinds 2009 al 2 miljoen euro gekost zou hebben.
Ook met het eerste principe van FSC – het respecteren van de wet – neemt Veracel het niet zo nauw. Veracel werd voor de rechter gedaagd voor ontbossing, het gebruik van herbiciden in beschermde bossen en het planten van eucalyptus in inheems territorium. En in 2009 telde de arbeidsrechtbank meer dan 900 arbeidsrechtzaken tegen Veracel. Veracel gaat altijd in beroep, waardoor definitieve uitspraken lang op zich laten wachten.
‘Jullie worden bedrogen’
Toen het certificeringsproces van Veracel in 2007 begon, kwam er vanuit het uiterste zuiden van Bahia ruim protest. Het sociaal en ecologisch forum dat bestaat uit meer dan 40 milieuorganisaties, vakbonden en inheemse gemeenschappen, stuurde een brief naar FSC met hun bezwaren.
Maar nog voor die organisaties werden geconsulteerd, kreeg Veracel al het FSC-label. “Daarom zeg ik jullie dat jullie in het noorden bedrogen worden. Er wordt gezegd dat jullie een goed en eerlijk product kopen, maar jullie worden om te tuin geleid,” stelt Ivonete Gonçalves, de coördinatrice van Cepedes.
Naar aanleiding van dit journalistiek onderzoek heeft FSC zelf een onderzoek ingesteld naar dit controversieel certificaat. Maar de getroffen gemeenschappen klagen deze wantoestanden al jaren aan en werden tijdens het certificeringsproces nooit ernstig genomen. Want zolang er geen klachten worden ingediend via het formele klachtensysteem van FSC, kunnen er geen stappen ondernomen worden.
“Het nadeel is dat dit systeem uiteraard volgens geijkte procedures verloopt, wat zeker de lokale bevolking kan afschrikken en nogal bureaucratisch is,” zo duidt Bart Holvoet, directeur van FSC België, één van de zwakke plek van het systeem aan. Vaak hebben de getroffenen zelf nog nooit gehoord over FSC, laat staan dat ze de weg zouden vinden naar het klachtensysteem.
Ook problemen met andere bedrijven
Bovendien is Veracel ver van het enige FSC-gecertificeerd bedrijf waar tegen geprotesteerd wordt. Sinds FSC de deuren openzette voor industriële boomplantages, komen klachten uit tientallen landen. “Het gaat niet om één probleemgeval in Brazilië, maar veel te veel controversiële plantages wereldwijd hebben vandaag een FSC label, ” zegt Jutta Kill van Fern, een milieuorganisatie die zelf lid is van FSC. “Deze grootschalige plantages hebben een immense sociale en ecologische impact. De problemen die hiermee gepaard gaan, worden door FSC onvoldoende aangepakt.”
Intussen maakt Veracel plannen om fors uit te breiden in Bahia, de productie zal opgetrokken worden van 1 naar 2,7 miljoen ton pulp per jaar. Deze expansie, waarbij nog eens 107.000 hectare zullen omgezet worden in eucalyptusplantages, wekt lokaal veel frustraties op. Voor FSC bestaat er geen limiet op de schaal, Veracel is er dan ook van overtuigd dat deze uitbreiding eveneens het label zal krijgen.
Dit onderzoek kwam tot stand met de steun van het Fonds Pascal Decroos voor Bijzondere Journalistiek. In samenwerking met Friends of Earth en ‘t Uilekot hebben we een documentaire gemaakt over FSC’s controversiële certificering van Veracel. ‘Duurzaam op papier’ is binnenkort te zien in verschillende steden, telkens gekoppeld aan een debat.
Studio Skoop – Gent (24/01)- 19u30
Oratoriënhof – Leuven (25/01)- 20u
Pianofabirek – Brussel (27/01)- 20u
‘t Uilekot – Herzele (28/01)- 20u
Concert in Herzele (29/01)- 20u
De Klappei – Antwerpen (31/01)- 20u
Cultureel Centrum – Hasselt (01/02)- 20u
De DVD is vanaf 24/01 verkrijgbaar via uilekot@skynet.be of na de voorstellingen.
Bekijk hieronder de trailer van de documentaire: