De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Zonder Net

Zonder Net

zondag 7 april 2019 12:39
Spread the love

Ik las in de krant dat India wou bewijzen dat het hen menens is met hun ruimteprogramma en daarom, met een raket één van zijn eigen satellieten heeft neergehaald, gewoon omdat het kan. Hiermee sluiten ze zich aan bij de V.S., Rusland en China, de andere drie landen van wie geweten is dat ze in enkele minuten tijd een satelliet uit de ruimte kunnen schieten. Of in de ruimte, het is maar hoe je het bekijkt. 

Want hoewel India nadien beweerde dat het gewacht had tot de satelliet zich op een laag punt bevond waardoor de restanten na de klap pardoes naar beneden vielen en in de atmosfeer door verbranding werden opgelost, blijkt volgens NASA het tegenovergestelde waar, namelijk dat de ontplofte satelliet het universum in werd gekatapulteerd.

Om de een of andere reden fascineerde het verhaal me dus ging ik op zoek op ons wereldwijde web en ontdekte dat er dagelijks tientallen miljoenen kleine scherven door menselijk toedoen in een baan rond de aarde razen. Want sinds de Russen op 4 oktober 1957 hun eerste Spoetnik de ruimte instuurden zijn er volgens de European Space Agency zo’n 5250 raketten gelanceerd, die op hun beurt 7500 satellieten loslieten waarvan er momenteel nog een 1200 operationeel zijn. De rest werd onklaar gemaakt en tot heelalafval herschapen. Herleidt tot ruimteschroot. Enkele tienduizenden brokstukken daarvan met een doorsnede vanaf tien centimeter – maar ook moersleutels en klauwhamers, uitgedoofde kunstmanen, teloorgegane bijplaneten, afgeschreven raketten en trawanten – worden door de computers van NASA op de voet gevolgd zodat actieve, risico lopende satellieten kunnen worden bijgestuurd. De rest van het schroot is te klein om waar te nemen. Niet erg geruststellend als je weet dat alles wat de mens naar het uitspansel stuurt enkel bestand is tegen ruimtetuig tot een centimeter groot.

Maar er blijkt ook direct gevaar te dreigen, onder meer voor het internationale ruimtestation ISS. Dat bevindt zich op zo’n 410 kilometer hoogte, en wel net daar waar de brokstukken van de voormalige Indische satelliet nu met een snelheid van 500 km per minuut door de ruimte knallen. De kans dat het ruimtestation door restafval geraakt wordt, is hierdoor met meer dan 40% gestegen wat een reële bedreiging betekent voor zowel de continu aanwezige bemanning als voor de investeerders, ofwel de 25 landen – waaronder België – die samen de ondertussen benodigde 100 miljard euro ophoestten, het volledige kostenplaatje van het project tot nog toe.

Daarnaast bleken die verwoestende deeltjes ook een steeds groter risico te vormen voor de vele honderden satellieten die zorgen voor de werking van navigatiesystemen, telecommunicatie en internet.

Dat laatste hield me bezig, en ik vroeg me af of het geen verademing zou zijn, in onze dolgedraaide wereld, een tijdlang zonder internet. Zonder gsm of gps. Is dat niet waar we allemaal nood aan hebben, en heimelijk geregeld naar verlangen? Eens onbereikbaar zijn, niet weten wat er gaande is en af en toe niet weten waar je bent? Het zou wat aanpassing vergen, maar wie weet willen we na enkele dagen nooit meer terug naar dat gekkenhuis en kiezen we massaal en voorgoed voor ontkoppeling. 
Zie je het al voor je?

Niemand die straks nog als een zombie door de straten loopt, of turend op dat schermpje de straat dwarst met de fiets. Geen druk gesticulerende vrachtwagenchauffeurs met een mobieltje bij hun oor, net voor ze met hun andere hand dat gevaarte die bocht insturen waar je hen zo dadelijk voorbij zult rijden. De cd’s en platen kunnen opnieuw uit de kast en een nieuwe film bekijken we als vanouds terug in de bioscoop. We lezen boeken op de trein en bladeren in magazines bij de dokter. Als we de weg niet weten halen we een kaartlezende co piloot aan boord, of we parkeren langs de kant van de weg om die onhandelbare kaart open te vouwen en uit te zoeken waar we ons in hemelsnaam bevinden. ’s Nachts geen gsm meer naast je bed. ’s Middags, op het werk, wordt er weer gesproken aan tafel. Geen gekrenkte ‘influencers’ meer die op de sociale media honderden volgelingen tot vechtpartijen aanzetten omdat een andere ‘influencer’ een flauw grapje heeft gemaakt. Geen politici meer die elkaar het bloed vanonder de nagels pesten op twitter. En die encyclopedie in de kringloopwinkel is op slag onbetaalbaar, want wellicht de allerlaatste op aarde.

En nooit, NOOIT meer de aandrang voelen om iets te posten op Facebook of Instagram, op jacht naar aandacht en likes, maar vrij zijn, en ongewapend tegen de verveling. In het gras liggen en als een wijze indiaan voorzichtig vanonder je hand staren naar de zon, of ’s nachts langdurig naar de ongerepte sterrenhemel turen.
En misschien, heel misschien, komen dan zelfs de mussen weer terug.

take down
the paywall
steun ons nu!