Vrouwen in Midden-Oosten mijden arbeidsmarkt
Nieuws -

Vrouwen in Midden-Oosten mijden arbeidsmarkt

Washington - Het Midden-Oosten en Noord-Afrika tellen veel goedopgeleide vrouwen, maar de arbeidsparticipatie is relatief laag. Ontwikkelingsexperts vragen aandacht voor het sociale en economische potentieel van vrouwen op de arbeidsmarkt.

woensdag 20 maart 2013 16:40
Spread the love

Als meer vrouwen gaan werken, stimuleert dat niet alleen de economische groei, maar ook politieke participatie onder vrouwen, denken zij. De Wereldbank waarschuwt echter dat de landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika (MENA), die momenteel veelal diepgaande politieke veranderingen doormaken, achter lopen op dit gebied.

Vrouwen in de MENA-regio hebben ongekende vooruitgang geboekt op het gebied van onderwijs en gezondheid, maar dat vertaalt zich niet evenredig in grotere deelname aan de arbeidsmarkt. “MENA-landen hebben wijselijk geïnvesteerd in onderwijs voor vrouwen, maar ze maken onvoldoende gebruik van hun potentieel om bij te dragen aan groei en welvaart”, zegt Manuela Ferro, directeur armoedebestrijding en economisch management in MENA bij de Wereldbank.

In de meeste MENA-landen is het aantal mannen en vrouwen dat onderwijs volgt, ongeveer gelijk. In acht landen volgen zelfs meer vrouwen dan mannen post-secundair onderwijs, staat in een vorige week verschenen rapport van de Wereldbank. Tussen 1990 en 2008 daalde de moedersterfte in de regio met 59 procent, de grootste daling in de wereld.

Op de arbeidsmarkt gaat de verandering echter trager. Slechts 25 procent van het personeelsbestand is vrouw, vergeleken met 50 procent wereldwijd. Per land zijn wel aanzienlijke verschillen zichtbaar in demografie en onderwijsniveau. In Tunesië is het aantal vrouwen dat hoger onderwijs volgt bescheiden gegroeid. In Egypte traden lager opgeleide vrouwen in grotere aantallen toe tot de arbeidsmarkt, terwijl de arbeidsparticipatie onder hoger opgeleide vrouwen afnam.

Islam

Hoewel het rapport herhaaldelijk rigide ideeën over de rol van de vrouw in de samenleving noemt als een oorzaak van de lage arbeidsparticipatie, waarschuwt het ertegen niet alle bevindingen toe te schrijven aan de invloed van de islam. De diversiteit in status van vrouwen in moslimlanden laat zien dat er ook andere factoren meespelen.

De structuur van de door olie gedomineerde economieën draagt ook bij aan een lage arbeidsparticipatie onder vrouwen. Exportgeoriënteerde, lagelonenindustrieën, zoals de textielsector, hebben in ontwikkelingslanden veel vrouwen aangetrokken. Maar in olielanden krijgen sectoren die door mannen worden gedomineerd meer kans.

“Veel gezinnen in de MENA-regio realiseren zich dat onderwijs belangrijk is”, zegt Mayra Buvinic van de U.N. Foundation, een denktank in Washington, en voormalig directeur gender en ontwikkeling bij de Wereldbank. Ze wijst op het relatief hoge inkomen in de MENA-landen. “Omdat de inkomens hoog zijn, kunnen mensen onderwijs voor al hun kinderen betalen, jongens en meisjes”, zegt ze. “Ze hoeven geen moeilijke keuzes te maken.”

De mismatch tussen opleiding en aanwezigheid op de arbeidsmarkt is een signaal van relatieve luxe, van een economie waarin vrouwen niet uit noodzaak de arbeidsmarkt op hoeven. Volgens de Wereldbank kan dit een van de redenen zijn waarom vrouwen in armere landen de MENA-regio voorbijstreven als het gaat om arbeidsparticipatie van vrouwen.

Naast het karakter van de arbeidsmarkt in olielanden, spelen ook voedsel, brandstof en elektriciteitssubsidies een rol. In Koeweit gaat ongeveer 20 procent van de overheidsuitgaven op aan subsidies. Daardoor dalen de kosten van het huishouden en wordt werken buiten de deur minder aantrekkelijk voor vrouwen, vooral als dit samengaat met extra kosten voor kinderopvang.

De auteurs van het rapport doen de aanbeveling beleidshervormingen door te voeren waardoor vrouwen aangemoedigd worden te gaan werken. Verder kunnen politieke quota volgens hen diepgewortelde ideeën over genderrollen helpen doorbreken.

take down
the paywall
steun ons nu!