‘Rockferry’ was bepaald geen misser: de plaat liet een blanke soulzangeres van groot formaat horen en overtuigde heel wat mensen om nog eens naar de platenboer te stappen. Of dat met haar nieuwste plaat ook het geval is, blijft een beetje de vraag.
Terwijl Duffy haar vorige cd met een uitgebreide reeks van producers – waaronder ex-Suedegitarist Bernard Butler – en muzikanten maakte, hield ze het voor ‘Endlessly’ een pak eenvoudiger.
Ze schreef alle nummers (op één na) samen met de 66-jarige popveteraan Albert Hammond (inderdaad de vader van de Strokesgitarist met dezelfde naam en in de jaren ‘70 wereldberoemd in Vlaanderen dankzij ‘It Never Rains In California’, ‘I Don’t Wanna Die in an Air Disaster’ en ‘The Free Electric Band’). Het duo nam ook de productie in handen en die is behoorlijk gevarieerd. Natuurlijk is ze overwegend retrogericht, maar tegelijk een pak gelikter dan de voorganger.
Het resultaat? Muziek als een pastoriewoning: nagelnieuw en toch vertrouwd. Kortom: oerdegelijke kitsch. Puristen zullen hier van gruwelen, ook al speelt de ritmesectie van de gerespecteerde hiphopformatie The Roots op een stel tracks mee.
De songs hier zijn geen verloren gewaande pareltjes van Burt Bacharach of Carole King, maar ze komen soms wel akelig dicht in de buurt. Een mooi voorbeeld hiervan is de afsluiter ‘Hard For The Heart’ met zijn breed uitwaaiende strijkers. Ook het titelnummer ressorteert onder die categorie. Smachtend wegsmelten à la Doris Day of Dusty Springfield, het kan nog steeds.
Soms komt ze dan weer een heel stuk dichter bij onze tijd zoals in de opener ‘My Boy’, maar of dit pad ergens heenleidt, is hier nog niet duidelijk. De plaat straalt iets vederlicht en naïef uit en valt over het algemeen ergens in het pré-Beatles-tijdperk te situeren. Nu is daar niets verkeerd mee, maar een aantal keer klinkt het echt wel te gratuit zoals in de flutpop van ‘Girl’.
Het neemt niet weg dat wie zot is van Duffy’s stem hier meermalen aan het bestaan van de nekharen herinnerd wordt.
Beoordeling: +++