Opinie, Nieuws, België -

Zijn vakbonden tegen langer werken?

Naar aanleiding van de stakingsacties bij Afga Gevaert en de verwerping van de cao bij Arcelor Mittal in Gent, verschenen tal van artikels over het brugpensioen (Stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag - SWT) in de pers. Vakbonden zouden elk debat over langer werken blokkeren en blijven eisen dat arbeiders kunnen uitstappen op 56 jaar.

vrijdag 7 maart 2014 10:00
Spread the love

Het brugpensioen zou te duur zijn en zet een rem op de politiek van de overheid die aanstuurt op langer werken. Er worden exuberante bedragen genoemd, alsof arbeiders uit voornoemde multinationals naar huis gestuurd worden met een zak geld. Dit debat vraagt enige nuance.

Waarover gaat het?

Sinds het generatiepact werd het ‘gewone’ brugpensioen, nu SWT (stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag) genoemd, ernstig teruggeschroefd. De stelsels vanaf 56 jaar die nog overeind blijven, zijn voorbehouden voor arbeiders in zware beroepen en lange loopbanen. De definitie van een zwaar beroep is vrij strikt. Zo worden bouwvakkers volgens de regelgeving niet beschouwd als arbeiders in een zwaar beroep. Enkel arbeiders die gewerkt hebben in ploegen en/of in nachtdienst, komen in aanmerking.

Ook bij  Agfa Gevaert was dit het geval. Men vergeet dat deze arbeiders gedurende 20 jaar en meer in ploegen gewerkt hebben, vaak een drieploegensysteem of in volcontinudienst. Deze werknemers konden niet genieten van loopbaanonderbreking  en andere maatregelen om hun werk werkbaar te maken aangezien dit niet toepasbaar is op de ploegenarbeid. Arbeiders die op 56 jaar een loopbaan hebben van 40 jaar kunnen nog tot eind 2015 het SWT aanvragen. Het gaat dan wel over een volle loopbaan van 40 jaar want er  zijn maar weinig periodes van onderbreking die kunnen gelijkgesteld worden in de opbouw van deze loopbaan.

Dit brengt ons bij de kern van het verhaal. Vervroegd uitstappen gaat niet over leeftijd, maar over de duur en densiteit van de loopbaan. Dit vraagt wellicht een meer individuele aanpak van de eindeloopbaanproblematiek maar het ACV is daartoe bereid. Zo vragen we al geruime tijd om afspraken te maken over eindeloopbaan in het kader vande cao 104 (werkgelegenheidsplan oudere werknemers in de onderneming).

Wij zijn akkoord over het feit dat we moeten inzetten op werkbaar werk en dat de fysische en mentale belasting van werken moet aangepakt worden. Dat vraagt een geïntegreerd loopbaanbeleid. Daar kan je niet mee beginnen op de leeftijd van 50 jaar. Voor arbeiders die aan het einde van hun carrière zijn, is uitstappen vaak het enige objectieve doel. Deze arbeiders begonnen vaak op hun 16de met werken in moeilijke en zware omstandigheden. Zij kunnen niet meer.

Arbeiders in ploegen hebben vanaf 55 jaar, inderdaad de mogelijkheid om lichter werk te vragen. De overheid moedigt dit aan door middel van een premie. Maar, lichter werk is niet altijd voorhanden en bovendien brengt een dergelijke overstap altijd een aanzienlijk  loonverlies met zich mee (o.m. ploegenpremies en nachtpremies vallen weg).

Berichtgeving

Volgens bepaalde bronnen zouden arbeiders van Agfa gestaakt hebben voor het behoud van hun brugpensioenvergoeding die opliep tot 300.000 euro. Dit is de maximale totale kostprijs voor de werkgever. Meer dan de helft van dit bedrag gaat naar de overheid, door middel van een bijzondere werkgeversbijdrage  (een sociale bijdrage die bedoeld is om SWT te ontmoedigen)  en de afhouding van belastingen en sociale bijdragen bij de werknemer. Netto blijft vaak slechts 1/3[de] over. Deze som wordt maandelijks toegekend boven op de werkloosheidsuitkering en dit gedurende een periode van meer dan 9 jaar. Omgerekend komt deze aanvullende vergoeding op 100 euro per maand. 

De kostprijs van brugpensioen bij Agfa werd ook in verband gebracht met de jaarlijkse pensioenuitgaven van 75 miljoen euro wereldwijd. Je kan brugpensioen echter niet op één hoop gooien met de groepsverzekeringen (waar vooral bedienden en kaderleden van genieten). Dit is onterecht. De aanvullende pensioenen zijn een aanvulling op het wettelijk pensioen waar arbeiders vaak ook niet van kunnen genieten.

Het ACV is niet tegen langer werken maar vraagt dat dit gekaderd wordt in een loopbaanbeleid. Daarbij moet men oog hebben voor de situatie van oudere arbeiders waar SWT vaak de enig uitweg is uit een zware, stresserende en belastende beroepsactiviteit. Het is toch begrijpelijk dat arbeiders daarvoor het werk willen neerleggen. Het is zelfs opvallend dat jongere arbeiders solidair zijn. Zij zien een dergelijke carrière niet zitten.

Een reden te meer om vandaag reeds werk te maken van werkbaar werk.

André Leurs is diensthoofd van de studiedienst ACV bouw – industrie & energie

take down
the paywall
steun ons nu!