Author: reynermedia
Opinie - Tom Bosman

VUB naar de beurs: berekend ondernemerschap of sprong in het duister?

De VUB of Vrije Universiteit Brussel kondigde aan dat ze naar de beurs gaat. Ongezien in West-Europa. Ondernemerschap van de zuivere soort. Modern non-profitmanagement heet dat.

maandag 2 november 2015 10:57
Spread the love

Publiek-private samenwerkingen en fondsenwerving met bijvoorbeeld een ludieke tegelverkoop om het zwembad te financieren hadden ze al gedaan, maar de langjarige groei en ambitie inzake infrastructuur en digitalisering vereisen meer middelen.

Institutionele beleggers kunnen daarom vanaf nu obligaties kopen van VUB op Euronext. Het moet de universiteit financiële zuurstof geven voor de toekomst. Want de subsidies die VUB ontvangt zijn ruim onvoldoende: 3,5 miljoen euro op jaarbasis, terwijl voor het in stand houden van de gebouwen alleen al het dubbele nodig is. Via de verkoop van obligaties haalt de onderwijsinstelling bijna het twintigvoudige op. Er blijkt zelfs interesse te zijn uit het buitenland.

Het is een stilaan onmiskenbare trend in non-profit: door de precaire financiële middelen moeten organisaties, verenigingen en instellingen op zoek naar alternatieve financieringsbronnen. Vele onder hen leggen daarbij het nodige creatieve ondernemerschap aan de dag. Vaak leuk, maar niet structureel. Fundraising is een klassieker en ook het verzilveren van de typisch jarenlang opgebouwde kennis is een positieve evolutie die meer en meer de kop opsteekt. Zo gaan organisaties de data en expertise die ze gedurende jaren zorgvuldig hebben opgebouwd nu vermarkten in de vorm van consultancy aan sectorgenoten of zelfs op de privémarkt. Denk aan opvoedingsmodellen in de jeugdhulp of big data uit overheidsdatabases. Maar de stap naar de beurs, dat is ongezien.

Onzekere toekomst?

Dat de VUB nu naar de beurs trekt is een nieuwe – innovatieve – stap in de zoektocht naar verse centen om de toekomstige ambities waar te kunnen maken. En om op de kaart te kunnen blijven staan. De beursgang zou bij critici wel wat vragen kunnen oproepen. Hoe stabiel is die beurs eigenlijk?

VUB zet zich met zijn project en de daar aan vast hangende financiering voor een heel aantal jaren vast. Is de beurs niet per definitie een onzeker platform voor de financiering van mega-vastgoedprojecten zoals 650 studentenkamers en een onderzoekstoren van de toekomst? Waarschijnlijk niet onzekerder dan de afhankelijkheid van onzekere – en te beperkte – subsidies. En het feit dat VUB pioniert? “Uniek in West-Europa,” noemt rector De Knop het.

Ook dat is een risico inderdaad. Andere universiteiten volgen waarschijnlijk met argusogen hoe het hun collega’s vergaat. Het is afwachten of zij binnenkort het voorbeeld van de VUB volgen en of ze dus vertrouwen hebben in die nieuwe manier van funding. Biedt het feit dat enkel institutionele beleggers kunnen instappen, met een minimum van 250.000 euro wat meer zekerheid op lange termijn? Misschien wel.

Heeft de rector en zijn entourage voldoende voeling met de beurs, een profitgegeven bij uitstek? Het management laat zich ongetwijfeld stevig bijstaan. En dan zijn er nog de doelstellingen: maatschappelijk van aard voor een onderwijsinstelling, commercieel voor een beursgenoteerd privébedrijf.

De ene dient een maatschappelijk belang, de andere dat van zijn aandeelhouders. De ene onderwijst, de andere moet winst maken. Een duidelijk spanningsveld. Waar in het spectrum gaat de Brusselse universiteit zich straks bevinden? Uiteindelijk moet de ruim 60 miljoen die VUB ophaalde ook nog terug betaald worden op termijn, met interest. En gaan de investeerders zich dan ook bemoeien met het beleid?

Signaal naar de overheid

En welke lessen trekt de overheid hier uit? Als diensteneconomie is ons land nu en vooral in de toekomst gebaat bij een sterk positie inzake onderwijs, onderzoek en innovatie. Dat vergt investeringen die vandaag ontoereikend zijn. Overigens blijkt niet alleen de VUB maar zowat alle Vlaamse universiteiten op hun tandvlees te zitten als het gaat over financiering voor het onderhoud en het uitbouwen van hun patrimonium. Het budget kleurt al jaren rood.

Volgens De Tijd was er in 2013 al 123 miljoen euro nodig enkel en alleen om het patrimonium in stand te houden. Daarvan ontvingen de universiteiten maar 27 miljoen euro. Ze teren dus jaarlijks op hun reserves om hun vastgoed te onderhouden. Maslow leerde ons al dat men eerst in de basisbehoeften moet voldoen vooraleer men kan groeien en ontwikkelen. In de onderwijssector geldt dat evenzeer.

Tom Bosman is auteur van Het nieuwe non-profitmanagment in theorie en praktijk, uitgegeven bij Lannoo Campus. @TomTomBosman

take down
the paywall
steun ons nu!