De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Wat is er gebeurd  in Boetsja? Oorlogsmisdaden en journalistieke objectiviteit (Deel 2)

Wat is er gebeurd  in Boetsja? Oorlogsmisdaden en journalistieke objectiviteit (Deel 2)

maandag 11 april 2022 09:58
Spread the love
 
Romameisje vastgebonden en met de kleuren van de Oekraïense vlag besmeurd en vastgetaped, 
illustratie bij artikel van Laurent Brayard (noot 2)

Temidden van de oververhitte reacties op het oorlogsgebeuren in Oekraïne en de toenemende escalatie van het conflict tussen de NAVO en Rusland is het nuttig en nodig om de zaken met enige nuchterheid te bekijken. Niet om de oorlogsellende te ontkennen, maar om ideologisch misbruik en manipulatie van de publieke opinie tegen te gaan. Want dat is er nu massaal.

 

Dat er in oorlogssituaties zaken gebeuren die niet acceptabel zijn, is helemaal niet verrassend. Strijders in een oorlog moeten al een bepaald niveau van agressie bereikt hebben om vijandige soldaten om het leven te brengen en die agressie is niet altijd in te tomen en kan dan ook burgers treffen, of vijandige soldaten die zich overgeven of gevangengenomen zijn. Bovenop de agressie komt ook nog stress, en allicht ook wraakzucht, en oververmoeidheid, misschien soms ook nog alcohol. De normale remmingen die ervoor zorgen dat het leven van anderen gerespecteerd wordt, verdwijnen, en zo kom je terecht in oorlogsmisdaden. Niet goed te keuren, maar psychologisch wel begrijpelijk.

 

Op een ander niveau dan dat van de strijder op het slagveld bevinden zich de strategen aan de top. De Engelse premier Winston Churchill liet de burgerbevolking van Duitsland massaal uitroeien door bombardementen op de Duitse steden. De Amerikaanse president Harry Truman liet twee atoombommen gooien op Japanse steden, ook een massale vernietiging van burgers. Toch staan beide heren niet bekend als oorlogsmisdadigers, en worden ze in België nog steeds vereerd met straatnamen als  Trumanlaan en Churchilllaan. Het is goed die realiteit even voor ogen te houden als nu, naar aanleiding van foto’s en filmbeelden over de stad Boetsja in Oekraïne, geroepen wordt dat Vladimir Poetin een oorlogsmisdadiger is. De misdadigheid wordt graag gezocht bij de vijand, niet in het eigen kamp.

 

Hoe groot zijn slachtingen?

Het is ook wijs om eens naar de omvang van de militaire slachtingen te kijken. In Kiev, aan het ravijn van Babi Yar, bracht het Duitse leger op twee dagen tijd meer dan 30.000 Joden om. Dat was genocide: die mensen werden niet vermoord om iets wat ze gedaan hadden, maar om hun etniciteit, en de bedoeling was niet Joden te straffen, maar ze uit te roeien.

 

Van veel kleinere omvang was de moordpartij die het Duitse leger op 10 juni 1944 in het Franse dorpje Oradour-sur-Glane organiseerde: bij een terreuractie om het verzet af te schrikken, werden 642 personen, mannen, vrouwen en kinderen om het leven gebracht. Op 12 februari 1953 vonniste een Franse militaire rechtbank over de personen die van de moorden beschuldigd werden: één terdoodveroordeling, en verder straffen van tien tot twaalf jaar dwangarbeid of vijf tot tien jaar gevangenisstraf plus een doodstraf wegens verraad. Een aantal beschuldigden werden bij verstek veroordeeld. Maar al op 19 februari werd een amnestiewet gestemd, met als gevolg dat de doodstraffen werden omgezet in levenslange opsluiting, en dertien Elzassers meteen vrijkwamen, en  vijf Duitsers niet lang daarna. Naar de bij verstek veroordeelden werd niet meer omgekeken.

 

Van een vergelijkbare omvang was de slachting die Amerikaanse soldaten op 16 maart 1968 aanrichtten in het Vietnamese My Lai, tussen 347 en 504 doden, mannen, vrouwen, kinderen, baby’s. In de VS moeten, als de zaak aan het licht gekomen is,  26 soldaten voor de krijgsraad komen, maar slechts één enkele, luitenant Calley, wordt veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf wegens moord met voorbedachten rade. Die wordt echter omgezet in een straf van 20 jaar, maar al in september 1974 komt hij vrij. Hij werd een held van uiterst-rechts in de VS.

 

De aangehaalde voorbeelden tonen dat het om het leven brengen van burgers in een oorlog niet echt heel erg gevonden wordt, officieel. Maar nu opeens wordt het in de media en in de politiek wel als héél héél erg gezien. Hoe ging dat ook weer?

 

De geponeerde “slachting” in Boetsja

In Boetsja in de Oekraïne werden Oekraïense burgers gedood, maar hun aantal is niet te vergelijken met Babi Yar, wel met Oradour en My Lai, want er is sprake van een massagraf met zo’n 300 doden en van 22 doden op straat. (Mededeling van de burgemeester van Boetsja, Anatoly Feduruk, op 2 april.) Er ontstaat heel snel een mediastorm: hier moet een “slachting”, een “massacre” gebeurd zijn, en die kan alleen maar toegeschreven worden aan de Russische troepen. “Genocide” zegt de Oekraïense president Zelensky, met een verkeerde term en zonder enig bewijs. Volgens Rusland gaat het in Boetsja om een provocatie door Oekraïense radicalen, en het land vraagt op 3 april een spoedvergadering van de Veiligheidsraad van de VN om dit te bespreken, maar dat wordt geblokkeerd door Groot-Brittannië.

 

Carla Del Ponte, gewezen procureur-generaal van het Internationaal Strafgerechtshof, zegt publiekelijk dat Poetin een oorlogsmisdadiger is en dat er een arrestatiebevel tegen hem moet worden uitgeschreven. Er is nog geen beschuldiging en geen proces, maar zij heeft al een vonnis! Dat is wel het recht op zijn kop. Haar uitspraak is geïnspireerd door een vooronderzoek van het Strafgerechtshof dat op 3 maart is opgestart, met de steun van veertig lidstaten van het Hof. (De VS zijn daar niet bij, zij erkennen deze juridische instantie niet, en staan niet toe dat een Amerikaanse staatsburger daar gedagvaard wordt. Rusland is sinds 2016 geen lid meer.) Het onderzoek naar oorlogsmisdaden door het Hof begon dus al een maand vroeger dan de internationale rel over Boetjsa.

 

“Oorlogsmisdaden” als middel tot oorlogspropaganda

Het is duidelijk dat de kwestie van de oorlogsmisdaden een onderdeel is van de Westerse strijd tegen Rusland, van het propagandistische luik ervan. In plaats van een onderzoek te vragen en te wachten op de resultaten, worden gruwelijke foto’s en filmbeelden wereldwijd verspreid en van een interpretatie voorzien: de Russische militairen begaan oorlogsmisdaden en president Poetin is de opdrachtgever en verantwoordelijke.

 

Het onderzoek van het Internationaal Strafgerechtshof is op de eerste plaats een onderdeel van die propagandaoorlog, bedoeld om Rusland en Poetin in diskrediet te brengen als crimineel. En het zijn juist landen die zelf  een zwaar oorlogscrimineel verleden hebben, zoals de VS en de BRD, die het hardst roepen, en de “slachting” als voorwendsel gebruiken om de oorlog te doen escaleren: nog meer wapenleveringen aan Oekraïne en nog meer NAVO-wapentuig naar de NAVO-landen in de buurt.

 

Nuchterheid en zakelijk onderzoek i.p.v. emoties en oorlogsretoriek

Een humanitaire benadering zou moeten inhouden dat alles wat het oorlogsgeweld doet escaleren, vermeden wordt, dat de gebeurde feiten nuchter onderzocht worden, dat niet alleen Russische soldaten als mogelijke daders geponeerd worden, en dat de van geweld verdachte partijen om uitleg gevraagd wordt. Dus ook de Oekraïense troepen die na de terugtrekking van de Russische de controle over Boetsja overnamen, en aan een “zuivering” begonnen.

 

Verder zijn er nuances nodig: militairen die doorslaan en burgers mishandelen of vermoorden, vormen een ander probleem dan een militaire strategie die bewust, bij wijze van terreur en om te demoraliseren, burgers ombrengt of die foltering en moord gebruikt om informatie te bekomen of wraak te nemen. Het risico daarop is even groot tijdens de Russische bezetting van Boetsja als na de machtsovername door Oekraïense troepen, met name de fascistische Azov-militairen en andere troepen en de Oekraïense staatsveiligheid BSD die niet bepaald een reputatie van heiligheid en geweldloosheid hebben.

 

Wat het beeldmateriaal over de “slachting” betreft, is te onderzoeken of er sprake is van manipulatie. Een foto van een lijk, al dan niet verminkt, vertelt immers nog niets over de context van het overlijden: wanneer, waardoor, waarom? Nu worden wij overspoeld met gruwelbeelden die zonder degelijk onderzoek van een interpretatie voorzien worden, en zitten we midden in de oorlogspropaganda. Het is ook niet mogelijk om zonder meer alle beeldinformatie en alle getuigenissen samen te brengen onder het titeltje “Russische slachting”. Het materiaal is van verschillende data, en van heel verschillende aard: er zijn horrorverhalen over een folterkamer, maar ook straatfoto’s van wat toevallige slachtoffers kunnen zijn.

 

Kritische vragen

Een nauwgezette analyse van de “slachting van Boetsja” zoals die door Jason Michael gemaakt is, leidt tot ernstige vragen, volgens de auteur. (1) Hoe komt het dat er helemaal geen sprake is van een “slachting” – niet in de pers, niet in de sociale media – tot na de zuiveringsactie door de Oekraïense troepen, op zoek naar collaborateurs en verraders? Wie hebben die gevonden en wat hebben die gedaan? Hoe komt het dat de Westerse journalisten in Bucha geen melding maakten van een slachting?(Volgens de satellietbeelden die de New York Times publiceerde als “bewijs” lagen er al lijken op straat op 17 maart, maar een “slachting” wordt maar gemeld op de avond van 2 april.)

 

De totaal onopgemerkte slachting van honderden mensen die dan eensklaps opgemerkt werd, hoewel de lijken op straat lagen, soms al weken, wordt dan opeens razendsnel wereldnieuws en wordt meteen gebruikt door de media, de EU en de NAVO om een escalatie van het conflict te realiseren. De Standaard kopt op 4 april: “Gruwel Boetsja dwingt EU tot meer sancties.” (Niet: “Gruwel vraagt om onderzoek”, dat is hier echt niet nodig.) Naast het opvoeren van de sancties werden er NAVO-luchtafweerraketten in de buurt van Oekraïne geplaatst, en mocht het onderscheid tussen defensieve en offensieve wapens vervallen bij de levering van wapens aan Oekraïne. Dat heeft allemaal niets te maken met het handhaven van de bescherming van burgers in oorlogsgebied, hoewel dat als aanleiding dient.

 

Geweld aan beide kanten

De mainstream media brengen uitvoerig en macaber berichten over het Russische oorlogsgeweld in Oekraïne, maar heel weinig over het geweld van de andere kant: de terreur van Oekraïense soldaten en de SBU. In alternatieve media wordt ook bericht over het mishandelen van wie niet 100% de dominante ideologie aanhangt: meisjes met een Oekraïens-Russische vriend, mensen die positief staan tegenover het Russische leger, zigeuners… Ook hier gruwelverhalen. (2)

 

Het verdedigen van de veiligheid van burgers tegen geweld van militairen en zelfbenoemde milities of de zogeheten volkswoede is heel belangrijk, maar daarbij moet het geweld aan beide kanten bekeken worden, en losgekoppeld worden van de oorlogspropaganda van de partijen in het conflict. En het hoort niet misbruikt te worden voor het doen escaleren van een oorlog, zoals nu gebeurd is en blijft gebeuren.

 

  1. Zie de verschillende artikels van zijn hand hierover op  https://standpointzero.com/  .

2.  https://www.legrandsoir.info/ukraine-soldats-ukrainiens-et-sbu-sement-la-terreur-a-l-arriere-du-front.html

 

 

 

 

 

 

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!