De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Waarheid of leugen? Een hermeneutische benadering van het cannabisbeleid in de VS vanaf 1930. Deel II

Waarheid of leugen? Een hermeneutische benadering van het cannabisbeleid in de VS vanaf 1930. Deel II

donderdag 29 mei 2014 13:29
Spread the love

3) Dissidente
stemmen.

Drie van de anders gestemde zullen we hier kort bespreken. De
eerste in het rijtje is de sociaal psycholoog Alfred Lindesmith. Deze professor
sociologie aan de universiteit van Indiana publiceerde wetenschappelijke
artikelen die ingingen tegen de terreur van Anslinger. Hij maakte een
onderscheid tussen fysische en psychische afhankelijkheid en zei dat het
belachelijk was om te stellen dat alleen abnormale mensen verslaafden konden
worden. Dat ook normale mensen drugsverslaafd konden worden maakte het
moeilijker voor Anslinger om zijn repressief beleid op te leggen (Elsner et al.,
1998: 663-664). Volgens Lindesmith zou een adequaat cannabisbeleid de
gebruikers moeten behandelen als zieken en niet als criminelen. Anslinger was
furieus en bracht Lindesmith in diskrediet door een bevriende rechter te laten
stellen dat Lindesmiths bevindingen geen steek hielden. De rector van de
universiteit van Indiana schreef hij een brief om hem te melden dat hij een
drugverslaafde, Lindesmith, onder zijn werknemers had (Elsner et al., 1998:
667-668).

Een tweede dissonante stem betreft de toenmalige
burgemeester van New York, Fiorello La Guardia. Hij bestelde een onderzoek dat
in 1944 gepubliceerd werd. Dit objectief rapport, dat gebaseerd was op vijf
jaar interdisciplinair onderzoek, kwam tot heel andere conclusies dan de
angstaanjagende besluiten van Harry Anslinger die door de media massaal werden
verdeeld. Zo zou cannabis niet verslavend zijn, ook was er geen relatie tussen
cannabis en zware misdaad of seksuele losbandigheid (Bewley-Taylor et al.,
2014: 20-21). Omdat hij de publicatie van dit rapport niet kon tegenhouden ging
Anslinger de onderzoekers die aan het rapport deel hadden genomen afschilderen
als ‘gevaarlijk’ en ‘vreemd’ (Gerber, 2011: 13).

Tenslotte bespreken we de Mexicaanse psychiater Leopoldo
Salazar Viniegra. Hij publiceerde verschillende artikels waarin hij de ‘marijuana
psychose[1]
als een mythe beschreef. Voor hem was de link die er tussen het gebruik van
marijuana, geestesproblemen en/of geweld gelegd werd het resultaat van de
sensationele media en andere rapporten maar steunden op geen wetenschappelijk
onderzoek. Dezelfde dokter Salazar werd later het hoofd van het Mexicaanse
federale drugsagentschap. In deze hoedanigheid toonde hij zich een fervent
voorstander van de decriminalisering van cannabis. Hij wou cannabis legaliseren
en er belastingen opheffen. Maar omdat hij hiermee de plaatselijke autoriteiten
en Harry Anslinger te fel tegen te schenen schopten werd hij later, na een
publieke discreditering  in de kranten, ontslagen
en vervangen door iemand die wel de ‘juiste’ boodschap kon uitdragen
(Bewley-Taylor et al., 2014: 19-20).

Al deze rapporten en artikelen ontmantelen één voor één de
argumenten van Anslinger en zijn trawanten maar de politieke macht van Harry Anslinger
was dermate groot dat de dissidente stemmen niet werden gehoord of als
onwetenschappelijk, onjuist of gevaarlijk afgedaan werden en soms, zoals in het
geval van Salazar, uit de weg geruimd. Naast de drie hier besproken personen
waren er nog tal van andere dissidenten.

4) Een
hermeneutische benadering.

In onze korte weergave van het cannabisbeleid in de VS
hebben we kunnen zien dat het een figuur als Harry Anslinger van de media
gebruikt maakt om een negatief beeld te scheppen van de cannabis en de
cannabisgebruiker. Men zou met Foucault 
kunnen stellen dat de voorgestelde en enige waarheid van Anslinger een
‘waarheidsregime’ ging vormen. Waarbij men onderzoeken die vertelde wat men wou
horen, cannabis is slecht, ging financieren en andere onderzoeken die het
tegendeel beweerden ging saboteren of als onjuist ging bestempelen (Elsner et
al., 1998: 666)

Onze filosofisch hermeneutische oefening verplicht ons
echter om Anslingers visie in vraag te stellen. 
Klopt het geschepte beeld wel met de werkelijkheid? Of moeten we de
waarheid eerder vinden bij de dissidente stemmen? Of zijn beide verkeerd?

In Waarheid en methode
zegt Gadamer “Elke goede uitleg moet zich hoeden voor de willekeur van
invallen en de beperktheid van ongemerkt ingesleten denkgewoonten en de
blik ‘op de zaken zelf’ richten […] omdat men de tekst al vanuit bepaalde
verwachtingen met het oog op een bepaalde betekenis leest. Begrijpen wat daar
staat, bestaat in het uitwerken van zo’n voorafgaand ontwerp, dat evenwel
voortdurend wordt herzien vanuit dat wat bij het verder doordringen in de
betekenis aan de dag komt (Gadamer, 2014: 256, mijn onderlijning).

Men zou dus moeten nagaan wat er van de gestelde beweringen
waar is. Is cannabis zo gevaarlijk als Anslinger zegt? Leidt het gebruik van
cannabis tot misdaad? Zijn cannabisgebruikers criminelen die gestraft moeten
worden? Is cannabis verslavend en leidt het tot het gebruik van hard drugs?
Heeft het beleid andere doelen waar niets over gezegd wordt? Wat zijn de
gevolgen van het beleid?

Dit zijn allemaal vragen die door de geïndoctrineerde
publieke opinie gemakshalve niet of weinig gesteld werden/worden maar die
noodzakelijk zijn bij onze hermeneutische oefening. Het is sowieso moeilijk om
onbevooroordeeld een mening te vormen. Maar in een context waar iedereen, of de
grote meerderheid, door toedoen van de media telkens weer hetzelfde verhaal als
waarheid voorgeschoteld krijgt is het bijna onmogelijk om er een andere mening
op na te houden dan degene die aan de ‘mainstream’ toebehoort. Gadamer is
hiervan bewust en waarschuwt hiervoor “Het is daarom maar goed dat de
uitleger niet direct, vertrouwend op de vooropgezette mening waarover hij
beschikt, op de tekst afgaat, maar de vooropgezette meningen die in hem leven
uitdrukkelijk op hun legitimiteit, en dat betekent op hun herkomst en
geldigheid, toetst” (Gadamer, 2014: 256). Het is dus bijzonder
hermeneutisch om zich af te vragen of onze mening over iets wel juist is. Daarnaast
moet men durven openstaan voor andere nieuwe meningen. Dit is een loodzware
opgave voor mensen die dag in dag uit dezelfde mening op hun afgevuurd krijgen
of die overtuigd zijn van een bepaald feit[2]. We
mogen ons met andere woorden niet als een kudde dieren laten leiden maar moeten
de autoriteiten, wie spreekt, of in ons voorbeeld het politieke beleid in vraag
durven stellen. Autoriteit wordt door kennis over de materie verworven en heeft
niets met blinde gehoorzaamheid te maken (Gadamer, 2014: 268).

Met deze hermeneutische wijsheden bewapend zullen we het
cannabisbeleid van Harry Anslinger en het hedendaagse beleid onder de loupe
nemen.

5) Cannabis en
cannabisgebruik de waarheid voorbij. De ‘echte’ waarheid.

Harry Anslinger ging als hoofd van het FBN cannabis en het
gebruik ervan demoniseren. Of dit terecht is of niet zullen we toetsen aan
hedendaags wetenschappelijk onderzoek. We herinneren de lezer eraan dat ten
tijden van Harry Anslinger er vele dissidente stemmen waren die zijn
bevindingen in twijfel trokken of tegenspraken. Dat hij hier geen aandacht voor
had is zijn verantwoordelijkheid. Maar het mag duidelijk zijn dat hij niet open
stond voor een dialoog. Laat staan een hermeneutische open dialoog.

We vervolgen met een klein onderzoek. We gaan onderzoeken of
de drie meest gehoorde stellingen van cannabis en cannabisgebruikers kloppen.
Bestaat er een relatie (1) tussen cannabisgebruik en gek worden, (2) tussen cannabisgebruik
en misdaad en tenslotte (3) tussen cannabis en verslaving en de stap naar hard
drugs[3].

Het huidige politieke beleid gaat ervan uit dat er een
oorzakelijk verband is bij deze 3 stellingen en gebruikt deze om hun repressief
beleid te legitimeren. De hier volgende feiten steunen op wetenschappelijk
bevindingen en mogen dus als ‘tijdelijke’ waarheden aangenomen worden. Dit wil
zeggen tot ze weerlegt worden.

Een eerste zaak dat we controleren is of cannabis gek maakt
zoals door Anslinger werd aangegeven. Dit is een moeilijke opgave want wat is
gek? We gaan er voor dit onderzoek vanuit dat schizofrene[4]
mensen, mensen zijn die aan het stereotiepe beeld van ‘gek’ beantwoorden. Een
in 2013 gepubliceerd wetenschappelijk artikel onderzocht of er een relatie
bestond tussen cannabisgebruik en schizofrenie. Het onderzoeksteam geleid door Lynn Delisi,
professor psychiatrie aan de Harvard Medical School, komt tot de volgende
conclusie “The results of the current study suggest that having an
increased familial morbid risk for schizophrenia may be the underlying basis
for schizophrenia in cannabis users and not cannabis use by itself” (DeLisi
et al., 2013). Het besluit van dit onderzoek weerlegt de stelling van
Anslinger dat men gek wordt door cannabis te gebruiken.

Een Noors
onderzoek van 2009 besluit het volgende na de causaliteit tussen
cannabisgebruikers en misdaad te hebben onderzocht “The main finding of
the study is that the use of cannabis does not seem to represent a risk factor
for a general criminal involvement but that it may be associated with a
considerable risk of receiving a drug-specific, criminal charge” (Pedersen
en Skardhamar, 2009:116). Voor hun onderzoek gebruikten de onderzoekers
1353 Noorse jongeren tussen de leeftijd van 13 en 27 jaar die ze 13 jaar lang (tussen
1992 en 2005) volgden en bestudeerden. Ze weerlegden het voorgelegde verband
van Anslinger en anderen tussen cannabisgebruik en misdaad. Wanneer men
cannabisgebruikers vrijwaart van als criminelen beschouwd te worden omdat ze
roken of in het bezit zijn van cannabis blijkt er geen verband te zijn tussen
gebruikers en criminaliteit. Het is de wetgeving, en dus de moraal van een samenleving,
die door haar repressief beleid van deze mensen criminelen maakt. 

Tenslotte onderzoeken we of cannabis verslavend is. In zijn
boek poneert Schlosser dat cannabis niet fysisch verslavend is maar bij sommige
gebruikers een psychische afhankelijkheid kan teweeg brengen. Het verslavend
effect van cannabis wordt door hem minder hoog ingeschat dan bij andere, legale
en illegale, drugs zoals heroïne,cocaïne, cafeïne, alcohol of nicotine.
Cannabis gebruikers hebben een grotere zin om te experimenteren met andere
drugs maar hier is geen oorzakelijk verband gevonden. Schlosser legt dit
verband eerder bij de culturele elementen die de cannabisgebruiker bepalen dan
bij de farmaceutische of biologische elementen. De cannabisgebruiker is
nieuwsgierig en gaat daarom meer met andere drugs experimenteren (Schlosser,
2004; 17). Professor in psychiatrie, dokter Grinspoon ging hem hier vooraf want
concludeerde in 1971 reeds dat de ‘stepping stone’ theorie[5] niet
klopte (Grinspoon, 1971: 252).

Over de medische waarde van cannabis willen we de lezer het
volgende niet onthouden. Door Anslinger en zijn bondgenoten kregen we het beeld
van cannabis als duivelse plant zonder enige medische waarde. Een klein
onderzoek onthulde echter andere bevindingen. Voor deze paper geven we in het
kort weer waar cannabis in de medische wereld voor kan gebruikt worden. In zijn
boek Marijuana reconsidered verwijst
dokter Grinspoon naar T.H. Mikuriya. Deze laatste heeft na het doornemen van de
medische literatuur een lijst samengesteld waar cannabinol producten[6] bij
zouden helpen. Ze kunnen ingezet worden als; pijnstiller, versterken de eetlust,
zijn anti-epileptisch, werken tegen spasmen, tics en migraine en bij depressie.
Daarnaast werken ze als tranquillizer, als hulp middel bij psychotherapie en
bij astma, ze kunnen ingezet worden om de geboorte te provoceren, als
hoestmiddel, plaatselijke verdoving, als middel om makkelijker af te kicken van
alcohol en opiaten en het werkt als antibioticamiddel (Grinspoon, 1971: 226).

Ondertussen regent het onderzoeksresultaten die stellen dat
cannabisolie helpt bij meerdere soorten kanker. De Nederlandse stichting ‘Medi
wiet’, die in Nederland een kliniek runt, heeft op haar website een link gezet
naar wetenschappelijke artikelen[7] die
het medische gebruik van cannabis tegen kanker aantonen. Het helpt onder andere
bij kanker in de hersenen, keel en mond, borst, long, baarmoeder, testikels,
pancreas, … De mogelijkheden lijken bij kanker onbeperkt. Het is dan ook onbegrijpelijk
dat cannabis niet als medicijn gebruikt wordt. In een parlementaire speech
eerder in 2014 noemde het sterk ontroerde Zuid-Afrikaanse parlementslid
Oriani-Ambrisoni het een ‘misdaad tegen de mensheid’ om cannabis niet te
gebruiken als medicijn bij kankerpatiënten, waaronder hij, en andere ziekten.
Hij moest voor een behandeling naar Italië trekken, een reis dat niet iedere
Zuid-Afrikaan zich kan veroorloven[8].  

Tenslotte schetsen we nog kort de hedendaagse gevolgen van
het beleid in de VS. We beginnen met de stellen dat het complex is. Er is een
verschil tussen de federale wetgeving en de statelijke wetgeving. Op federaal
niveau is cannabis verboden. Maar op statelijk niveau is het nogal divers.
Colorado en Washington zijn sinds kort de enige twee staten waar cannabis
recreatief gebruikt mag worden en waar de productie, verkoop en gebruik
geregeld is (DPA[9], 2013: 11). Daarnaast zijn
er nog een twintigtal staten waar cannabis als medicijn kan voorgeschreven
worden.

Maar het beleid heeft tevens catastrofale gevolgen. Naast
het stigma dat de gebruiker riskeert,  riskeert hij ook nog een boete en/of een
gevangenisstraf. Het beleid vernietigt hierdoor mensenlevens. In zijn boek Legalizing Marijuana geeft, rechter en
professor recht aan de universiteit van Arizona, Rudolph Gerber enkele duizelingwekkende
cijfers.”In 2000, 734.497 people faced arrest on marijuna charges, twice
the number arrested for the same conduct in 1991. Nine in ten of the arrestees were guilty only
of simple possession. […] Since 1970 over 13 million lesser-known Americans
have faced arrest on marijuana-related charges ” (Gerber, 2004: xv-xvi). Daarnaast
mag duidelijk zijn dat het repressieve beleid handenvol geld kost. Zo heeft New
York City, waar het beleid bijzonder repressief is, in 2011 meer dan 50.000
mensen gearresteerd voor het bezit van marijuana. De kosten van deze
arrestaties worden op 75 miljoen dollar geraamd. Op tien jaar tijd heeft het
cannabisbeleid de stad New York meer dan 600 miljoen dollar gekost (DPA, 2013:
12).


[1] Een psychose is onder andere een kenmerk bij
schizofrenie (van Deth en Vandereycken, 2004: 103-117)

[2] Alan Greenspan, ex-president van het FED, kon
bijvoorbeeld niet geloven dat het financieel systeem dat hij steunde voor een
wereldwijde catastrofe had gezorgd. Hij zat dan ook met ongeloof in de ogen
voor zich uit te staren wanneer hij moest komen getuigen in een
Senaatscommissie. U kan hier een filmpje zien http://www.youtube.com/watch?v=YwpnH_OTZio

[3] We zijn er ons van bewust dat het hier maar een
klein onderzoek betreft. Maar dit betekent niet dat het geen waarde zou hebben.
Er zijn namelijk verschillende meningen over cannabis en cannabisgebruik maar
die halen niet altijd de mainstream media.

[4] Schizofrenie is een psychische ziekte die
gekenmerkt wordt door cognitieve stoornissen waaronder wanen en/of
hallucinaties (psychoses), stoornissen in het emotioneel leven en stoornissen
in het gedrag (van Deth en Vandereycken, 2004: 106).

[5] De stepping stone theorie gaat ervan uit dat de
cannabisgebruiker nadien verslaafd geraakt aan hardere drugs, meestal wordt
hier heroïne en cocaïne, bedoeld.

[6] Zit in cannabisplanten.

[7]  Dit is de link:  http://www.mediwiet.nl/info/34-medische-studies-die-de-werkzaamheid-van-cannabis-tegen-kanker-aantonen/

[8] U kan hier het audiovisueel document
bekijken  http://stream.aljazeera.com/story/201402202130-0023496

[9] DPA staat voor Drugs Policy Alliance. Deze
organisatie strijdt voor een ander cannabisbeleid dat steunt op legaliseren. Ze
adviseren op hoog politiek niveau beleidsmakers. Ze willen de bevolking via
documentaires en onderwijs opvoeden en tonen dat cannabis niet het ‘killer
weed’ is waar het voor versleten wordt. Als adviseurs waren ze van kortbij
betrokken bij de legalisering van cannabis in Colorado, Washington en Uruguay.
Ze adviseren tevens het Global Commission on
Drug Policy. Deze commissie herbergt onder andere Kofi Annan, Paul Volcker en
Richard Branson samen met de ex-presidenten Fernando Henrique Cardoso (Brazil),
César Gaviria (Colombia) en Ernesto Zedillo (Mexico) (DPA, 2013: 4).

take down
the paywall
steun ons nu!